De Standaard

De Nobelprijs, een bekroning met een baard

Opnieuw kregen alleen mannen de Nobelprijz­en voor Fysica, Chemie en Geneeskund­e. Waarom worden vrouwen over het hoofd gezien? Worden ze gediscrimi­neerd? De maatregele­n voor een meer gebalancee­rde verdeling lijken vooralsnog weinig effect te hebben.

- © Illustrati­e Dockx, Wijckmans VAN ONZE MEDEWERKER TOMAS VAN DIJK

‘De Nobelprijs voor Natuurkund­e is vaker aan mensen uitgereikt die John (8), Robert (6), James (5), William (5), Max (4) of George (4) heten dan aan vrouwelijk­e laureaten (3)’, schrijft een astronome met alias Liz B op Twitter. Ze is een van de vele wetenschap­pers die het Nobelcomit­é online ervanlangs geven.

Want ook dit jaar gingen de prijzen voor chemie, fysica en geneeskund­e naar mannen. Sinds het begin van de Nobeljaart­elling in 1901 wonnen maar vijf vrouwen de prijs voor chemie en drie die voor fysica. Zet dat eens af tegen de mannelijke sco

res: 181 (chemie) en 210 (fysica). Bij geneeskund­e (dit jaar drie mannen) is de verhouding iets beter. Ongeveer twintig procent van die prijzen is door de jaren heen naar vrouwen gegaan.

Vandaag wordt de Nobelprijs voor Economie uitgereikt. Tot dusver heeft één vrouw die ooit gewonnen.

Wat is er aan de hand? Worden de vrouwen vergeten door het Nobelcomit­é? Of zijn er gewoonweg weinig vrouwelijk­e onderzoeks­ters die grote ontdekking­en doen en dus in aanmerking komen voor de prijs?

Bij het Nobelcomit­é is men zich bewust van de onderverte­genwoordig­ing van vrouwen. Vorig jaar voerde het enkele wijziginge­n door. De commissies die de shortlists samenstell­en, doen een beroep op duizenden wetenschap­pers om suggesties aan te dragen. Sinds vorig jaar wordt hen op het hart gedrukt om oog te heb

ben voor gender en etniciteit.

‘Er lijkt een kleine positieve veranderin­g’, zei Göran Hansson, de secretaris­generaal van het Nobelcomit­é, twee weken geleden in het vaktijdsch­rift Nature. ‘We moeten nog enkele jaren wachten om hierover iets met zekerheid te kunnen zeggen.’

Maar cijfers over het aantal vrouwen op de shortlists wil Hansson niet geven. De namen van genomineer­den blijven sowieso vijftig jaar geheim. Eveneens geheim: de lijst van wetenschap­pers die om input voor de shortlists wordt gevraagd. Naar verluidt zouden dat sinds vorig jaar iets meer vrouwen mogen doen.

Op de bres voor Marie Curie

Hansson stelt wel dat het ‘logisch’ is dat meer mannen dan vrouwen de prijs winnen. Er zijn meer mannelijke dan vrouwelijk­e wetenschap­pers actief in de fysica en chemie. Daar komt bij dat veel wetenschap­pers de Nobelprijs winnen voor een ontdekking die ze decennia geleden deden, toen de genderbala­ns slechter was. Veerle Draulans, experte genderstud­ies (KU Leuven), nuanceert dat de scheve manvrouwve­rhouding louter een erfenis uit het verleden is. ‘Het werd vrouwen een groot deel van de twintigste eeuw vrijwel onmogelijk gemaakt om carrière te maken in de wetenschap. De bias die je nu ziet, begint wel met die van vroeger.’

‘De vrouwen die wel een prijs hebben gewonnen, hebben daarvoor een enorme strijd moeten leveren. Neem tweevoudig winnares Marie Sklodowska­Curie. Zij kreeg haar eerste Nobelprijs, die voor natuurkund­e, in 1903 samen met haar man Pierre Curie en Antoine Henri Becquerel. Maar daar had haar man voor moeten onderhande­len. Het Nobelcomit­é voelde er niets voor om de prijs uit te reiken aan een vrouw.’

Zo erg als toen is het vandaag gelukkig niet meer. Toch zal de onderverte­genwoordig­ing van

‘We zullen nooit quota’s introducer­en voor nationalit­eit, etniciteit of sekse’

GÖRAN HANSSON Secretaris­generaal Nobelcomit­é

vrouwen bij de Nobelprijz­en voor wetenschap­pen nooit helemaal vanzelf verdwijnen, meent Draulans. ‘De Amerikaans­e psychologe Alice Eagly heeft recent een onderzoek gepublicee­rd over kinderen die gevraagd werden om een tekening te maken van iemand die wetenschap beoefent. Vijftig jaar geleden tekenden alle kinderen een man. Nu doen nog steeds veruit de meeste jongens dit, maar je ziet tegelijk dat bijna de helft van de jonge meisjes een vrouw tekent. Op zestienjar­ige leeftijd slaat het beeld om en tekent driekwart van de meiden een man. Net op het moment dat ze nadenken over studiekeuz­e en beroep. De stereotype­ring zit diepgewort­eld.’

Mannen inspireren mannen

De stereotype­ring is funest, zegt ook hoogleraar psychologi­e Jojanneke van der Toorn van de Universite­it Leiden. ‘Mannen en vrouwen hebben vaak “last” van dezelfde stereotype­n. Het Nobelcomit­é heeft het aandeel vrouwen bij de kiescommis­sies verhoogd, maar onderzoek toont aan dat dit in veel gevallen niet helpt. Het kan zelfs averechts uitpakken, doordat de aanwezighe­id van vrouwen de commissie minder waakzaam maakt voor de invloed van stereotype­n, wat de kans vergroot dat vrouwen oneerlijk beoordeeld worden. Ook zien we dat vrouwen soms juist géén andere vrouwen willen selecteren, omdat dat geforceerd aanvoelt. Dit effect verdwijnt pas als de commissies voor de helft uit vrouwen bestaan.’

Studies tonen ook aan dat mensen meer geneigd zijn om prijzen uit te reiken aan iemand die op hen lijkt, zegt Ludo Waltman van het Centrum voor Wetenschap­sen Technologi­estudies (Universite­it Leiden). ‘In veel jury’s zitten oudprijswi­nnaars. Mannen komen hierdoor sneller bovendrijv­en als sterke onderzoeke­rs.’

Hoe het tij dus keren op korte termijn? Met quota? Het Nobelcomit­é is ertegen. Göran Hansson in Nature: ‘We zullen nooit quota’s introducer­en voor nationalit­eit, etniciteit of sekse. Het is belangrijk dat de winnaar de prijs krijgt voor haar of zijn verdienste­n. Daar mag nooit enige twijfel over bestaan.’

Quatsch, vindt fertilitei­tsarts in het UZ Gent Petra De Sutter, tevens Europarlem­entslid voor Groen en verbonden aan het Centre for Gender Studies (UGent). ‘We zitten in een vicieuze cirkel. Mannelijke rolmodelle­n zijn er volop in de wetenschap. Mannen inspireren mannen. Er moeten meer vrouwelijk rolmodelle­n komen, anders raken we nooit uit die cirkel.’

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium