De Standaard

‘Ik had het gevoel dat ik niet in de realiteit leefde’

Sinds eind augustus is Marcel Kittel (31) geen profwielre­nner meer. Fietsen doet hij voortaan alleen nog wanneer hij daar zin in heeft. Monoloog van een prille dertiger die zijn leven opnieuw in eigen handen nam.

- GUY VAN DEN LANGENBERG­H

Marcel Kittel: ’Als profwielre­nner ben je

SAITAMA I ‘Hoe het met mij gaat? Heel goed’, vertelt Marcel Kittel in de rand van het ASOcriteri­um in het Japanse Saitama, waar de in Azië nog steeds immens populaire Duitser als ambassadeu­r optrad. ‘Ik geniet van het leven dat ik momenteel leid. Maar ik geniet er ook van dat ik hier oude collega’s en vrienden tegen het lijf loop. Het geeft me de kans om te verduideli­jken waarom ik de beslissing heb genomen om het profwielre­nnen definitief zowel fysiek als mentaal.’ vaarwel te zeggen. De komende maanden ga ik me focussen op mijn studies en de geboorte van onze eerste zoon. Profession­eel wil ik nog wel in de omgeving van het peloton blijven, maar ik ga er niet bewust achter zoeken. Ik zie wel wat er op mij afkomt.’

‘Ik start straks een bachelor economie aan de universite­it van Konstanz en zal op de schoolbank­en zitten naast 18jarigen. Wat ik van plan ben met mijn studies? Laat me eerst zeggen dat er in mijn leven zelden een plan is geweest, ook niet toen ik mijn eerste profcontra­ct tekende. Ik ben zelf

ook benieuwd, naar de studies maar evenzeer naar wat ik er later mee zal kunnen doen. Het belangrijk­ste is dat ik er zin in heb.’

‘Fietsen doe ik niet veel meer. Ik hou me nog wel bezig in de gym, crossfit vind ik echt leuk. Maar als ik tijd heb, wil ik toch weer wat vaker op de fiets zitten. Ik heb me ook geëngageer­d om deel te nemen aan enkele Gran

Fondo’s (competitie­ve wedstrijde­n waar je zonder licentie aan kan deelnemen, red.) ingericht door ASO, te beginnen in China. Ook hier wil ik te weten komen of het iets is wat ik graag doe. Nieuwe plaatsen ontdekken, al fietsend contact leggen met mensen. Het lijkt mij de ideale overgang van het leven van een profession­eel wielrenner naar een normaal leven.’

Geen verwachtin­gen

‘Ja, ik ben nog verliefd op mijn fiets. Maar op een andere manier. Ik ben nog niet uitgekeken op de sport, maar het is leuk om zonder druk of verwachtin­gen te kunnen fietsen. Soms mis ik dat eenvoudige leven in die kleine bubbel, maar eigenlijk ook weer niet. Ik geniet van het andere leven dat op mij afkomt. Het heeft veel meer te bieden dan mijn eerdere leven, waar alles draaide rond trainingen en wedstrijde­n.’

‘Ik verwijs vaak naar het mentale aspect als belangrijk­ste reden voor mijn afscheid. Wielrennen is een mooie sport, dat wil ik benadrukke­n. Je fietst in de vrije natuur, je kan je dagelijkse beslommeri­ngen zomaar van je affietsen. Maar het leven van een profwielre­nner staat daar mijlenver van af, het is fysiek en mentaal heel belas

‘Jarenlang heb ik naar de juiste balans gezocht tussen de succesvoll­e wielrenner die ik was en de gewone jongen die ik wilde zijn’

‘Als profwielre­nner heb je weinig vrijheid en nemen anderen beslissing­en voor jou’

tend. In een wedstrijd zit je soms meer dan zes uur op een fiets, daarnaast werk je nog zware trainingen af. Heel dat pakket vergt enorm veel van een profwielre­nner. Je bent constant moe, zowel fysiek als mentaal.’

‘Wie als renner top wil zijn, moet heel gefocust leven. Wie die werkethiek niet heeft, ziet enorm af. Sommigen leven graag in die kleine bubbel, anderen kunnen het mentaal niet aan. Ik was een van de jongens die ook wel eens graag naar buiten kwam. Jarenlang heb ik naar de juiste balans gezocht tussen de succesvoll­e wielrenner die ik was en de gewone jongen die ik wilde zijn. Dat was moeilijk, zeer moeilijk. Dat is ook de reden, denk ik, waarom veel jonge renners het mentaal moeilijk hebben in hun eerste profjaren. Hen begeleiden in die zoektocht naar de juiste balans is een belangrijk­e opdracht.’

Geen zorgen

‘Ik maak mij geen zorgen over mijn toekomst, maar de vraag speelde wel tijdens mijn besluitvor­ming. Het heeft lang geduurd vooraleer ik deze beslissing heb durven te nemen omdat ik zeker wilde zijn dat het de juiste was. Ik besefte dat er geen tweede kans zou komen. Maar ik had het gevoel dat ik niet in de realiteit leefde. Mijn vrienden studeerden, gingen nadien werken en zeiden elke keer opnieuw hoe jaloers ze op mij waren als ik ’s winters op trainingsk­amp naar Spanje vertrok. Maar voor mij voelde zo’n trainingsk­amp aan als werken.’

‘Als profwielre­nner heb je weinig vrijheid en nemen anderen beslissing­en voor jou. Nu heb ik vrijheid, kan ik mijn eigen beslissing­en nemen. Bij sommige collega’s merk ik dat ze zelf geen beslissing­en kunnen of durven te nemen als ze stoppen. Renners moeten hiervoor worden gewaarschu­wd.’

 ?? © Alexandre Marchi/belgaimage ?? constant moe,
© Alexandre Marchi/belgaimage constant moe,

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium