Jammen op tapschoenen
Dans Dat Sidi Larbi Cherkaoui van vele markten thuis is, wisten we al. Maar als u hem in het Middelnederlands wil zien zingen en tapdansen: rep u naar ‘Session’.
Session. Sidi Larbi Cherkaoui & Colin Dunne & Eastman Nog te zien in Toneelhuis tot en met 18 oktober
‘Good evening, we’re going to sing some songs, do a little bit of dance and make a lot of noise.’ Nee, de Ierse danser Colin Dunne heeft zich niet van podium vergist. Als een volleerde frontman stelt hij de leden van zijn ‘gelegenheidsband’ voor: componist Michael Gallen, sarokspeler Soumik Datta en Sidi Larbi Cherkaoui. Het Toneelhuispubliek is voelbaar blij om hun kosmopoli tische Antwerpenaar nog eens aan het werk te zien.
Muziek en ritme zijn de rode draad in deze speelse ontmoeting tussen Dunne en Cherkaoui en dat is gezien hun uiteenlopende profiel geen onverstandige keuze. De eerste werd wereldberoemd als ster van Riverdance. Cherkaoui’s leerschool lag bij MTV, Alain Platel, Pi na Bausch en Anne Teresa De Keersmaeker. Het verschil is groot wanneer ze dezelfde tapdans uitvoeren: Cherkaoui’s urban swag contrasteert met de precieze techniek van Dunne. En waar bij Dunne alles vertrekt vanuit flitsend voetenwerk, heeft Cherkaoui van lyrische handgebaren zijn handelskenmerk gemaakt.
Voortbouwend op het akoestische en ritmische effect van Dunne’s stepdance exploreren de twee dansers en twee muzikanten, met behulp van een theremin (u weet wel: zo’n synthesizer met antenne die vroeger in sciencefictionfilms werd gebruikt), een vibrafoon en piano, de band tussen dans en geluid. Vaak met een slapstickachtig kantje.
In deze concertsetting mag het allemaal wat losser en gemoedelijker. Broederlijk naast elkaar gezeten op een rode sofa ontpoppen Cherkaoui en Dunne zich tot een eigentijds komisch duo. Dunne probeert als therapeut de woordeloze gebarentaal van zijn patiënt te duiden, tot algehele hilariteit van het publiek. Even later versmelten ze door allerlei acrobatische trucjes tot één lijf.
Het zijn best leuke vondstjes, uitgevoerd door een team dat goed op elkaar is ingespeeld, maar het resultaat blijft toch een beetje plat, het komische effect wat gemakzuchtig, het auditieve spel al te be proefd.
Sterker overtuigt Session als concert, en niet alleen door de warme muziek van Gallen en Datta, die geïnspireerd is door traditionele Ierse gezangen. Ook omdat Cherkaoui en Dunne onverwachts mee zingen en musiceren en we hen zo wél uit hun comfortzone zien. De momenten waarop Cherkaoui een Middelnederlands lied aanheft of het viertal a capella een gedicht van de dichter Patrick Kavanagh zingt, zorgen voor een breekbare verstilling.