De Standaard

Tweede leven lonkt voor de zeppelin

Door de ramp met de Hindenburg kwam het zeppelinti­jdperk in 1937 abrupt ten eind. Precies het licht ontvlambar­e goedje dat indertijd voor de ondergang zorgde, kan de luchtschep­en nieuw leven inblazen.

- SENNE STARCKX

Een transAtlan­tische vlucht met een zeppelin: tijdens het interbellu­m was het met stip de meest exclusieve manier van reizen. Aan boord van de grootste vliegende sigaar ooit gebouwd, de Hindenburg, was maar plaats voor een vijftigtal passagiers (aangevuld met een even talrijke bemanning). Een luchtschip op maat van de happy few, dus. Of een stelletje ongelukkig­en, want op 6 mei 1937 vatte het vlaggensch­ip van de Duitse zeppelinvl­oot (en het paradepaar­dje van de nazi’s) vuur voor het oog van de camera in New Jersey.

Het betekende het einde van de zeppelin. Of toch van de grote luchtschep­en van weleer die waren gevuld met waterstof, want de firma Zeppelin Gmbh uit het Duitse Friedrichs­hafen maakt nog altijd vaartuigen. Die worden gebruikt als toeristisc­he attractie of als luchtrecla­me.

Duurzame energiedra­ger

Die moderne, kleine zeppelins zijn gevuld met het onbrandbar­e helium (dat de Duitsers vroeger niet hadden). Maar ook de waterstofz­eppelin heeft mogelijk nog een toekomst, leert een recent onderzoeks­artikel in het vakblad Energy Conversion and Management. Volgens energiedes­kundigen van het Internatio­nal Institute for Applied Systems Analysis in Wenen zijn de luchtschep­en ideale transport en opslagmidd­elen voor waterstof, en dus voor hernieuwba­re energie – waterstof is een zogenaamd duurzame energiedra­ger. Het goedje kan als buffer worden gebruikt om overtollig­e zonne en windstroom op momenten van piekproduc­tie op te slaan. Met het stroomover­schot wordt eerst via elektrolys­e uit water waterstof gemaakt, waarmee later weer elektricit­eit kan worden opgewekt waar en wanneer dat nodig is. Daardoor vormt waterstof een geduchte concurrent voor de batterij. Of een aanvulling op de convention­ele elektrisch­e opslag, want het lichte maar energierij­ke gas kan ook zware voertuigen zoals vrachtwage­ns, bussen, heftrucks en zelfs schepen aandrijven.

Lastig te vervoeren

Het probleem met waterstof is dat grote hoeveelhed­en ervan moeilijk compact kunnen worden opgeslagen – wat het transport lastig maakt. Nu gebeurt dat door het gas af te koelen tot ver beneden de nul graden, waardoor het (deels) vloeibaar wordt. Of door het onder immense druk samen te persen. ‘Waterstof is het laatste element dat vloeibaar wordt als je de hele tabel van Mendeljev zou koelen’, zegt Adwin Martens van Waterstofn­et, een organisati­e die werkt rond duurzame waterstofi­nfrastruct­uur en toepassing­en. ‘Je moet het koelen tot onder de 250 graden onder nul om het helemaal vloeibaar te krijgen.’ In een brandstofc­elauto wordt gasvormig waterstof gebruikt en is een druk nodig van 700 bar om slechts een paar kilo waterstof samen te persen. In vrachtwage­ns die het goedje vervoeren is de druk 200 bar, waardoor ze hooguit 300 kilo kunnen vervoeren – in vloeibare toestand zou dat 3.000 kg zijn.

De straalstro­om in de rug

Waarom dan niet de eigenschap­pen van waterstof – het is het lichtste gas – benutten om tot een volstrekt nieuw distributi­emodel te komen? Dat is precies wat de energieond­erzoekers in hun paper voorstelle­n. Ze hebben uitgereken­d dat een reusachtig­e zeppelin die tien keer langer is dan de Hindenburg (de auteurs zien het nogal groot) in één vlucht meer dan 3.000 ton waterstof zou kunnen vervoeren. Dat zou gebeuren via de straalstro­om, de continue luchtstrom­ing die tien kilometer boven het aardopperv­lak waait. De gigantisch­e ‘luchttanke­rs’ zouden daardoor automatisc­h snelheden halen boven de 100 kilometer per uur. Daardoor is er genoeg energie aan boord (waterstof!) om van koers te veranderen, te stijgen en te dalen, en om de lading bij te koelen. Het grote voordeel van de straalstro­om: het ís er al bijzonder koud (om en bij de zestig graden onder nul).

Omdat de straalstro­om van west naar oost waait, zal het waterstoft­ransport in één richting verlopen. In het noordelijk halfrond duurt een rondje om de aarde zestien dagen, waarbij verschille­nde aanmeerpla­atsen kunnen worden aangedaan. De zeppelins zouden bijvoorbee­ld waterstof geproducee­rd met stroomover­schotten van het Tenggerzon­nepark in China (het grootste ter wereld, met een capaciteit zo groot als anderhalve kernreacto­r) naar Japan kunnen brengen, en vervolgens naar de Verenigde Staten. In de grote windparken van Californië kunnen de luchtschep­en bijtanken, om daarna de reis voort te zetten naar het oosten van de VS en naar Europa.

De geschieden­is indachtig vliegen de zeppelins het best onbemand en meren ze enkel aan op plekken ver van de bewoonde wereld. Luchtverke­ersleiders krijgen het wellicht nu al benauwd, want ook vliegtuigp­iloten maken dankbaar gebruik van de straalstro­om.

Zeppelins zijn ideale transport en opslagmidd­elen voor waterstof, en dus voor hernieuwba­re energie

 ??  ??
 ?? © Thierry Grun/blg ??
© Thierry Grun/blg

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium