EEN MUUR VAN COVID19ZORGEN
April 2020 zal op heel wat economische vlakken de slechtste maand ooit blijken. Donald Trump gooide er nog wat retoriek naar China bovenop. Na het ongewoon forse beursherstel verbaast het niet dat Wall Street 3% moest prijsgeven. De indices in Europa waar de banken doorwegen, zoals de Bel20, gingen nog wat dieper door de knieën. De Brusselse index verloor 4,2%, met KBC als negatieve uitschieter. De bank boekte provisies voor kredietverliezen van 1,1 miljard euro. Dat komt overeen met 93 basispunten of minder dan 1% van de totale kredieten. Dat geeft aan hoe groot de hefboom van de banken is. Vrijdag was er wat herstel, ook voor KBC. De bank blijft solide: de kredietverliezen mogen nog bijna tien keer hoger liggen voor ze verplicht haar kapitaal moet versterken.
Terug naar de rampzalige cijfers in de VS. Daar zijn de detailhandelsverkopen in april met 16,4% gezakt. Tegenover april vorig jaar is er zelfs een verlies van 21,6%.
De kledingverkopen verschrompelden met bijna 80%, meubelen en elektro met zowat 60%. De autodealers rapporteerden 12% minder inkomsten, wat nog enigszins meevalt. De winnaar was uiteraard de onlinesector. Zijn omzet steeg volgens de Commerce Department met 8,4%. Ook opvallend: de omzet van Home Depot, een grote doehetzelfketen in de VS, zakte met
Consumentenvertrouwen VS houdt relatief stand
Vrijdag was er wat herstel, ook voor KBC. De bank blijft solide: de kredietverliezen mogen nog bijna tien keer groter worden voor ze haar kapitaal moet versterken
slechts 3,5%. Allicht maakten heel wat Amerikanen gebruik van de lockdown om klusjes op te knappen. Het aandeel Home Depot (dat zijn winkels openhield) was in de coronacrash mee onderuit gegaan (35%), maar noteert ondertussen met een winst van 8% sinds begin dit jaar.
Terug naar de horrorcijfers. De Amerikaanse fabrieken hebben in april 13,7% minder geproduceerd. Dat is de grootste val sinds de eer ste notering in 1919. In maart was de productie al met 5% gezakt.
Toch zijn er ook wat lichtpuntjes. De vertrouwensindex van de producenten in New York ging in mei opnieuw hoger, na het historische laagterecord van april. Ook het consumentenvertrouwen herstelde al een beetje in mei (zie grafiek). Het vertrouwen van Joe Sixpack zit (voorlopig) nog niet op een historische bodem. De stemming bleef ook in april veel beter overeind dan tijdens de financiële crisis. Dat kan erop wijzen dat beleggers de rampzalige cijfers van april inderdaad moeten beschouwen als de spreekwoordelijke ‘muur van zorgen’. Die uitdrukking geeft aan dat de beurzen een muur van zorgen nodig hebben om te kunnen klimmen. Pas als de beleggers zich geen zorgen maken, moet je maken dat je wegkomt. Dan is iedereen al overgeschakeld op aandelen en kan de beurs alleen maar dalen.