POPULISME OP ZIJN DUITS
Vrolijk is anders. Het Duitse gezinnetje dat deze week op de cover van Der Spiegel prijkt, kijkt alsof het einde van de wereld nabij is. Vooral de moeder is er erg aan toe. Bedrukt staart ze naar de grond, terwijl ze wanhopig een kleine brandkast in haar armen koestert. De vader houdt zich staande, maar heeft een verbeten blik in de ogen. Hun dochtertje houdt een Monopolydoos onder de arm, maar veel zin in een spelletje lijken haar ouders niet te hebben. ‘Wenn Sparen arm macht’, luidt het opschrift bij de tekening. ‘De nulrente vreet de bezittingen van de Duitsers op.’
Het is een stelling die ook bij ons vaak te horen is. De ECB zou de brave huisvaders en moeders verarmen, of zelfs ‘onteigenen’, via het beleid om de rente laag te houden. In Duitsland is bijna iedereen daarvan overtuigd. Met de nadruk op ‘bijna’. Want Marcel Fratzscher, macroeconoom aan de Berlijnse Humboldtuniversiteit en de luis in de pels van economisch Duitsland, kan het niet langer meer aanzien. ‘Populisme op zijn Duits’, noemde hij de cover van Der Spiegel. Prompt stuurde hij via Twitter de ontkrachting van ‘twintig mythes over het geldbeleid van de ECB’ de wereld in.
Dat de bank de schuld krijgt van de lage spaarrente, vindt hij niet terecht. Want de reële spaarrente in Duitsland – wat je overhoudt als je de inflatie mee in rekening brengt – lag altijd al laag. Om precies te zijn op 0,004 procent in de periode tussen 1967 en 1998, preciseerde de econoom Peter Bofinger. Toen zwaaide de Bundesbank nog de plak en betaalden de Duitsers in keiharde DMarken. ‘De Duitse spaarders waren dus altijd al de klos’, voegde Bofinger er ironisch aan toe.
Het wantrouwen tegenover de ECB is in Duitsland erg groot. Dat is een gevaar lijke tendens, vindt Fratzscher. ‘Duitsland is aan het afglijden naar een gevaarlijke antiECBhysterie, die de geloofwaardigheid van de instelling dreigt aan te tasten’, schrijft hij.
Hoe onpopulair de ECB is in Duitsland, bleek nog bij het afscheid van Mario Draghi. De grootste krant van Duitsland, Bild, eiste toen op de voorpagina dat Draghi het cadeau zou teruggeven dat hij jaren eerder van de krant ontvangen had: een Pruisische legerhelm. De Italiaan was het geschenk niet langer waardig, vond de krant. Een ludieke stunt misschien, maar daarmee wordt wel het negatieve sentiment gevoed.
Het wantrouwen tegenover de ECB is in Duitsland erg groot
Met Christine Lagarde aan het roer zal de bank er waarschijnlijk niet populairder op worden in Duitsland. Draghi was tenminste nog een bankier, die zijn sporen verdiend had bij de centrale bank van zijn vaderland. Maar Lagarde is een politica, en dan nog een uit Frankrijk.
Daarmee dreigt een ander Duits heilig huisje voor de bijl te gaan: de politieke onafhankelijkheid van de ECB. Economen stippen aan dat Lagardes politieke profiel misschien zo slecht niet is, omdat monetair beleid het meest efficiënt is als het door overheden wordt ondersteund. Maar de vraag is of de Duitsers het ook zo zien. Al voor ze haar intrek had genomen in de ECBtorens, wees Lagarde Duitsland en Nederland terecht wegens hun spaarzaamheid.
Maar het zou wel eens kunnen dat de Duitsers snel bijdraaien. Want hun economie is vrijwel tot stilstand gekomen. Niet echt een positie om hoog van de toren te blazen. Ze zullen Lagarde misschien binnenkort nog dankbaar zijn. Ligt die Pruisische legerhelm al klaar?