Oorlog in wielerland
2020 moest het jaar worden van de grote hervorming van het wegwielrennen. In werkelijkheid zegeviert het status quo en houden ploegen, wielerunie en organisatoren zich in de loopgraven op.
BRUSSEL I Na een zwerftocht van Australië tot Argentinië komt het peloton zaterdag weer thuis voor de start van het klassieke voorjaar. Geen wedstrijd die in zo’n warme sfeer van broederlijkheid baadt als de Omloop Het Nieuwsblad. De eerste schooldag van een klas waar schijnbaar nooit wordt gepest.
In de coulissen van de macht gaat het er de jongste tijd nochtans veel minder kameraadschappelijk aan toe. De belofte waarmee David Lappartient eind 2017 werd verkozen tot voorzitter van de internationale wielerunie UCI, ligt aan diggelen. De voluntaristische Fransman zou het wegwielrennen grondig hervormen en het economisch model ervan versterken. De Wereldbeker, afgevoerd na het seizoen 2004, zou daarbij reïncarneren in de gedaante van UCI Classics Series: een bundeling van de vijf monumentale klassiekers (waaronder de Ronde van Vlaanderen) en andere belangrijke eendagswedstrijden.
De plannen moesten dit jaar in voege treden, maar afgelopen herfst, een paar dagen voordat de Deen Mads Pedersen in een doornat Yorkshire verrassend naar de wereldtitel snelde, gaven de ploegen het genadeschot. Hun belangenvereniging, de AIGCP, stelde dat in de Classics Series hun rechten niet werden erkend en dat het voorgestelde kader niet de broodnodige economische hervorming zou realiseren.
Verborgen agenda
Lappartient geloofde eerst zijn oren niet. ‘Met de UCI Classics Series kunnen we collectief de markt op en nieuwe inkomsten genereren’, argumenteerde hij. ‘We kunnen een titelsponsor werven, die inkomsten zouden we in een pot stoppen waar ook de teams mee in delen. Gezamenlijk zouden de organisatoren grotere bedragen voor de mediarechten kunnen binnenrijven dan nu. Dit zou zich vertalen in hogere prijzengelden
en vergoedingen voor de teams. Kortom, nooit eerder was een hervorming zo gunstig voor de teams en toch schieten jullie die af.’
In een verwoede poging het kalf nog te redden kroop Lappartient in de pen en zette hij in een brief aan de AIGCP in 31 punten alle maatregelen op een rij die onder zijn voorzitterschap al waren genomen ten gunste van de ploegen. ‘Maar het mocht niet baten’, stelde hij vast. ‘Sommige ploegen hebben er een sport van gemaakt om iedere beslissing van de UCI te contesteren. Dat bewijst dat ze een andere agenda hebben.’
Die ‘verborgen agenda’ had de UCIvoorzitter al ontdekt toen hij nog maar enkele maanden in het zadel zat. Eén punt in het bijzonder op de agenda van een algemene vergadering van de AIGCP in Milaan had zijn onraad gewekt: het professionele mannenwielrennen op de weg diende rechtstreeks door de stakeholders te worden bestuurd – lees: door de wedstrijdorganisatoren en de teams. Het voorstel werd dan wel verworpen, voor Lappartient was het bewijs geleverd dat sommige ploegen erop belust zijn de UCI buitenspel te zetten: Classics Series, maar dan zonder de UCI.
Het spook van een zogenaamde ‘breakaway league’ is al langer de nachtmerrie van de UCI en werd een concrete dreiging sinds elf topploegen, waaronder DeceuninckQuickStep en LottoSoudal, in 2014 hun krachten bundelden in de joint venture Velon. In tegenstelling tot de AIGCP, de vakbond van de teams, is Velon een commerciële entiteit die business probeert te creëren. Velon is eigenaar van wedstrijden, de Hammer Series, en sloot ook al commerciële deals met wedstrijdorganisatoren. Wie renners en wedstrijden in de portefeuille heeft, kan in theorie op een dag de UCI de rug toekeren en zijn eigen league organiseren.
Dure rechtszaak
Vandaag is de vertrouwensbreuk tussen de UCI en de ploegen dieper dan ooit. Velon beschuldigt de UCI ervan de EUmededingingsregels met voeten te treden en legde klacht neer bij de Europese Commissie. Volgens de teams misbruikt de UCI haar regelgevende macht en politieke invloed om de bedrijfsactiviteiten van de ploegen te blokkeren, met name de ontwikkeling van de Hammer Series en de exploitatie van nieuwe technologieën zoals fietscamera’s en live rennersdata.
Lappartient, die volgend jaar herverkozen wil worden, beseft dat zijn mandaat met een sisser dreigt af te lopen. Hij herhaalt graag dat alleen eendracht de wielersport naar een hoger niveau kan tillen en dat het status quo geen optie is. Tegelijk verklaarde hij al dat de rechtszaak met Velon weleens zes, zeven jaar zou kunnen aanslepen en de betrokken partijen handenvol geld zal kosten.
Ondertussen moet de Fransman ook in eigen land op eieren lopen. Lappartient wordt weleens verweten een handpop te zijn van ASO, maar de almachtige Tourorganisatie is zelf ook maar een koele minnaar van de UCI Classics Series. Voor alles wat naar herverdeling van inkomsten ruikt, heeft de rijke Parijse mastodont al altijd de neus opgehaald.
Tom Van Damme, de Belgische bondsvoorzitter die in verschillende UCIcommissies een sleutelpositie bezet, verwoordde het onlangs als volgt: ‘ASO doet er alles aan om zijn eigen macht te behouden. Bij elk hervormingsproject stellen ze zich aanvankelijk constructief op, maar wanneer puntje bij paaltje komt, beginnen ze op een subtiele manier tegen te werken.’
ASO maakte verleden week bekend dat de uitzendrechten van de Tour en haar andere wielerwedstrijden nog minstens tot eind 2025 bij de publieke omroepen blijven. Over het delen van tvgelden met de teams werd met geen woord gerept. Áls de Wereldbeker er al komt in de eerstkomende jaren, zal het zonder ParijsRoubaix en LuikBastenakenLuik zijn, de twee monumenten in handen van ASO.
Het spook van een ‘breakaway league’ is al langer de nachtmerrie van de UCI