Hongeren sprinkhanen Oost-Afrika straks uit?
Door de overvloedige regen en hoge temperaturen krijgt OostAfrika de sprinkhanenplaag niet onder controle. Hun aantal is vertwintigvoudigd.
NAIROBI I Nieuwe zwermen woestijnsprinkhanen maken hun opwachting en bedreigen de voedselproductie in OostAfrika. De eitjes van de vraatzuchtige beestjes zijn uitgekomen en hun aantal is twintig keer zo groot als enkele weken geleden. ‘Extreem alarmerend’, noemt de FAO, de Voedsel en Landbouworganisatie van de VN, de situatie.
Een paar weken geleden gaven de sprinkhanenbestrijders in NoordKenia elke zwerm nog een naam. ‘Nu kunnen we geen namen meer bedenken. Er zijn simpelweg te veel groepen, we zijn de tel kwijt’, zegt een van hen aan de telefoon. Het regenseizoen is aangebroken en dat belemmert de bestrijding, net als het gebrek aan pesticiden.
‘Eind vorige maand ontstonden er tekorten aan verdelgingsmiddelen. Vaak kunnen we niet meer sproeien omdat zware regens de pesticiden wegspoelen’, zegt Joseph Lolchuraki van het bestrijdingsteam in het district Samburu.
De woestijnsprinkhanen verspreidden zich de afgelopen maanden vanuit het MiddenOosten over de Rode Zee naar de Hoorn van Afrika en verder zuidwaarts. Overvloedige regen en hoge temperaturen vormen ideale omstandigheden voor hun voortplanting, en dat gunstige weer duurt voort. De plaag groeide uit tot de grootste van de afgelopen zeventig jaar. In Ethiopië werd 200.000 hectare landbouwgrond beschadigd. Een miljoen inwoners zijn afhankelijk van voedselhulp. In Kenia aten de insecten het groen op 34.000 hectare weg en werden 30.000 mensen geraakt door de plaag.
Crisis in de luchtvaart
Kenia reageerde aanvankelijk traag op de plaag en de coronauitbraak bemoeilijkt de bestrijding. De bestrijdingsmiddelen uit
Japan vinden door de crisis in de luchtvaart maar mondjesmaat hun weg naar Kenia. Met hulp van het Keniaanse leger en de Nationale Jeugdbrigade gaat de bestrijding door, maar vanwege de coronamaatregelen kunnen groepjes bestrijders niet meer in volgepakte auto’s het veld in trekken om te spuiten. De bestrijding verloopt moeizaam.
Woestijnsprinkhanen houden van vers groen en zullen zich dus op de ontspruitende gewassen werpen. Bij de vorige invasie was de oogst al gerijpt, waardoor de schade toen beperkt bleef.
What shall we eat, kopte de Daily Nation, de grootste krant van Kenia, onlangs. Is er straks nog genoeg eten? Met de ene crisis die over de andere schuift, raken de voedselvoorraden op. De uitdagingen voor de zwakke overheden worden wel erg herculisch. Hoe kunnen zij arme bewoners, in lockdown in de sloppenwijken, van voedsel voorzien als ze er onvoldoende produceren?
De beestjes leven drie maanden. Ze kunnen 150 kilometer per dag afleggen en bevinden zich al in het noorden van Oeganda en in ZuidSoedan. Door de burgeroorlog raakten 4,3 miljoen ZuidSoedanezen ontheemd. Zij zijn afhankelijk van voedselhulp.
In Somalië zwaait de terreurgroep AlShabaab in grote gebiedsdelen de scepter. Ook daar gaan ze de strijd tegen de beestjes niet aan.
In Ethiopië werd 200.000 hectare landbouwgrond beschadigd. Nog eens een miljoen inwoners zijn afhankelijk van voedselhulp