Voordat de bom valt
En plots was de Koude Oorlog voorbij. De Britse historicus Archie Brown dook voor The human factor vijf jaar lang in Russische, Amerikaanse en Britse archieven en gunt zijn lezers een plaats aan de onderhandelingstafel.
In de late zomer van 1983 organiseerde de Britse eerste minister Margaret Thatcher een informeel seminarie over de verhouding tussen Oost en West in Chequers, het vakantieverblijf van de premier. Vooral academici gespecialiseerd in de SovjetUnie en het communisme voerden het woord; Archie Brown was een van hen. Na de dood van Leonid Brezjnev in november 1982 hield de oude garde met achtereenvolgens Joeri Andropov en Konstantin Tsjernenko in Moskou de touwtjes nog strak in handen, maar Brown wees zijn toehoorders in Chequers al op de verjonging die zich onherroepelijk zou doorzetten aan de Sovjettop. Het jonge politieke talent Michail Gorbatsjov was volgens hem de man om in de gaten te houden; hij zag er de nieuwe leider in van het communistische Rusland.
Thatcher luisterde aandachtig, en had drie maanden later al een eerste onderhoud met de rijzende ster aan het Sovjetfirmament. Met die man waren zaken te doen, vond ze.
Sleutelrol
Tot zover het kleine bijrolletje dat Archie Brown, vandaag emeritus hoogleraar in de politicologie aan de universiteit van Oxford, in zijn eigen boek speelt. Voor de rest verdiepte hij zich voor The human factor vijf jaar lang in de staatsarchieven van Rusland, de VS en het Verenigd Koninkrijk, en in de persoonlijke archieven van Thatcher, de Amerikaanse president Ronald Reagan en Gorbatsjov, die in 1985 inderdaad de nieuwe Sovjetleider werd. We zien hoe de verschillende partijen tegen bijeenkomsten en topontmoetingen aankeken en lezen welke interne memo’s en verslagen werden opgesteld. Dankzij politieke wil, persoonlijke relaties en het lef om uit het eigen discours en denkkader te stappen, deden ze de wereld tussen maart 1985 en december 1991 ingrijpend van koers veranderen. De Koude Oorlog, waarin de twee nucleaire grootmachten Amerika en Rusland sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog tegenover elkaar stonden, kwam tot een einde.
In die verandering speelde Gorbatsjov een sleutelrol. Hij zocht een opening en wilde snel na zijn machtsovername contact met de Amerikanen. Thatcher overtuigde de Amerikaanse president Reagan, met wie ze vaak samenwerkte, van de goede bedoelingen van Gorbatjsov. Nochtans liep de Britse premier niet hoog op met de intellectuele capaciteiten van Reagan. Na een ontmoeting in het Witte Huis, zei ze over de president tegen haar minister van Buitenlandse Zaken Lord Carrington, met haar wijsvinger tegen haar slaap: ‘Peter, daar zit niks!’ Maar ze zag hoe de geboren charmeur Reagan alles met de glimlach verkocht kreeg: hij kon keiharde standpunten innemen zonder andere partijen te bruuskeren. Dat zijn planning mee werd bepaald door de astroloog van zijn vrouw en dat hij doodsbang was voor een invasie door ruimtewezens, moest ze erbij nemen. En er was nog iets: Reagan bewonderde haar mateloos, noemde haar ‘de enige Europese leider met ballen’, en luisterde graag naar haar adviezen.
Holbewoner
de indruk van Reagan. Na een mislukte topontmoeting in Reykjavik omschreef hij de Amerikaan in een interne nota als ‘een holbewoner’ en ‘extreem primitief’. Maar hij stelde wel vast dat er over ontwapening te praten viel. Na de dramatische kernramp in Tsjernobyl in 1986 wilde Gorbatsjov een doorbraak forceren op het vlak van nucleaire ontwapening. Reagan wilde dat ook. De voormalige Hollywoodacteur had in 1983 namelijk samen met 100 miljoen andere Amerikanen de televisiefilm The day after gezien, over Amerika na een nucleaire oorlog, en die had indruk gemaakt.
Op de vraag wat er later op zijn grafsteen moet staan, antwoordt Gorbatsjov: ‘We hebben het geprobeerd’
Een van de vele goede dingen aan dit boek is dat Brown met memo’s, verslagen, nota’s en brieven in de hand, laat zien hoe de partijen naar elkaar toe groeiden, en Gorbatsjov en Reagan (en diens opvolger George Bush Sr.) uiteindelijk veel verder gingen dan Thatcher had gewild. De steeds veranderende posities van adviseurs, ministers, kabinetsleden en partijgenoten worden minutieus in beeld gebracht. Daarbij springen de vaak grote politieke en intellectuele
The human factor. Gorbachev, Reagan and Thatcher, and the end of the Cold War.
Oxford University Press, 500 blz., 26,95 €.