Klankentrance in de kerk
‘Stimmung’ van Stockhausen is een legendarisch stemmenwerk uit 1968. Silbersee liet de veelzijdigheid horen.
In een verduisterde SintPieterskerk in Gent hing een grote verlichte bol als maan onder de koepel. De zes zangers van Silbersee zaten eronder, met microfoons om de pulserende stemgolven van Stimmung de ruimte in te sturen. In dat stuk van Stockhausen luister je meer dan een uur lang naar zes noten, in patronen die van elkaar wegdwalen en weer samenkomen. Hier en daar wordt een ‘magische naam’ uitgeroepen. Geholpen door de mystieke sfeer kon je zo in de ritualis tische trance kruipen.
Maar noem Stimmung geen relaxerende muziekmeditatie. Het stuk is een ingenieus gecomponeerd klankfeest, waarvan elke noot met speciale keelzangtechnieken en zorgvuldig gekozen lettergrepen wordt ingekleurd. Uit de diepe zanglijnen stijgen zo ook fluittonen op. Ze klinken als de wind die over flesjes blaast. Er zijn tonen die zo dicht tegen elkaar aanwrijven dat er een vreemde trilling ontstaat, en stofdeeltjes van geluiden waarvan je niet zeker bent dat je ze echt gehoord hebt. Het is pure klankfysica, maar zo precies gezongen als door Silbersee, is het resultaat buitenwereldlijk.
Er zat humor in hoe de zangers de magische namen plots geestdriftig uitriepen en momenten van trance hinnikend onderbraken. Zonder ze in het belachelijke te trekken, brachten de zangers de erotische poëzie die Stockhausen bij de partij schreef als stukjes dadaïstisch absurdisme.
Maar het mooist van al was de breekbaarheid. Als de zangers tussen al de afgeronde engelenklanken ook het labeur van hun stembanden lieten horen, bijvoorbeeld.