BLIJF IN UW KOT
ELKE DAG EEN CULTUURTIP OM HET LEVEN TUSSEN VIER MUREN DRAAGLIJKER TE MAKEN VANDAAG: MUZIKANTENMEMOIRES.
1. ‘Just kids’, Patti Smith
‘De stad was een echte stad, onbetrouwbaar en sensueel.’ De stad is New York, het land staat in brand, het is 1967, Patti Smith en vriendje/gids Robert Mapplethorpe beginnen aan een verkenningstocht door seks, kunst en rock’nroll, tot de dood hen scheidt. Opgelet: de Nederlandse vertaling en het origineel hebben dezelfde titel.
2. ‘Life’, Keith Richards
Als Richards vertelt, ruik je de kolenkachels van het naoorlogse GrootBrittannië, hoor je de knarsende blues van de Amerikaanse Deep South in 1975, en lig je vaak in een deuk. Zestig jaar geschiedenis van de Rolling Stones, genereus verteld. Opgelet: de Nederlandse vertaling en het origineel hebben dezelfde titel. En de vertaler heeft helaas niet Keefs gevoel voor ritme.
3. ‘Ik Elton John’
Nog een Brit die je hóórt vertellen, dit keer in de botte stijl van Elton John. Ja, er zijn avonden die beginnen met martini’s en eindigen in vernielde hotelkamers, terwijl veertien uur in een zwart gat zijn verdwenen. Maar er is ook een gekwetst kind dat zich pas na zijn veertigste, met tientallen beroemde vrienden en gouden platen op de wc, in een evenwaardige relatie durft te gooien.
4. ‘Clothes clothes clothes music music music boys boys boys’, Viv Albertine
The Slits hadden de vijftienjarige stiefdochter van Johnny Rotten (toen zelf 21) als zangeres, overtuigden hun maats van The Clash om ook reggae te spelen, en maakten tussendoor Cut, een van de invloedrijkste platen van de jaren 70. Albertine, hun gitariste, beschrijft de punkjaren in klank, geur en scherpe zinnen. Vertaald in een half dozijn talen, waaronder helaas niet het Nederlands.
5. ‘Things the grandchildren should know’, Mark Oliver Everett
Mark Everett, ‘E’ als hij met Eels optreedt, is de zoon van een kwantumfysicus die door sciencefictionschrijvers wordt aanbeden, maar zijn kinderen op aarde vergat. Everetts levensverhaal zit vol verlies, en toch is het warm, liefdevol en opbeurend. Niet vertaald in het Nederlands.
6. ‘Face it’, Debbie Harry Debbie Harry kende Andy Warhol en werkte als Bunny in een Playboy Club – en dan moest ze nog beroemd worden met Blondie. Harry ging om met dezelfde mensen – Warhol, Television, Ramones – als Patti Smith maar scheert niet de literaire toppen van die laatste. Ze heeft wel een laconieke, rauwe, soms wat morsige charme. Opgelet: de Nederlandse vertaling – ook morsig, in negatieve zin – en het origineel hebben dezelfde titel.