‘Ik hou van het Gent van vóór corona’
Ze hebben hun bijbaantje verloren of kunnen geen beroep meer doen op een beurs en zitten vast in Gent. Studenten uit ontwikkelingslanden komen in de problemen door de coronamaatregelen. Gelukkig is er hulp.
Mariam Atilola (l.) uit en Kania Adisiwi uit
GENT I Onder het Het Lam Gods liggen de glazen potten met bonen, de conservenblikken met rijstsalade met tonijn en de gemalen arabicakoffie in plastic zakken keurig naast elkaar gestapeld. Een kopie van het onderste centrale paneel van het meesterwerk siert het zaaltje nabij het Gentse SintPietersstation, waar gisteren studenten uit ontwikkelingslanden voor het eerst voedselpakketten mochten afhalen. Er zullen nog bedelingen volgen.
Op de binnenplaats van organisator OBSG (Ontmoeting Buitenlandse Studenten Gent) staan blauwe cirkels in krijt getekend op anderhalve meter afstand van elkaar. Een bord meldt dat er voor iedereen genoeg is, dringen hoeft niet. Met boodschappentassen en trolleys schuiven ze gedisciplineerd aan tot ze de tafel met een vlag van Delhaize Oudenaarde bereiken, een van de sponsors. Een vrijwilliger met mondmasker overhandigt ze daar het pak ket.
‘Melk, rijst en pasta’, zegt Mariam Atilola tevreden. Tot voor kort was dat dagelijkse kost voor de 28jarige uit Lagos, Nigeria, die in Gent is om ‘bussiness economics’ te studeren. Maar door het uitbreken van het nieuwe coronavirus is ze haar studentenjob in een restaurant kwijt. Plots staat ze er financieel niet goed voor. Haar vader stuurt nog wel een beetje geld op, maar niet genoeg om alle kosten te dekken. Ze is blij met alle hulp die ze krijgt.
‘Ik dacht dat het nooit zo ver ging ko men. Ik hoorde een paar maanden geleden voor het eerst over corona op Instagram, van internationale studenten die in China zaten en niet naar huis mochten. Pas toen met haar dochtertje (m.) schuiven aan voor de voedselbank in Gent. mijn eigen lessen afgelast werden, begon ik me echt ongerust te maken. Ik hou van een druk leven.’
Heimwee naar huis heeft ze amper, Atilola wil nu gewoon haar master afmaken. Ze hoopt in aanmerking te komen voor een bescheiden financiële tussenkomst, moge lijk van OBSG, en heeft daartoe al haar re centste loonstrook opgediept.
Minder eng Peru
Samen met haar jongste dochter van ne gen monstert Kania Adisiwi de wachtrij. De Indonesische betrekt samen met haar gezin een appartement van OBSG, dat grenst aan de binnenplaats. Haar man werkt zijn doc toraat af als textielingenieur, maar zijn beurs is afgelopen. Ze hebben nu hun spaarcenten aangesproken om het verlengde verblijf te financieren. In juni hopen ze terug te keren, maar of dat zal lukken is nog maar de vraag.
‘Ik wil graag naar huis’, zegt Adisiwi. ‘Ik maak me veel zorgen over mijn ouders. Mijn vader is 84, mijn moeder is 70. In tij den als deze kan je het best bij je familie zijn.’
Ze volgt de berichtgeving in de Indonesi sche media. Die kondigen een piek aan van het aantal zieken in juli. ‘Is het wel oppor tuun om voor die tijd terug te reizen?’, vraagt de 42jarige zich af. Ze weet het ant woord niet, maar benadrukt wel van de ko mende weken nog het beste te willen ma ken: onder meer door quality time met de dochters in te plannen.
Maar dat het moeilijk vooruitdenken is, beseft Ivan Loaiza maar al te goed. Nog twee maanden hier werken en dan terug naar Peru, zo zit het in zijn hoofd. Tegelijkertijd maakt hij zich geen illusies: niets is nog normaal. Zoals op je 35ste, met een doctoraat in de mariene biologie in je achterzak, aanschuiven voor een voedselpakket, dat hij zal verdelen over zijn rugzak en fietstas. ‘In Peru lijkt het nu allemaal minder eng’, klinkt het.
Loaiza houdt van Gent, dat wil hij nog meegeven. ‘’Of toch van het Gent van vóór corona.’
Tamtam aan het werk
Meer dan honderd studenten zijn gisteren gepasseerd. ‘De tamtam doet zijn werk’, zegt Guido Van Huylenbroeck enigszins gerustgesteld. De hoogleraar is voorzitter van OBSG en academisch directeur voor internationalisering van de UGent. De afgelopen weken liepen er verontrustende signalen binnen.
‘Naar schatting 500 tot 750 internationale studenten van de hogescholen en de universiteit in Gent zouden wel eens in de problemen kunnen komen doordat bijvoorbeeld hun beurs opgeschort of hun job stopgezet is.’
Normaal gezien helpt OBSG studenten met onder meer hun administratie. Door de maatregelen tegen het nieuwe coronavirus moet er plots ook in eten en financiële hulp – die varieert van tweehonderd tot zeshonderd euro per maand – voorzien worden. Onder meer de universiteit zelf, serviceclubs en het Universitair Ziekenhuis zijn te hulp geschoten. Die laatste voorziet ook in maaltijdboxen van twee euro. Van Huylenbroeck: ‘We hebben dit snel moeten organiseren, maar we hopen het toch een vijf of zes weken te kunnen volhouden als dat nodig is.’