Afrika houdt de adem in
Volgens de officiële cijfers van de Africa Centres for Disease Control heeft het coronavirus tot dusver relatief weinig slachtoffers gemaakt in Afrika. In de 54 Afrikaanse landen zijn er momenteel 42.713 bevestigde besmettingen en verloren 1.754 mensen het leven. Dat de bevolking er vaak erg jong is, zou een van de verklaringen voor de lage cijfers zijn. Zorgwekkend is wel dat het aantal besmettingen in een versnelling zit: vergeleken met 21 april is er een toename van 81 procent. Die is maar deels te verklaren doordat er meer getest wordt. ZuidAfrika, Egypte, Marokko, Algerije, Nigeria en Kameroen zijn het zwaarst getroffen. Egypte heeft de meeste doden: 415. In andere Afrikaanse landen zijn het voorlopig vooral de zogenaamde vips – rijke inwoners die geregeld naar Europa of de VS reizen – die besmet zijn.
Wel zijn de indirecte gevolgen van de coronacrisis erg zwaar. Tal van landen sloten hun grenzen en legden zware lockdownmaatregelen op. Daardoor viel in veel landen de invoer van voedingsmiddelen stil, kunnen landbouwers niet naar hun velden en mogen dagloners niet naar hun werk. Onder andere in ZuidSoedan leidt dat nu al tot een beginnende hongersnood.
Daarnaast stokt de invoer van geneesmiddelen en malarianetten, wat een indirecte catastrofe dreigt te veroorzaken: de Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwt dat het aantal malariadoden dreigt te verdubbelen naar 769.000 doden.