Het meisje heeft nu wimpers
Het Mauritshuis legde ‘Het meisje met de parel’ onder de loep. Het onderzoek, nu gepubliceerd, brengt ons dichter bij Vermeers fabelachtige techniek.
Met een batterij aan geavanceerde beeld- en scantechnieken onderzocht het Mauritshuis in 2018 Het meisje met de parel. Het iconische schilderij hangt sinds 1902 in het museum in Den Haag. Het mag het voormalige stadspaleis niet meer verlaten, het mag zelfs niet meer van de muur. Een uitzondering werd gemaakt voor Het meisje in de schijnwerper, een fel gemediatiseerd onderzoeksproject waarbij Vermeers meesterwerk een maand lang in een glazen atelier een bodyscan onderging. En dat live, voor de ogen van de museumbezoekers.
De jongste restauratie dateert van 1994. Maar de digitale doorlichting is de voorbije kwarteeuw zo geëvolueerd, dat het museum meer hoopte lost te peuteren over de techniek en het materiaalgebruik van de zeventiende-eeuwse fijnschilder. Welke pigmenten gebruikte hij en waar kwamen ze vandaan? Welke gelaagdheid in verf schakelde hij in om zijn dromerige effect te bereiken?
Tronie
Het meisje met de parel (ca. 1665) is een juweel van een schilderij, met een ongrijpbare charme. Het behoort tot het populaire genre van de tronie of karakterstudie. Het is met andere woorden geen levensecht portret. De zoektocht naar een mogelijke geportretteerde leverde weinig op: Vermeer schilderde gewoon een Hollands meisje met een bijzondere Oosterse hoofdtooi. En een veel te grote en dure parel, waarvan we intussen weten dat het wellicht een oorring van Venetiaans glas of gepolijst tin is.
Het onderzoekteam bracht verdere details aan het licht. Zoals de microscopisch kleine wimpers, waarvan men tot nog toe dacht ‘Het meisje met de parel’, Vermeer.
Met het blote oog zijn de wimpers nauwelijks te zien.