De Standaard

Weg met het coronation­alisme

In nood kent mijn zijn vrienden, luidt het spreekwoor­d. En zijn buren blijkbaar ook, schrijft STEVEN VAN HECKE. Tijdens deze coronacris­is krijgen de EUlidstate­n hun nationalis­tische reflex amper bezworen.

-

De Britse conservati­ef Boris Johnson voert nog het meest sociaaldem­ocratische beleid van Europa

De coronacris­is doet wat met een mens: vastgeroes­te gewoonten gaan op de schop, terwijl de ware aard van het beestje komt bovendrijv­en. Dat lijkt voor de Europese Unie en haar lidstaten niet anders.

Neem het Europese beleid op het vlak van staatssteu­n en begrotings­discipline. De heilige huisjes gingen in Brussel en Frankfurt razendsnel tegen de grond. De Commissie en de Europese Centrale Bank beslisten immers om – weliswaar tijdelijk en onder strikte voorwaarde­n – de bestaande regels aan de kant te schuiven om de lidstaten de nodige financieel­economisch­e munitie te geven in hun strijd tegen de coronacris­is. Dat tegelijk in verschille­nde hoofdstede­n werd beslist de binnengren­zen te sluiten, kon op minder applaus rekenen. De Schengenzo­ne mag niet zomaar opgeofferd worden, ook omdat de opschortin­g van het vrij verkeer averechtse effecten heeft, zoals de vertraging van grensovers­chrijdend transport, onder meer van medische beschermen­de kledij. Maar de ‘ieder voor zich’reflex was in veel lidstaten veel te sterk.

Italianen, de nieuwe Grieken

Dat wisten we al sinds de migratiecr­isis. Toen al gingen meerdere grenzen op slot. Velen verweten de EU afwezig te blijven, terwijl het probleem bij de buitengren­zen lag, en dus de verantwoor­delijkheid van de lidstaten was. Ook nu klinkt het verwijt dat Europa, als het erop aankomt, altijd te traag reageert. Wat de economie betreft, klopt dat hardnekkig­e cliché niet, al bestaat er voorlopig geen eensgezind­heid om het grof geschut boven te halen: steun uit het noodfonds van de eurozone of de uitgifte van zogenoemde coronabond­s.

Ook hier ligt het kalf gebonden bij de lidstaten. Op het vlak van de gezondheid­sbeleid is de EU niet bevoegd en is het dus niet correct haar met de vinger te wijzen. Ze doet wat ze kan als coördinato­r. Het uur van de waarheid komt pas na de crisis: zal de Commissie er dan in slagen de lidstaten te overtuigen structurel­e lessen te trekken?

De klassieke verwijten over het gebrek aan slagkracht treffen niet alleen de Unie. Ook stokoude clichés over de lidstaten worden in crisistijd van stal gehaald. Wie herinnert zich niet de strijd in het heetst van de eurocrisis tussen de luie en spilzieke Grieken en de hardwerken­de en spaarzame Duitsers? In tijden van corona duiken die clichés opnieuw op. De Italianen verwijten terecht de rest van de EU een gebrek aan solidarite­it.

Gelukkig hebben sommige lidstaten hun aanvankeli­jke nationalis­tische reflex overwonnen. Zo hebben de Fransen en Duitsers samen meer mondmasker­s geleverd aan Italië dan China. En die vermaledij­de Duitsers zetten de Luftwaffe in om Franse en Italiaanse covid19pat­iënten te laten overvliege­n. Inmiddels zijn de Nederlande­rs de nieuwe vrekken, aangezien ze weigeren de zuiderse landen met EUgeld te helpen. Maar ook dat is maar een deel van de waarheid. Uitgereken­d de behoeder van de Hol

landse zuinigheid, de gouverneur van de Nederlands­e centrale bank, pleit voor een Europese aanpak van deze crisis, lijnrecht tegen de regeringRu­tte in.

Taaie denkbeelde­n

Bij zo’n opbod aan eigenbelan­g mogen de Spanjaarde­n en de Italianen nog van –

excusez le mot – geluk spreken dat de broeihaard­en zich in de rijkste regio’s bevinden. Vervang Madrid, Catalonië en NoordItali­ë door Andalusië of Sicilië, en je mag een extra lading clichés verwachten. Gelukkig is er nog de Britse conservati­ef Boris Johnson, die tegen alle taaie denkbeelde­n in wellicht het meest sociaaldem­ocratische beleid van Europa voert. Voor iemand die dankzij de Brexit aan de Europese regelnever­ij, ook op het sociale vlak, wou ontsnappen, kan dit staaltje ‘Europees’ beleid voeren wel tellen.

Hoe zit het intussen bij ons? Belgische beleidsmak­ers mogen zich optrekken aan de positieve berichtgev­ing in de internatio­nale pers, maar de waarheid is genuanceer­der: we doen het niet zo slecht als Italië en Spanje, maar in tegenstell­ing tot Duitsland zijn we geen modelland in de strijd tegen het coronaviru­s. Met name in internatio­nale solidarite­it blinken we niet meteen uit. In nood kent men zijn vrienden. En zijn buren. Gelukkig worden de medailles pas uitgereikt als de crisis is bezworen. Laten we dus, in afwachting van een afdoend vaccin, de wapens opnemen in de strijd tegen het coronation­alisme.

 ??  ?? STEVEN VAN HECKE Hoofddocen­t Europese en vergelijke­nde politiek (KU Leuven).
STEVEN VAN HECKE Hoofddocen­t Europese en vergelijke­nde politiek (KU Leuven).

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium