Het goede aan oorlog
‘Er zou nog eens oorlog moeten komen’, placht wijlen mijn grootmoeder te zeggen. Het betrof hier inderdaad een al te scherp geformuleerde boutade, die gemakkelijk tot misinterpretatie leiden kon, maar waarmee de brave vrouw in wezen alleen maar de volgende mening tot uitdrukking wenste te brengen: de mensen waren te verwend.
Inmiddels is die oorlog – meer bepaald die wereldoorlog – een feit, en net als in elke oorlog zijn er weer belangrijke verschillen tussen de wijze waarop mensen, ook binnen eenzelfde gebied, deze nieuwe realiteit moeten ervaren. Op hetzelfde moment dat het veelkoppige gezin op zevenhoog het sap uit een leeg blik tvworstjes deelt, laat een boogscheut verderop de heer des huizes een niet te versmaden filet pur aanrukken, die hij verorbert met een aardedonker flesje wijn erbij. De tuinen van nu zijn de schuilkelders van weleer, en die van jou is groter dan de mijne, terwijl voornoemd gezin op de – wat was het? – zevende verdieping alleen maar van het groene gras daar aan de overkant kan dromen. Ongelijkheid is een zekerheid, en in die zin doen de tijden, raar als zij dan mogen zijn, alsnog behoorlijk vertrouwd aan.
En toch lijkt er iets fundamenteels veranderd te zijn – ten goede, zelfs. De onverbiddelijke focus die corona van ons eist, maakt onwillekeurig duidelijk dat veel van wat ons de voorbije jaren bezighield met terugwerkende kracht te definiëren valt als tijdverdrijf en schijnproblematiek, welke laatste in het leven werd geroepen door wanhopige zoekers naar aandacht. Er blijkt een immens verschil te zijn tussen het echte leven en het bestaan dat wij altijd hebben geleid – een bestaan waarin wij ons godbetert lieten opjutten door al die luie, zelfingenomen weldenkers en al te luide bozerds, zeurkousen en sakkersokken die nu voor het grootste deel uit het gezichtsveld zijn verdwenen wanneer je niet naar De afspraak kijkt.
Wie de helden zijn vandaag, is voor elkeen klaar en duidelijk, wat goed gedrag is ook, en zelfs waar het werkelijk om gaat en draait in het leven, lijkt niet langer ter discussie te staan: in de eerste plaats niet doodgaan en gezond blijven, en in de tweede vrede met jezelf en je naasten vinden. Het is ieders plicht vandaag, zoals ook iedereen weet, zonder onderscheid van rang en stand, te trachten om die doelen te bereiken. De tijd dat elkeen recht had op verongelijktheid zonder grens is sinds corona niet langer de tijd waar wij in leven. De tijd van ongebreideld zaniken uit volle borst, van het zich interessant maken en van het zich naar hartenlust vrijblijvend wentelen in agressief slachtofferschap is voorbij.
Moge, in vredesnaam, hij nooit meer weerkeren.