Kloppgeest
Zijn woordspelingen met VAR goedkoop of niet? Bij ons in Bel gië leiden de ‘VARschrikkelijke beslissingen’ en co. al tot ogenrollen bij de toehoorder (al heeft nog niemand Michel Preud’homme of een zij ner collega’s hier te lande ‘VARongelijkt’ genoemd, tijd om daar verandering in te brengen). Maar over het Kanaal, in de Premier League, is de VAR pas dit seizoen geïntroduceerd, en gaan de tabloids helemaal loos. ‘Title race VAR from over yet’, bloklet terde een krant, en dat klopt natuurlijk, al heeft Liverpool na zondag negen punten voorsprong op Manchester City.
LiverpoolCity was een propagandawedstrijd, van een niveau waar anno 2019 geen BarcelonaReal aan kan tippen (over BayernDortmund zwijgen we zedig, die lieten een dag eerder zien hoe schrikbarend groot de kloof tussen Bundesliga en Premier League is).
The Times kwam terug op het woe dende lamento van Citycoach Pep Guardiola: ‘It’s gone a bit Basil Fawlty for angry Guardiola.’ Ook al was het in hotel Fawlty Towers het hulpe loze hulpje Manuel dat from Barcelona kwam, toch klopt die krantenkop: Guardiola’s woede over de VAR was zo geëxalteerd en cartoonesk dat John Cleese er nog wat van kan leren.
Ergens midden in het wedstrijdver slag vroeg de journalist zich ook af of Kevin De Bruyne niet wat overgewicht met zich meetorste – geen idee, hij had vooral overwicht, op de match – maar tussen al de fallout van een sublieme partij voetbal, was ook plaats voor een kolom over het Engel se nationale dameselftal. Dat had op Wembley een interland tegen Duitsland verloren, de vijfde nederlaag in zes wedstrijden voor de Leeuwinnen (als de dieren ooit centen gaan eisen voor sportploegen en naties die hun soortnaam gebruiken, zullen begrotingstekorten pas echt oplopen).
De Engelse bondscoach Phil Neville moet vrezen voor zijn job, het stond er onomwonden. Dat is fantastisch nieuws voor het damesvoetbal. Niks tegen Neville, maar een beter bewijs voor de emancipatie van de sport is er niet: een coach die niet presteert, vliegt, ook bij de meisjes. Het damesvoetbal is niet langer de zachte sector, de meiden vallen niet langer in katzwijm omdat hun coach nog met David Beckham (de man wiens poster hun meisjeskamer sierde, zeker na de film Bend it like Beckham) de kleedkamer heeft gedeeld. Neen, hij moet
Jürgen Klopp (l.) overtroeft voorlopig Pep Guardiola. resultaten behalen, anders ligt hij eruit.
Blijkbaar eist Neville van zijn speelsters dat ze verzorgd uitvoetballen, en had dat in die laatste interland groteske gevolgen: de Duitse meisjes joegen de Engelse voortdurend in de fout, en wonnen zo kinderlijk eenvoudig. ‘Ja maar, dit is ons DNA’, verdedigde de Engelse bondscoach zich, ‘zo willen we voetballen, zo wil ook Gareth Southgate dat de mannen spelen.’
Interessant, omdat ‘DNA’ en ‘willen’ twee begrippen zijn die haaks op elkaar staan. DNA zit in je genen, is wat je van je voorouders hebt meegekregen, een oeroude leidraad in lichaam en geest, waarnaar je instinctmatig handelt: je hebt niks te willen, noem het onweerstaanbare drang. Uit Nevilles woorden blijkt dat hij DNA wil opleggen aan zijn speelsters. Dat is per definitie onmogelijk.
En zo zitten we weer bij Klopp en Guardiola, coaches van de falanxen Liverpool en City. Guardiola is de puppetmaster, de man die zijn spelers impregneert met strikte ideeën over hoe voetbal moet worden gespeeld, en daar het liefst kunst uit puurt. Zijn ploegen bedwelmen, om dan toe te slaan, met een steekpass en een plotse versnelling, vaak in de korte ruimte, omdat de tegenstander bij zoveel dwingend balbezit in zijn schulp is gekropen.
Klopp heeft ook spelers uit alle windstreken onder zijn hoede, maar zijn stijl is wel nog verankerd in wat het echte DNA van het Engelse voetbal was: kickandrush. Een hypermoderne variant ervan, zeker, een streling voor het oog, niet zoals vroeger met een paar tandeloze spitsen die tig luchtduels per wedstrijd uitvechten, neen, de kick wordt mondjesmaat en oordeelkundig gehanteerd. Maar de rush is alomtegenwoordig: op het veld, waar alles in overdrive gebeurt, en het liefst in grote ruimtes, die Klopps spelers spoorslags overbruggen, maar ook ernaast: waar City vaak eerst bedwelmt en dus verdooft, veroorzaakt Liverpool a rush of blood in the head bij wie toekijkt – je krijgt een kick van hun rushes.
Adembenemend zijn de backs. Guardiola is de uitvinder van de inverted wing backs, vleugelverdedigers die centraal op het middenveld opereren om daar numerieke meerderheid te creëren (Kompany kopieerde dit principe bij Anderlecht), terwijl bij Klopp de twee backs, Andrew Robertson en Trent AlexanderArnold, misschien wel de spectaculairste spelers van het team zijn, er voortdurend overheen knallen, een geweldige voorzet in huis hebben, en vorig seizoen elk meer dan tien assists afleverden, rechtsachter AlexanderArnold kreeg met twaalf stuks zelfs een vermelding in het Guinness Book of Records.
Het is op zich een oud recept, Eric Gerets banjerde in de jaren 80 ook al de flank op en af, dat vonden we toen allemaal fantastisch, hij was de bionische man, maar aan de twee van Klopp zie je de evolutie van de menselijke soort: ze zijn veel sneller, en kunnen veel beter voetballen dan de Leeuw – daar heb je het dier weer.
Kevin De Bruyne speelde erg sterk op Anfield, hij voetbalt bij een fantastische ploeg. Maar onwillekeurig dacht je na afloop van de wedstrijd: hij zou nóg beter bij Liverpool passen. Want dat is de paradox: al hanteert het voetbal van Klopp soms ook antieke recepten, hij oogde zondag niet voor het eerst moderner dan Guardiola.
Klopp heeft intussen meer van hem gewonnen dan omgekeerd, vooral daarom transformeerde Guardiola in Basil Fawlty na de wedstrijd. Guardiola moet met City aan een inhaalrace beginnen, en hopen dat ook bij Liverpool de wet van de remmende voorsprong gaat gelden. Alleen: wie Klopps creatuur over het veld ziet razen, weet dat hij geen remmen heeft ingebouwd.
Daarom was Guardiola’s VARontwaardiging een maskerade. Om zijn verbijstering aan het oog te onttrekken.
Filip Joos is voetbalcommentator voor de VRT en Play Sports. Zijn column verschijnt wekelijks op zaterdag.
Misschien zou Kevin De Bruyne nóg beter bij Liverpool passen