Charlie vindt na zware brand in Averbode onderdak bij zoon Jacques
In tijden van corona lijkt niets meer vanzelfsprekend. Zomaar mensen in huis nemen is eigenlijk tegen de regels, maar voor zoon Jacques was er geen twijfel mogelijk. Hij zou zijn vader Charlie in huis nemen na een zware brand in Averbode, die donderdag zijn woning onbewoonbaar maakte.
Donderdagnamiddag brandde een gebouw met verschillende wooneenheden langs de Westelsebaan in Averbode zo goed als volledig uit. Elf mensen zaten ineens zonder dak boven hun hoofd, maar gelukkig vond het merendeel onderdak bij familie of vrienden. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar in deze coronatijden is dat het helemaal niet. We moeten immers zoveel mogelijk binnenblijven en contact met mensen uit een ander gezin vermijden.
Toch twijfelde zoon Jacques, die in Schoot bij Tessenderlo woont, niet lang om zijn vader Charlie in huis te nemen. ‘Maar op de lange termijn moet er ook een oplossing gevonden worden’, vertelt Jacques. ‘We hebben al contact opgenomen met het OCMW voor een sociale woning, maar dat lijkt moeilijk te worden. Zeker nu met het nieuwe coronavirus. Er was ook voorgesteld om hem enkele dagen bij de paters in Averbode te laten verblijven, maar wat dan? Ik heb hem dan veel liever hier bij ons, corona of niet.’ Fatalist
Vader Charlie kwam er zonder kleerscheuren vanaf en blijft er verrassend positief onder. ‘Ik ben een fatalist’, vertelt Charlie. ‘Het is nu eenmaal gebeurd en we kunnen er niets meer aan veranderen. Je kunt steen en been klagen over van alles en nog wat, maar wat gaat dat uithalen? Je kunt beter je energie steken in vooruitgaan en naar de toekomst kijken. Hoewel dit de zoveelste tegenslag is, blijf ik doorgaan. Ik heb namelijk longkanker en diabetes, heb prostaatkanker gehad, een paar tromboses en enkele jaren geleden is mijn vrouw overleden. Het mag nu stilletjes aan wel eens gaan stoppen, maar ik blijf wel volhouden. We zullen wel opnieuw rechtstaan.’
Het is voor beide heren ook even aanpassen. ‘Jacques woont op de tweede verdieping en ik wist niet of ik boven zou geraken’, zegt vader Charlie nog. ‘Het is uiteindelijk wel gelukt. Thuis had ik ook een ziekenhuisbed en kreeg ik verzorging. Het waren ook de verpleegkundige en de thuishulp die mij bijna als eersten opbelden om te vragen hoe het met me was.’
Geluk bij ongeluk
‘Mijn spullen en de studio zijn gevrijwaard van vuur of blusschade’, zegt Charlie. ‘Jacques is al wat spullen van mij gaan halen zoals medicatie en kleding, maar veel van mijn buren hebben niets meer. Zelfs geen kleren. En waar moeten ze die vandaag gaan halen?’
Vader en zoon kunnen het prima met elkaar vinden, maar toch zullen ze niet voor eeuwig bij elkaar blijven wonen. ‘We hebben ook graag onze privacy’, besluiten ze. ‘Als het niet gaat, geven we elkaar wel een sjot onder ons gat. We hopen dat de verzekering en de stad hun best doen om voor iedereen een oplossing te vinden.’
‘Ik heb hem nu veel liever hier bij ons, corona of niet’ ZOON JACQUES