Wooncrisis treft erkende vluchtelingen hard
Erkende vluchtelingen met een gezin vinden steeds moeilijker een goede, betaalbare woning. Burgerinitiatieven en hulporganisaties slaan alarm.
BRUSSEL I Bachir is bijna 19, woont in SintNiklaas in een studentenkamer en spreekt vlot Nederlands. Vier jaar geleden kwam hij naar ons land, vorig jaar verwierf hij de status van vluchteling. Deze maand heeft hij een studentenjob bij een vleesverwerkend bedrijf. Het geld heeft hij nodig om zijn ouders en jongere broers en zussen uit Afghanistan te laten overkomen via gezinshereniging. Maar een geschikte woonst vinden blijkt ontzettend moeilijk.
Immokantoren hebben hem gezegd dat zij hem niet kunnen helpen zolang hij geen vast arbeidscontract kan voorleggen. Nochtans dringt de tijd: de gezinshereniging moet binnen het jaar worden afgehandeld, de vliegtuigtickets zijn al gekocht.
Burgerinitiatieven en hulporganisaties worden overspoeld met vragen van erkende vluchtelingen naar ondersteuning naar een betaalbare woonst. Dat is altijd al zo geweest, maar de situatie is nu erg pijnlijk aan het worden, zeggen Orbit vzw en Vluchtelingenwerk Vlaanderen in een nota aan de regeringsonderhandelaars. ‘Maandenlange zoektochten leveren niets op, ondanks de inzet van tientallen vrijwilligers’, zeggen zij.
Het aantal gezinsherenigingen steeg flink na 2015. Volgens een analyse van het agentschap Binnenlands Bestuur werden in 2017 6.951 verblijfsdocumenten afgeleverd aan familieleden van vluchtelingen of personen met een status van subsidiaire bescherming.
Overbewoning
Vaak gaat het om grotere gezinnen, waarvoor een huurwoning met twee of drie slaapkamers niet volstaat. Ook erkende vluchtelingen die hier een gezin uitbouwen, ervaren het probleem.
Betaalbare huurwoningen met meer slaapkamers zijn erg zeldzaam. Ze zitten zelden in het aanbod van sociale verhuurkantoren, die strenge regels tegen overbewoning hanteren. Omdat de huurmarkt zo krap is en bovendien niet openstaat voor mensen met een leefloon en/of een vluchtelingenstatuut, besloten al meerdere gemeentebesturen om tijdelijke opvanghuizen om te zetten in semipermanente woonplaatsen, waardoor de doorstroming stokt en meer vluchtelingengezinnen op een wachtlijst komen. Ze worden in de armen van huisjesmelkers gedreven of blijven met te veel bewoners hangen in te krappe behuizing. Of erger nog.
‘Dagelijks komen er gezinnetjes langs die dakloos zijn en smeken om hen alsjeblieft aan een woonst te helpen’, zegt Jozef Hertsens van Vluchtelingen Ondersteuning SintNiklaas (Vlos). ‘Wij bestaan meer dan twintig jaar en bekommeren ons in de eerste plaats om de allerkwetsbaarsten, met name mensen zonder papieren. Nu komt de noodkreet ook van mensen mét papieren.’
Orbit vzw en Vluchtelingenwerk Vlaanderen erkennen dat de huidige wooncrisis meer doelgroepen treft dan alleen vluchtelingengezinnen. Maar vluchtelingen vallen wel ten prooi aan bijkomende uitsluitingsmechanismen. Zo kunnen herenigde gezinnen pas een gezinsleefloon aanvragen als ze een adres in België hebben. Dat leidt tot ‘systematische overbewoning in de eerste maanden na de hereniging’. Ook hebben vluchtelingen vaak niet het budget om een kwaliteitsvolle woning te huren, waardoor ze hun huursubsidie kwijtspelen.
De Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeenten (VVSG) zegt dat de Sociale Huizen veel inspanningen leveren, maar erkent de problematiek. ‘Alle leefloontrekkenden hebben het moeilijk om een woning te vinden, maar uit eigen onderzoek weten we dat het hebben van een nietEUnationaliteit het nog moeilijker maakt’, zegt woordvoerster Katrien Gordts. ‘Gemeenten staan er sinds dit jaar alleen voor om die mensen te ondersteunen. Tot vorig jaar waren daar nog Vlaamse subsidies voor. Nochtans blijven de noden even groot.’
Erkende vluchtelingen zijn in het begin vaak tevreden met een te kleine woonst, die niet goed onderhouden is, omdat ze zich nu eenmaal niets anders kunnen veroorloven. Maar dan komen de problemen of wil de huisbaas het pand renoveren. Drie gezinnen vertellen hoe moeilijk het is om een andere woning te vinden als je uit Syrië of Irak komt.