WAT TE VERWACHTEN VAN DE NIEUWE FRANSTALIGE LEIDERS?
Bericht aan de Vlaamse politici en journalisten! Het zal nodig zijn om de Franstalige adresboekjes te herzien en snel enkele lunches te beleggen om opnieuw voeling te krijgen met de politieke hartslag van het land. Met de nieuwe namen die op komst zijn, bestaat het risico dat anders het contact met het zuiden van het land voorgoed verloren gaat.
Het is niet zeker dat er een inhoudelijke tsunami op komst is, maar er is wel een heuse interne verhuizing op til. Twintig jaar heeft u Elio Di Rupo gekend als voorzitter van de PS en topman van de Franstaligen; jarenlang heeft u geleefd met het beeld van Olivier Maingain als voorzitter van Défi (ex FDF) en grote mond van de Franstaligen: het zal nu zaak zijn om gewend te raken aan een nieuwe configuratie. Di Rupo en Maingain, in het noorden van het land vaak afgeschilderd als de Franstalige boemannen, zullen ongeveer gelijktijdig de fakkel doorgeven. Voeg daar de (althans officiële) verdwijning aan toe van het Michel/Reynders-concept bij de MR, na de voorzitterswissel bij CDH van enkele maanden terug, en de conclusie is duidelijk: de omwenteling valt niet te overschatten.
De nieuwe rolverdeling bij de Franstaligen is nog niet compleet, maar neemt wel duidelijke vormen aan. Zet alvast het borstbeeld van Maxime Prévot (CDH) op uw boekenplank. U kent hem wel: enkele jaren geleden nam hij bij de VRT deel aan een wedstrijd tussen gemeenten, waarin Namen het opnam tegen Antwerpen.
Bij de PS zijn er geen verrassingen: op 18 en 19 oktober zal Paul Magnette – eindelijk – zegevieren. Hij is allesbehalve een onbekende in het noorden van het land, waar men zijn tweetaligheid, zijn intellect, en zijn vechtlust heeft ontdekt tijdens een debat met Bart De Wever dat georganiseerd werd door De Tijd en L’Echo voor de verkiezingen in 2014. Bij de MR lijkt het een beetje op een mislukte thriller: veel kandidaten, maar slechts een grote favoriet. In enkele weken tijd is het enfant terrible Georges-Louis Bouchez de lieveling van het establishment geworden, maar – wat nog kostbaarder is voor hem, en interessanter voor de toeschouwers – ook de pupil van Charles Michel. Op 12 november valt de beslissing.
Het echte nieuws valt vandaag te verwachten, bij de kandidaat-opvolger voor Maingain bij Défi. De verkiezing staat gepland voor begin december, maar er kan zich slechts één persoon kandidaat stellen als de militanten moeten stemmen. Men had de baronnen Gosuin of Clerfayt verwacht, maar het is François De Smet, kersvers lid van de partij, die zich heeft aangediend. François wie? De filosoof was een tijdje nauw verbonden met de MR van Hervé Hasquin, stond bijna aan het roer van het CRISP (een onafhankelijk studiebureau), en werd uiteindelijk de eerste directeur van Myria – en dat in volle migratiecrisis, onder de voogdij van Theo Francken. Dat zegt alvast veel over de figuur. Overigens heeft hij de prijs gewonnen voor het beste politieke boek, met een essay over het Godwinpunt, dat is het moment waarop men, bij gebrek aan andere argumenten, overgaat tot een vergelijking ad Hitlerum.
Wat valt er te verwachten van deze nieuwe leiders? Een radicalisering van hun programma? Bij de PS is dat mogelijk. Bij de MR is dat minder zeker. Wellicht zal de voogdij van Michel vanuit Europa de partij slechts minimaal doen evolueren, terwijl Bouchez het etiket liberaal verkiest en het niet wil hebben over links of rechts. We zijn benieuwd.
Bij Défi is het interessant om de komst van De Smet te volgen, met enerzijds een openheid naar Vlaanderen, en anderzijds de wil om te strijden voor het behoud van een sterke federale staat en tegen het nationalisme. In het interview dat hij gaf aan Le Soir bij zijn ‘coming out’, verklaarde hij: ‘Het beeld van Défi in Vlaanderen is diabolisch. Ik hou van de Vlaamse cultuur, ik ben Brusselaar en heb Vlaamse vrienden. De Vlamingen noch de Vlaamse Beweging zijn onze vijand – onze enige tegenstander is het nationalisme. Helaas zien we bij zowel de twee nationalistische partijen als bij de traditionele partijen dat het nationalisme een verontrustende richting uitgaat. We zullen het bestrijden en de belangen van de Franstaligen in Vlaanderen verdedigen, maar evenzeer reiken we de hand naar de Vlamingen, want we willen dit land en het federale België behouden. Dat zal ons altijd onderscheiden van de N-VA en het Belang.’ De politiek filosoof voegt eraan toe: ‘De Wever heeft ongelijk, er zijn geen twee democratieën, er is één democratie, maar twee publieke opinies.’ Dat belooft vuurwerk.
De nieuwe partijvoorzitters trekken zich uit de slag in het Nederlands en zullen dus geen excuses meer hebben voor hun weigeringen om deel te nemen aan politieke debatprogramma’s bij de VRT. Op voorwaarde dat ze in deze tijden van canons en ‘neutralisatie’ van programma’s, überhaupt nog uitnodigingen zullen ontvangen. Antwerpse gemeenteraad. De fotomontage bij het artikel over de zitpenningen van de Antwerpse gemeenteraadsleden toont foutief ook de burgemeester en enkele leden van het schepencollege (DS 16 oktober). Zij zetelen wel in de gemeenteraad, maar worden niet met zitpenningen vergoed. Fotocredit. De foto van onderneemster Ruth Janssens is genomen door Sven Dillen (DS 16 oktober).
Het echte nieuws valt vandaag te verwachten bij de kandidaat-opvolger bij Défi