De Standaard

Zeven weken stilstand

- STIJN DECOCK In ‘De Grote Markt’ duikt de economiere­dactie dagelijks in een opmerkelij­ke beweging in de economisch­e wereld.

De Europese Commissie maakte vorige week bekend dat het Belgische bbp in 2020 met 7,2% krimpt, waarna het in 2021 met 6,7% stijgt. Ongeziene cijfers; zowel de kolossale recessie dit jaar als de enorme groei volgend jaar. Velen nemen daarom beide cijfers met een korreltje zout of kunnen zich daarbij weinig voorstelle­n.

De enorme bokkenspro­ngen in de groei zijn voornameli­jk te wijten aan de lockdown en hoe die op de groei inwerkt. Economisch­e groei is de toename van de toegevoegd­e waarde in een land gedurende een jaar. Door de lockdown, die voor heel wat bedrijven zeven weken duurde, is er dus zeven weken minder geproducee­rd dan het jaar voordien. Als een normaal jaar 47 werkweken inhoudt, dan zullen er dat in 2020 door de lockdown maar 40 zijn. Als een fabriek op volle capaciteit draait, zal er in 2020 door de sluiting van zeven weken 15% (= zeven weken op 47) minder geproducee­rd worden dan in 2019. Hetzelfde effect geldt in 2021. Als er dan opnieuw zeven weken meer wordt gewerkt, zal er in 2021 17,5% (= zeven weken meer op 40) meer geproducee­rd worden dan in 2020. Dus als de economie alleen uit dat soort fabrieken zou bestaan, dan bedroeg de krimp dit jaar 15% en de groei volgend jaar 17,5%.

Maar de Belgische economie bestaat niet alleen uit dat soort fabrieken. Vooreerst was niet alle industrie zeven weken dicht. Heel wat bedrijven, vooral in de essentiële sectoren, bleven deels doorwerken. Bovendien is de industrie maar een beperkt deel van de economie, nog maar 17% van het bbp om precies te zijn. Diensten vormen het grootste andere deel. Heel wat diensten bleven doorwerken, zoals banken, media en telecommun­icatie, andere, zoals horeca, blijven nog een tijd dicht.

De overheid creëert ook heel wat economisch­e toegevoegd­e waarde. Zo is het onderwijs goed voor 6,9% van het bbp. De statistici hanteren een eenvoudige regel om dat te meten: ze nemen de totale loonmassa van het onderwijze­nd personeel. Dat doen ze voor zowat alle overheidst­aken. Aangezien de lonen voor leerkracht­en tijdens de lockdown zijn doorbetaal­d, zal er hier geen economisch verlies geboekt worden. Ondanks dat er in 2020, door de sluiting van de scholen, minder leerstof gegeven wordt dan in 2019. Dus als we de toegevoegd­e waarde van het onderwijs als ‘gegeven leerstof’ en niet via de uitgekeerd­e leraarslon­en zouden meten, zou de recessie nog dieper zijn dit jaar.

Omdat de recessie dus voornameli­jk door de lockdown wordt veroorzaak­t, is het goede nieuws dat het dieptepunt van die recessie alweer achter de rug ligt, aangezien steeds meer bedrijven en sectoren heropstart­en. Het slechte nieuws is dat de voorspelle­rs voor 2021 een groeicijfe­r voorspelle­n dat kleiner is dan de krimp. Dat betekent dat ‘de fabriek’ België volgend jaar nog geen normaal jaar zal draaien. De lockdown en de coronacris­is zullen zogenaamde tweederond­eeffecten creëren, zoals faillissem­enten en extra permanente werklooshe­id. Waardoor het herstel onvolledig zal zijn.

 ??  ?? Het goede nieuws is dat het dieptepunt van deze recessie alweer achter de rug ligt
Het goede nieuws is dat het dieptepunt van deze recessie alweer achter de rug ligt
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium