De kilometerheffing van Ben Weyts

De jeugdhulporganisatie Minor Ndako mag aparte opvang uitbouwen voor jonge slachtoffers van mensenhandel. Ze hoeven dan ter bescherming niet meer naar een gemeenschapsvoorziening.

Tijdens de campagne maakte de NVA een scherpe bocht rond de slimme kilometerheffing. ‘We voeren voor alle lichte voertuigen een budgetneutrale slimme kilometerheffing in waarbij we de vaste belastingen afschaffen’, had de regering van toenmalig ministerpresident Geert Bourgeois (NVA) in de zomer van 2018 in het Vlaams Klimaatbeleidsplan geschreven. Minister van Mobiliteit Ben Weyts (NVA) had er talloze studies over besteld. Een aantal resultaten lekte uit in

De Tijd, zoals het voorstel om twee of vijf cent per kilometer te heffen. Ondertussen voerde Vlaams Belang de druk op Weyts op. Na een dagenlange stilte voerde Weyts op 9 april in de televisiestudio’s het idee definitief af. ‘Ik spring niet als een lemming in het ravijn’, zei Weyts achteraf in deze krant.

BRUSSEL I Een brief van de Vlaamse overheid met daarin de principiële toezegging viel zopas bij Minor Ndako in de bus. De organisatie, die bekend is voor haar opvang van nietbegeleide minderjarige vluchtelingen, wil een aparte opvang met zes plaatsen uitbouwen voor meisjes die slachtoffer zijn geworden van mensenhandel. Veelal komen die meisjes uit het buitenland en worden ze hier gedwongen tot prostitutie.

Het plan voor de nieuwe opvang past binnen het jeugddelinquentiedecreet, dat jongeren die een als misdrijf omschreven feit (mof ) hebben gepleegd, wil scheiden van jongeren die bescherming nodig hebben vanwege een precaire leefsituatie. Vandaag komen die twee groepen nog met elkaar in contact in de besloten gemeenschapsvoorzieningen van Beernem en Mol.

Vlaams Parlementslid Lorin Parys (NVA) is blij met het nieuws: ‘Jeugdrechters zien nu vaak geen andere oplossing dan hen naar een gemeenschapsvoorziening te sturen. In een privéjeugdhulpvoorziening gaan deze jonge slachtoffers immers te vaak weer lopen.’

‘In Wallonië heeft men al langer een apart opvangcentrum voor jonge slachtoffers. Het heet Esperanto, is op een geheime plek gevestigd en de jongeren die er wonen, mogen de eerste maand geen gsm of sociale media gebruiken. Ze mogen ook niet buiten. Zo worden ze ‘ontheemd’ uit hun criminele netwerk.’

Parys vroeg al langer om een gelijkaardig initiatief op te richten aan Vlaamse kant. ‘Je kunt pas een netwerk in mensenhandel oprollen als de kinderen en jongeren er fysiek uit worden verwijderd en zich op een andere plek weer veilig en beschermd voelen, en ondersteund worden om een gewoon leven te beginnen. Het is ook nodig om de samenleving tegen dergelijke netwerken te beschermen.’

Vlaams minister van Welzijn Wouter Beke (CD&V) kondigde al aan dat er in de komende legislatuur 60 miljoen euro aan investeringen bijkomt in de jeugdhulp. 20 miljoen gaat naar nieuwe opvangplaatsen die bedoeld zijn om jongeren die beschermd moeten worden, weg te halen uit de gemeenschapscentra. Er is eerder een projectoproep gelanceerd, waarop veel voorzieningen hebben gereageerd.

‘Minor Ndako is niet de enige voorziening waarvan het voorstel is goedgekeurd. Er komen overal in Vlaanderen opvangplaatsen bij’, zegt Peter Jan Bogaert, woordvoerder Jeugdhulp van het agentschap Opgroeien. ‘Er zal weliswaar nog minstens een jaar over gaan, want nu moeten al die voorzieningen op zoek naar een gepaste ruimte en naar middelen om die aan te kopen of te bouwen. Denk dus niet aan 2020, maar veeleer aan 2021.’

‘Je kunt pas een netwerk in mensenhandel oprollen als de jongeren er fysiek uit worden verwijderd’

LORIN PARYS

Vlaams Parlementslid