Hoe een kleine bibliotheek op de grens met Canada
Iraanse families weer samenbrengt én Trump een hak zet
Alleen in de bib kunnen ze elkaar zien
Aan de boeken besteden ze geen aandacht. Borna, een Iraanse twintiger, heeft alleen oog voor zijn moeder, Tamineh, en zijn vader, Amir. Drie jaar hebben ze elkaar niet gezien, nu zitten ze samen op een bank met een bloemenpatroon te praten over zijn leven in de VS en het familienieuws uit Iran. Ze maken selfies.
Achter hen, in de stijlvolle leeszaal met glasinloodramen en krakend parket, staan kasten met versleten kinderboeken als Diary of a spider en Giraffes can’t dance. Diagonaal over de vloer loopt een zwarte lijn. Ze zitten in Canada, maar als ze opstaan en over de lijn stappen, zijn ze in Amerika.
Borna, een ontwikkelaar van videogames, kwam vier jaar geleden naar de VS om te studeren en woont nu in Dallas. Voor de gezinsreünie vloog hij naar Boston, een vlucht van zo’n drieënhalf uur, daarna volgde een rit met de auto van nog eens ruim drie uur. ‘Het was het waard, want het is de enige manier.’ En bovendien: zijn ouders hebben nog veel langer gereisd en meer geld uitgegeven om hier kunnen zijn.
Amir en Tamineh vlogen van Teheran naar Montreal, zo’n achttien uur in de lucht, en legden daarna nog ruim 150 kilometer af om bij de bibliotheek te komen. Ze zijn zichtbaar blij nu ze hun zoon zien, ook al is het maar even.
Eigenlijk is het onmogelijk voor ouders en zoon om elkaar te ontmoeten, wegens het Amerikaanse inreisverbod voor inwoners uit zeven landen, waaronder Iran. Door dat verbod, ingesteld door president Donald Trump na zijn aantreden in januari 2017, kunnen de ouders de VS niet in. En Borna, die beschikt over een eenmalig visum, kan de VS niet verlaten zonder het risico te lopen dat hij er niet meer in mag. Dan raakt hij zijn werkervaringsplaats bij een bedrijf in Dallas wellicht kwijt.
Als een ijzeren gordijn scheidt het inreisverbod hem zo van zijn ouders en twee broers in Iran. Sinds 2016, voor de verkiezingszege van Trump, heeft hij hen niet meer gezien. ‘De situatie wordt steeds slechter voor Iraniërs’, zegt Borna. ‘Al onder president Obama was de situatie niet goed, want Iraniërs kwamen toen alleen in aanmerking voor eenmalige visa. Onder de huidige president is het verder achteruitgegaan.’
Maar Iraanse families hebben de maas in het net ontdekt. Ze kunnen familieleden in de armen sluiten op een unieke ontmoetingsplek: de Haskell Free Library, een historische bibliotheek die precies op de grens tussen de Canadese provincie Quebec en de Amerikaanse staat Vermont is gebouwd. Bezoekers uit beide landen kunnen er van oudsher naar binnen zonder zich te melden bij de douane.
Vandaar de Iraanse familiereünies in de kinderleeszaal. Achter Borna en zijn ouders zitten een moeder en haar zoon aan een tafel, de stoelen dicht naar elkaar toe geschoven. Hij is ingenieur, net als Borna kwam hij naar de VS om te studeren en werkt er nu. Hij nam het vliegtuig van Chicago naar Burlington, een stad in Vermont, en reisde vanaf daar door naar de bibliotheek. Zijn moeder kwam, net als Amir en Tamineh, speciaal voor de ontmoeting over uit Iran.
Behoedzaam
De bibliotheek gaat behoedzaam om met de vele familiebezoeken. ‘In de Iraanse gemeenschap is bekend dat je hier bij el
kaar kunt komen’, zegt Peter Lepine, een Canadese vrijwilliger van de instelling. ‘We verbieden het niet, maar we moedigen het ook niet aan. We proberen er geen ruchtbaarheid aan te geven, om problemen met de Amerikaanse grenswacht te voorkomen. Zeker als er nieuwe douanebeambten aantreden, die eerder bij de Amerikaanse grens met Mexico hebben gewerkt, willen ze nog weleens streng zijn. En je wil de douane niet tegen je in het harnas jagen, want zij hebben uiteindelijk de macht.’
Bij de ingang is een mededeling opgehangen: ‘Familiebijeenkomsten zijn niet geoorloofd’. Maar dat lijkt niet te worden afgedwongen. ‘De mensen van de bibliotheek waren begrijpend’, zegt Borna. Het is geen toeval dat de Haskell Free Library precies op de AmerikaansCanadese grens ligt. Het neoklassieke pand – dat op de bovenverdieping ook een theater huisvest – is op initiatief van de financiers, een plaatselijke rijke familie, aan het begin van de twintigste eeuw op de grenslijn gebouwd. Ze wilden dat de culturele instelling ten goede zou komen aan inwoners van beide zijden van de grensgemeenschap: Stanstead in Quebec en Derby Line in Vermont. De twee plaatsen lopen in elkaar over; de bibliotheek heeft in beide een adres.
De helft van het gebouw staat in Canada. De meeste boeken staan net ten noorden van de grens, de uitleenbalie ook. Maar de voordeur is in de VS. Bezoekers uit Canada mogen om het gebouw heen over het trottoir naar de ingang lopen, waardoor ze een boogje maken door Vermont, zonder zich te melden bij een van de drie grensovergangen in de omgeving. ‘Dat is een privilege, geen recht’, zegt Lepine. ‘In principe kan de douane tegen een Iraniër zeggen: u mag niet door de Verenigde Staten lopen. Maar dat hebben ze nog niet gedaan.’
Douanebeambten rijden regelmatig langs in patrouillewagens. Soms komen ze binnen als ze vinden dat een bezoek lang genoeg heeft geduurd, vertelt Lepine. ‘Maar er is nog niemand gearresteerd.’
Binnen markeert een versleten zwarte lijn de grens, diagonaal over de vloer door de gang en de leeszaal met kinderboeken. In het pand kun je eroverheen lopen, zoals vroeger ook buiten gebeurde; sommige gasten maken selfies met één been in elk van de twee buurlanden. Er staan Amerikaanse en Canadese vlaggetjes. De sfeer is gastvrij.
Hardere grens
De grens tussen de VS en Canada, in totaal 8.891 kilometer lang (inclusief de grens tussen Canada en Alaska), staat bekend als ‘de langste onverdedigde grens ter wereld’. De twee buurlanden kennen geen vrij verkeer van personen. Wie oversteekt zonder zich te melden bij de douane, overtreedt de wet. Bovendien houdt de Amerikaanse grenswacht de noordgrens van de VS sinds de aanslagen van 11 september 2001 veel strenger in de gaten. Vroeger volstond een rijbewijs als legitimatie om over te steken, sinds tien jaar is een paspoort verplicht. De van oudsher open en onopvallende grens is sinds 9/11 gestaag harder geworden.
Iraniërs die vanuit Canada naar de Haskell Library komen, moeten de grens voorzichtig naderen: als ze niet uitkijken, rijden ze recht op de Amerikaanse grenswacht af. Navigatiesystemen suggereren na het intoetsen van de naam van de bibliotheek een route via een douanepost naar de voordeur in Vermont. In plaats daarvan moeten ze de auto parkeren aan Rue Church, in het Canadese Stanstead, aan de zijkant van de bibliotheek en vervolgens om het gebouw heen naar de voordeur lopen.
Het ging onlangs fout bij de familie van Roya, een Iraanse die dit jaar haar studie bedrijfskunde in Connecticut afrondde. Haar ouders en jongere broer Paya uit Teheran waren met IraansCanadese vrienden op weg naar de bibliotheek om haar voor het eerst in vier jaar te zien. Maar ze reden op aanwijzing van Google Maps naar de grenspost, vertelt Roya een dag later voor de deur van de bibliotheek. ‘Ze zijn zes uur lang vastgehouden en moesten allerlei vragen beantwoorden. Uiteindelijk werden ze vrijgelaten en mochten ze terug, om daarna naar de bibliotheek te komen zoals mensen uit Canada dat doen.’
Roya en haar familie houden hun reünie op een zomerse zaterdag – niet binnen in de leeszaal, maar in een kringetje op het gazon voor de deur van de bibliotheek. Amerikaans grondgebied. ‘We huilden toen we elkaar weer zagen’, zegt Paya. ‘De laatste keer dat ik Roya zag, was ik zestien en had ik nog geen baard.’ Voor zijn ouders is het een van de moeilijkste periodes van hun leven dat ze jarenlang zijn gescheiden van hun dochter.
Zomerse picknick
Plots klinkt er een sirene, vliegensvlug staat iedereen op. Ze nemen afscheid. Roya blijft achter, haar familieleden haasten zich naar de andere kant van de grens, een paar meter verderop. Ze kijken vanuit Canada toe hoe Roya in Amerika in haar auto stapt, en zwaaien. Dan rijdt ze weg. Een agent van de Canadese politie spreekt met de familie, en dan rijden ook zij weg, noordwaarts.
Vooralsnog blijven Iraanse families gestaag komen – soms om een bijzondere gelegenheid te vieren. Shervin Zandi en Nooshin Amini, jonge Iraniërs die beide in New York studeren, zijn vorige maand getrouwd. Dat vieren ze nu met haar ouders, Masoud en Shahrzad, en haar jongere broer Arash. Op een rieten mat zitten ze in zomerse kleding te picknicken in het gras voor de bibliotheek: gegrilde kip, hamburgers en frisdrank.
‘We hadden elkaar twee jaar niet gezien’, zegt Nooshin, die een doctoraatsopleiding nanobiologie volgt. ‘Het was emotioneel’. Moeder Shahrzad straalt van geluk. ‘Ik kon eindelijk mijn dochter omhelzen.’ Vader Masoud: ‘We konden niet naar de bruiloft, maar dit is een goede plek voor een bezoek. We dachten dat we misschien maar een uur zouden hebben, maar we hebben twee dagen samen kunnen doorbrengen.’
De ouders en jongere broer zijn vanuit Toronto gekomen, waar ze sinds twee jaar wonen. Hoewel ze een Canadese verblijfsvergunning hebben, zijn ze Iraanse staatsburgers en mogen ze de VS niet in. ‘We hopen dat het inreisverbod wordt opgeheven, zodat we vrij kunnen reizen naar de VS’, zegt Masoud. Zijn dochter is niet optimistisch. ‘Met de huidige president denk ik niet dat dat zal gebeuren.’
Het is frustrerend, zegt Nooshin. ‘We zijn zo dicht bij elkaar en toch zo ver bij elkaar vandaan.’ Maar zolang de Haskell Free Library open is, kunnen ze elkaar zien.
De helft van het gebouw staat in Canada. De meeste boeken staan net ten noorden van de grens, de uitleenbalie ook. Maar de voordeur bevindt zich in de VS
‘We verbieden de familiebezoeken niet, maar we moedigen ze ook niet aan. We proberen er geen ruchtbaarheid aan te geven’
PETER LEPINE Canadese vrijwilliger