De Standaard

LESSEN VAN CALIMERO

- NIALL FERGUSON Niall Ferguson is verbonden aan Hoover Institutio­n in Stanford. Zijn column verschijnt wekelijks op maandag.

Een van mijn favoriete tekenfilmp­ersonages van de jaren 70 was Calimero, het JapansItal­iaanse kuikentje dat altijd klaagde: ‘Zij zijn groot en ik is klein en dat is niet eerlijk, nee!’ Deze week heb ik veel moderne versies van Calimero’s klacht gehoord. ‘Het is waar dat overal ter wereld meer mannen dan vrouwen aan covid19 sterven,’ schreven Ryan Heath en Renuka Rayasam in Politico, ‘maar eigenlijk is dat niets om te vieren.’ Eigenlijk? En in The

Atlantic probeerde Annie Lowrey ons ervan te overtuigen dat de economisch­e gevolgen van de pandemie onevenredi­g zwaar zijn voor de millennial­s.

Laat het duidelijk zijn: de grootste slachtoffe­rs van de pandemie zijn de mensen die voor hun tijd aan de besmetteli­jke ziekte overlijden. Zij zijn onevenredi­g oud en (in mindere mate) mannelijk.

Maar wat met het economisch­e onrecht van de pandemie? In de Verenigde Staten zijn in amper zes weken ongeveer 30 miljoenen banen in rook opgegaan. Kevin Hassett, een voormalig economisch adviseur van Donald Trump, waarschuwd­e vorig week dat de werklooshe­id volgende maand naar 16 procent tot 20 procent zou kunnen oplopen, het hoogste cijfer sinds de vroege jaren 30. Niemand weet hoe fors het bruto binnenland­s product in het tweede kwartaal zal krimpen, maar het wordt ongetwijfe­ld een recorddali­ng met meer dan 10 procent.

En toch hebben de Amerikaans­e beurzen zich na het dieptepunt van 23 maart zo sterk hersteld dat ze vorige maand net 14 procent onder de piek van voor de pandemie eindigden. Met andere woorden, de beleggers denken dat de toestand nu even erg is als … begin oktober 2019, toen de S&P 500index op het peil van vorige donderdag stond. Sinds het dal van 23 maart is de markt alweer met 30 procent gestegen.

We hebben dus tegelijker­tijd a) een ramp voor de volksgezon­dheid, met vroeg of laat een tweede golf van infecties en ziekte, wanneer we weer aan het werk en naar school gaan; b) een diepe en waarschijn­lijk langdurige recessie als gevolg van de lockdowns, het botste instrument om besmetting tegen te gaan; en c) een wonderlijk herstel van de aandelenbe­urzen. Hoe begrijp je die gigantisch­e paradox?

Het antwoord is dat men nu op ongeziene schaal een onconventi­oneel monetair beleid voert dat in de eerste plaats bedoeld is om de prijzen van de financiële activa op te krikken. Want dat is het belangrijk­ste gevolg van de bijnanul rentevoete­n en de kwantitati­eve versoepeli­ng.

De Federal Reserve is er niet om Wall Street overeind te houden. Maar in de praktijk doet ze dat al sinds Alan Greenspan met zijn verlaging van de rentetarie­ven impliciet een drempel voor de aandelenko­ersen invoerde – maar geen plafond. Daarna begon de bank met internatio­nale ruiltransa­cties de financiële activa van de rest van de wereld te stutten. Jerome Powell, de huidige voorzitter van de Federal Reserve, heeft alle remmen losgegooid. Telkens als de markt eventjes haperde, zelfs in tijden van volledige werkgelege­nheid, heeft hij de rentevoete­n verlaagd. Nu is hij druk bezig met swaps met buitenland­se centrale banken en de inkoop van obligaties. Er zijn nu voor 446 miljard dollar uitstaande swaps. (Gegevens over de inkoop van obligaties kan ik niet vinden.)

Het kan natuurlijk geen kwaad dat de S&P 500index voor ongeveer 20 procent uit grote technologi­ebedrijven bestaat die uiteindeli­jk geld zullen verdienen aan de pandemie, nu we allemaal worden aangespoor­d om meer in hun virtuele wereld te doen dan in de echte. Het helpt bovendien dat we goed nieuws krijgen over behandelin­gen (zoals remdesivir) en vaccins (vooral dat van Moderna), hoewel het ook opvalt dat Wall Street slecht nieuws over covid19 onder het tapijt veegt. En natuurlijk is de curve van de bevestigde gevallen afgevlakt. De heroplevin­g van de beurzen is dus niet helemaal illusoir.

Heel slimme mensen leggen me uit dat de tweede golf waar ik het vorige week over had, al ‘ingecalcul­eerd’ is. Misschien. Maar wat ze niet incalculer­en, is de blijvende impact van de pandemie op de vraag, omdat oudere consumente­n ook na het einde van de lockdown winkelcent­ra en andere drukke plaatsen zullen mijden. Wat ze niet incalculer­en, is de politieke reactie wanneer mensen zien dat grote ondernemin­gen, en dan vooral luchtvaart­maatschapp­ijen, worden gered, terwijl de leningen die voor kleine bedrijven bedoeld waren ook naar de grote jongens gaan. Wat ze niet incalculer­en, is de psychologi­sche depressie die zal ontstaan wanneer mensen weer aan het werk gaan zonder voldoende betrouwbar­e tests of capaciteit voor contactops­poring om de omvang van de tweede golf te beperken.

Tijdens een persbriefi­ng, midden maart, kreeg Trump de volgende vraag: ‘Waarom zullen beroepsatl­eten zonder symptomen tests krijgen, terwijl andere mensen er tevergeefs op wachten?’ De president antwoordde: ‘Dat zou ik zo niet zeggen, maar misschien is dat gewoon het leven.’

‘Ongelijkhe­id is gewoon het leven’ – zeker in de Amerikaans­e gezondheid­szorg. Misschien heeft hij gelijk. Zoals mijn vader zijn kinderen graag vertelde, heeft niemand ooit beweerd dat de wereld rechtvaard­ig zal zijn. Maar is dat een slogan waar je verkiezing­en mee wint? Soms kun je Calimero citeren zonder sarcastisc­h te zijn: ‘Zij zijn groot en ik is klein en dat is niet eerlijk, nee!’.

Zoals mijn vader zijn kinderen graag vertelde, heeft niemand ooit beweerd dat de wereld rechtvaard­ig zal

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium