Beloont WHO goede leerling Taiwan?
Bij de Wereldgezondheidsorganisatie start een politiek steekspel. Steunen de lidstaten China, dat het virus traag aanpakte, of het efficiënte Taiwan?
Virtueel gaat vandaag de World Health Assembly van start. Maar de jaarlijkse bijeenkomst van alle lidstaten van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) wordt geen technisch rondje over gezondheidsbeleid, wel eerder een verklikker voor verschuivende machtsverhoudingen. Op de agenda staat namelijk de vraag of de WHO Taiwan weer het statuut van observerend lid toekent. Met recente Amerikaanse verwijten over de ‘Chinacentrische houding van de WHO’ wordt het een test voor de legitimiteit van de VNorganisatie.
Peking beschouwt Taiwan als een losgebroken provincie en probeert het eiland sinds 2016, toen de proonafhankelijke Tsai Ingwen er aan de macht kwam, diplomatiek te ondergraven. Met succes, bleek onlangs uit een onhandig filmpje waarin een WHOexpert het woord Taiwan zelfs niet durfde uit te spreken.
Nu moeten 194 lidstaten kleur bekennen over hoe zij de globale machtsverhoudingen zien. Een stem voor Taiwan is een kaakslag voor China. Tegelijk pakte Taiwan de virusuitbraak zo uitzonderlijk goed aan, dat níét luisteren naar Taiwanese expertise of er geen informatie mee willen delen, ronduit onkies is. Zeker voor een expertisegedreven organisatie als de WHO. ‘Het secretariaat en Tedros Adhanom zitten in de tang van een machtsconflict dat hen overstijgt’, klinkt het bij een diplomatieke bron.
Ook België stemt mee
Land per land zal normaal gezien vanaf 12 uur een stem uitbrengen. Er bestaat een kleine kans dat de voor China gênante stemming wordt uitgesteld tot het einde van het jaar vanwege procedurekwesties of door een compromis achter de schermen. Maar nu de VS en China met getrokken messen tegenover elkaar staan, is er weinig kans dat het zoveelste rondje jennen niet doorgaat. Beide grootmachten willen weleens zien waar de kampen liggen.
Al begin mei verklaarden de VS, Japan, Duitsland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Japan, Canada, Australië en NieuwZeeland dat de WHO Taiwans input moet aanvaarden. ‘Er is een safety in numbers’, zegt Bonnie Glaser (Center for Strategic and International Studies). China staat erom bekend dat het landen economisch afdreigt bij diplomatieke conflicten, al blijken die bedreigingen ook vaak bluf (DS 25 februari). Ook België, dat geen diplomatieke relaties met Taiwan onderhoudt, steunt een rol als observator voor het eiland. ‘Omdat een inclusieve aanpak van covid19 nodig is, maar ook omdat territoria zonder soevereiniteit mee kunnen volgen in de WHO’, zegt de FOD Buitenlandse Zaken.
Hoever andere landen durven te gaan, moet blijken. Zowat iedereen verwacht dat Taiwan het pleit verliest. Maar dat wil niet zeggen dat China triomfeert. ‘Als er meer dan de 22 al toegezegde stemmen voor Taiwan kiezen, is dat een morele overwinning’, zegt de Taiwanese expert Jessica Drun tegen de Nikkei Asian Review.
Voor wat, hoort wat
‘Achter de schermen zal heel wat onderhandeld worden’, denkt een diplomaat. China heeft best wat landen voor het hoofd gestoten. Die kunnen hun ‘nee’ tegen Taiwan afhankelijk maken van Chinese luisterbereidheid in andere dossiers. Afrikaanse landen staan in de schuld bij China en willen schuldherschikking. Traditioneel gaat men ervan uit dat Peking zo de overmacht heeft, maar het is complexer dan dat.
China kampt met werkloosheid en de aan de bevolking beloofde groei is getorpedeerd: het regime heeft een wereld nodig waar het mag exporteren en investeren. Dat regionale grootmacht Nigeria in een unanieme parlementaire stem zopas een audit van alle Chinese migranten en bedrijven aankondigde, is veelzeggend. ‘In de tien jaar dat ik ChineesAfrikaanse relaties volg, zag ik nog nooit zo’n krachtige afwijzing van Peking bij Afrikaanse elites’, zegt analist Eric Olander. In ZuidoostAzië en India piekt het wantrouwen tegenover China. De WHOstemming weerspiegelt de wereldwijde acceptatie van China en gaat mogelijk de geschiedenisboeken in als startpunt van een meer defensieve omgang met Peking.
In ZuidoostAzië en India piekt het wantrouwen tegenover China