Een grenstaks op C02? Moeilijk, niet onmogelijk
1. Wat is een grensbelasting op CO2?
Een (Europese) importtaks op producten uit landen die min der inspanningen verrichten om klimaatverandering tegen te gaan. Volgens voorstanders subsidiëren landen als China hun staalexport door niet voor vervuiling te betalen. Wat eigenlijk neerkomt op concurrentievervalsing.
2. Wie legt dit idee op tafel?
Partijvoorzitster Meyrem Almaci van Groen in een interview met De Tijd. Al is dat volgens partijgenoot Bart Staes nog niet afgeklopt binnen het partijbestuur. Voorlo pig is het nog één van de pistes om klimaatverandering aan te pakken. Frankrijk propageert zo’n carbon border tax al ruim 10 jaar binnen de EU. En ook een econoom als Paul Krugman en ngo’s als Bond Beter Leefmilieu en Transport & Environment zijn al langer voor het idee gewon nen.
3. Strookt zo’n ‘carbon border tax’ met de WTO regels?
Niet echt. Zowel Paul De Grauwe als Jan Van Hove (KBC) benadrukt dat de Wereldhandelsorganisatie (WTO) voorlopig erg weigerachtig staat tegenover dit soort maatregelen. Volgens De Grauwe omdat landen dit wellicht zullen misbruiken voor protectionisme, wat tegenmaatregelen en dus een handelsoorlog kan uitlokken. Ook Van Hove (KBC) benadrukt dat dit soort importtaks beschouwd kan worden als een handelsbelemmering en vandaag buiten de WTOregels valt. Een voorstel om dat binnen de WTO te herbekijken, blijft al jaren dode letter.
4. Is het dan een onhaalbaar idee?
Toch niet. Het is moeilijk – ‘wie gaat berekenen in hoeverre China van steenkool profiteert om de prijs van zijn staal goedkoop te houden?’, vraagt De Grauwe zich af – maar niet onmogelijk. Het kan wellicht alleen als onderdeel van grote internationale akkoorden, zoals de opvolger van het Parijse klimaatakkoord. Voorwaarde is dat er eerst een consensus wordt gevonden binnen de EU, want dat moet voor elke importtaks. Een zware taak: enkel Italië steunt vandaag het idee. Daarna zou de EU de ‘carbon border tax’ kunnen opnemen in onderhandelingen met andere handelspartners. Maar de VS, bijvoorbeeld, staan daar niet voor te springen.