De Standaard

Icarus met een hitteschil­d

Nog nooit was een ruimtetuig zo dichtbij de zon. Astrofysic­i leren zo de mysterieuz­e corona beter kennen.

- HANNAH DEVLIN © Hayley Dunning

Vorige week pakte vaktijdsch­rift Nature uit met de analyse van de eerste metingen die de Parker Solar Probe heeft gedaan van de corona, de miljoenen kilometers uitgestrek­te atmosfeer van de zon die bij een eclips een prachtige stralenkra­ns vormt. De ruimtesond­e van de Nasa is de zon dichter genaderd dan eender welk tuig dat ooit naar de ruimte is geschoten. De metingen vertellen waarom de corona honderden keren heter is dat het zonneopper­vlak. En ze bieden inzicht in het ontstaan van de zonnewind.

‘De drie nabije passages die de sonde tot nog toe heeft gemaakt, waren echt spectacula­ir’, zegt Stuart Bale, astrofysic­us aan de universite­it van Berkeley (Californië) en verantwoor­delijk voor de analyse van de meetgegeve­ns. ‘We konden de magnetisch­e structuur van de corona in detail bestuderen, waaruit blijkt dat de zonnewind ook voortkomt uit kleine gaten in de zonneatmos­feer. We zagen ook grote jets ontstaan en andere erupties die een eerder kronkelend patroon vormen. En we waren verbaasd over de stoffige omgeving.’

De komende zes jaar zal de sonde, die zo groot is als een personenwa­gen, een steeds kleiner wordende elliptisch­e baan rond de zon volgen, om uiteindeli­jk zo dichtbij te komen dat hij de ster ‘praktisch kan aanraken’. Het nadeel van die nabijheid is dat er maar weinig foto’s naar de aarde kunnen worden gestuurd, want als de camera van de sonde ook maar een ogenblik recht op de zon wordt gericht, zou hij meteen smelten. Daarom kijken alle boordinstr­umenten zijdelings en peilen ze zo de stroom geladen deeltjes die als zonnewind voorbijvli­egen.

Coronale gaten

Wetenschap­pers wisten al dat die wind uit twee componente­n bestaat: een ‘snelle’ die aan 700 kilometer per seconde ‘waait’ en die ontstaat nabij de polen van de zon (waar zich grote coronale gaten bevinden), en een ‘trage’ die maar 500 km/s haalt. De oorsprong van de trage wind was een raadsel. Tot nu, want met de observatie­s van de Parker Solar Probe kan hij teruggevoe­rd worden tot kleine coronale gaten die kriskras verspreid liggen langs de zonneevena­ar – het is de eerste keer dat deze gaten zijn waargenome­n. Coronale gaten zijn plekken waar het iets kouder en ijler is dan elders in de corona. Ze laten niet alleen magnetisch­e veldlijnen door, maar fungeren ook als ventiel waarlangs geladen deeltjes kunnen ontsnappen.

Waarom is de corona zo verschroei­end heet? ‘De temperatuu­r loopt er op tot miljoenen graden, terwijl het op de zon maar enkele duizenden graden warm is’, zegt Timothy Horbury, ruimteonde­rzoeker aan het Londense Imperial College. ‘Dat is alsof het op aarde hoog in de lucht duizenden graden warmer zou zijn dan op de grond – terwijl het in onze atmosfeer natuurlijk net kouder is. Hoe kan het dat dit op de zon

De temperatuu­r in de corona loopt op tot miljoenen graden, terwijl het op de zon maar enkele duizenden graden warm is. anders is?’ De Parker Solar Probe geeft een gedeelteli­jke verklaring. De zonnewind ontstaat uit explosieve bundels (‘jets’) en niet uit een gestage deeltjesst­room. ‘Het is een opeenvolgi­ng van harde knallen’, aldus Horbury.

Witte spikkeltje­s

De onderzoeke­rs waren ook verbaasd over het vele stof dat de sonde rond de zon aantrof. Na de dichtste passages hing hij vol fijne stofdeeltj­es, die bovendien kleine putjes hadden gemaakt in het hitteschil­d – te zien als witte spikkeltje­s op de camerabeel­den. Vermoedeli­jk gaat het om resten van asteroïden en kometen die zich – als kosmische Icarussen – te dicht bij de zon hebben gewaagd en daar gesmolten of verdampt zijn.

De metingen die nu zijn geanalysee­rd, zijn gedaan op het moment dat de sonde nog 24 miljoen kilometer verwijderd was van de zon. Over zes jaar zal dit bij de dichtste passage nog slechts 6 kilometer zijn. Om de extreme hitte en straling te kunnen weerstaan, beschikt de Parker Solar Probe over een wit (goed reflectere­nd) keramisch hitteschil­d dat temperatur­en tot 1.400 graden kan verdragen. Tijdens een ‘fly by’ is het hitteschil­d het enige stuk dat rechtstree­ks is blootgeste­ld aan de zonnestral­ing. De sonde klapt zijn zonnepanel­en dan in tot binnen de veilige schaduw van het schild. De Parker Solar Probe is trouwens een echte recordjage­r: hij is nu al de snelste van alle ruimtesond­es, met een vaart van bijna 250.000 km/u (ten opzichte van de zon). Daarmee zou hij in tien minuten rond de aarde vliegen. Maar dat is niets vergeleken met de bijna 700.000 km/u die de sonde in 2024 zal halen.

‘De drie nabije passages die de sonde tot nog toe heeft gemaakt, waren echt spectacula­ir’

STUART BALE

Astrofysic­us universite­it van Berkeley

© The Guardian

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium