‘Ik probeerde een voorbeeldkind te zijn’
De eerste foto’s die Sheela van zichzelf heeft, zijn gemaakt in India, vlak voor ze met haar adoptievader naar België zou vertrekken. ‘Ik zie er triestig uit en er vloeien veel traantjes. Ik ben een verward kind dat niet weet wat er gebeurt.’
‘Ik was een erg timide kind en mijn eerste ervaringen op school zal ik nooit vergeten. Kinderen kunnen hard zijn voor elkaar. Ik dacht: als ik doe wat mij gevraagd wordt, en hard mijn best doe, zullen ze mij wel aanvaarden. Dan zullen mijn adoptieouders ook trots zijn en mij graag zien. Het was een overlevingsstrategie. Ik probeerde een voorbeeldkind te zijn.’
‘In mijn puberteit gingen mijn adoptieouders door een vechtscheiding. Ik ging almaar slechter presteren op school. Ik voelde me triestig, eenzaam, ervaarde voortdurend stress en ik heb toen ook een paar pogingen tot zelfdoding ondernomen. Psychologische hulp baatte niet en ik kon thuis ook mezelf niet zijn. Omdat het op school en in mijn verdere studies niet zo goed liep, ben ik al vroeg beginnen te werken. Uiteindelijk heb ik daardoor de kans gegrepen om van Maldegem naar Brussel te verhuizen. Ik had daar nood aan. Ik moest, letterlijk en figuurlijk, weg uit die thuissituatie.’
Geen verjaardagsfeest
‘Rond 2007 heb ik de radicale beslissing genomen om het contact met mijn adoptieouders te verbreken. Ik weet dat dat hard klinkt. Zoals veel geadopteerden voel ik een leegte in mij, die me bij momenten triest, depressief en onrustig maakt. Dat is niet voortdurend, het gaat op en neer. Dezelfde gevoelens van onrust voel ik bij mijn adoptieouders. Ik besef dat zij in mijn jeugdjaren ook hun eigen, persoonlijke problemen hadden.’
‘Met de feestdagen sturen ze me nog een berichtje, en ook met mijn verjaardag, maar die vier ik niet. Want de datum in mijn adoptiedossier is wellicht niet correct, zoals bij veel geadopteerden. Ik antwoord nooit op hun berichten, en ze weten dat. Ik besef wel dat zij ook maar mensen zijn die fouten kunnen maken, zoals andere ouders. Maar je moet het accepteren zoals het is: het verleden kan je niet veranderen, maar de toekomst heb ik nu zelf in handen.’
‘Ik ga bijna maandelijks naar gespreksgroepen voor geadopteerden in Nederland, want helaas vind je die in België bijna nergens. Ik ervaar daar begrip en een enorme verbondenheid en erkenning. Daardoor begin ik nu pas veel aspecten van mezelf beter te begrijpen. Ik heb al veel lotgenoten ontmoet en begin te beseffen dat elk verhaal anders is, maar dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten, of het nu goed of minder goed verlopen is. Ik ben niet de enige die gebroken heeft met haar adoptieouders. Ik hoef me daarover niet te schamen.’
‘Daarom ook wil ik dit verhaal delen en wil ik aBuddy worden: om andere en ook jonge geadopteerden te tonen dat ze niet alleen zijn. Had ik als opgroeiende tiener maar zo’n buddy gehad!’