‘Yogasnuivers dragen een zware verantwoordelijkheid’
In opdracht van de stad Antwerpen bestudeerde Teun Voeten er de narcocultuur. ‘Kansarmoede speelde volgens mijn gesprekken geen rol.’
Teun Voeten (58) is Nederlander van geboorte, maar verblijft al vele jaren in ons land. Hij doctoreerde in 2018 in Leiden met een proefschrift over de drugsoorlog in Mexico. Voeten woont al enige tijd in Antwerpen en was de man die vorig jaar in De
afspraak het woord ‘yogasnuiver’ in ons land introduceerde waar mee iemand wordt bedoeld die doorgaans gezond leeft, maar zich nu en dan te buiten gaat aan par tydrugs en cocaïne.
‘Men vond dat best grappig, maar toen burgemeester Bart De Wever (NVA) dat woord later herhaalde, werd iedereen boos omdat het stigmatiserend zou zijn’, zegt Voeten. ‘Ik vond dat vreemd: drugs en georganiseerde crimina liteit zijn een internationaal pro bleem van veiligheid en volks gezondheid. Maar over de drugs problemen in Antwerpen lijkt iedereen graag politieke spelletjes te spelen.’
Voeten kwam op het idee om de drugsproblematiek in Antwerpen te bestuderen en er een boek over te schrijven, nadat in 2018 in zijn straat in Deurne een granaat was ontploft, de zoveelste in een lange rij. In een jaar tijd sprak hij met meer dan honderd mensen die de drugswereld goed kennen: acade mici, autoriteiten, hulpverleners, politie, magistraten, maar vooral ervaringsexperts, zoals veroor deelde gedetineerden, nog actieve dealers en gebruikers. Hij praatte zowel met recreatieve yoga snuivers als met zware probleem gebruikers van coke, GHB en crystal meth.
Al die gesprekken resulteerden in:
Drugs. Antwerpen in de greep van de Nederlandse syndicaten.
Want Voeten is hard voor Neder land. ‘De kiem van alle problemen in Antwerpen ligt tot op vandaag in Nederland. 90 procent van de cocaïne die in de Antwerpse haven binnenkomt, gaat eerst naar Nederland. Vandaaruit wordt de coke verspreid over de rest van Europa. En er is niet al leen maar cocaïne, Nederland is ook het kloppende hart voor de handel in weed en synthetische drugs.’
‘Tot voor kort kon je Nederland omschrijven als een “vrede lievende” narcostaat. Maar sinds de moord op advocaat Derk Wier sum vorig jaar mogen we het ad jectief vreedzaam laten vallen. En dat is allemaal het gevolg van hun gedoogbeleid. Nederland heeft veel te lang laten betijen. Daar door is er een machtige criminele onderwereld gegroeid met tenta kels tot in Antwerpen.’
Van vader op zoon
Daar zijn het notoire Marok kaanse clans als de ‘Turtles’, de ‘Mixers’ en de ‘Mansory’bende die de handel beheersen. ‘Die groepen komen oorspronkelijk uit landelijke gebieden en koeste ren een enorm wantrouwen tegenover de centrale overheid. Zo’n houding zie je bij de Mexica nen uit Sinaloa, maar ook bij de
Berbers in Amsterdam en Antwer pen of de xtc producerende Brabanders in Nederland. Het zijn stuk voor stuk zeer gesloten familieondernemingen. In Ant werpen zijn er door huwelijken wel banden tussen de verschillen de clans. Dat verklaart deels waar om er in vergelijking met Neder land nog geen extreem zwaar geweld is.’
Voeten interviewde meerdere veroordeelde dealers. Hij stelde vast dat niemand van hen kans armoede opgaf als reden waarom hij drugs begon te dealen. ‘Ik bouw een beetje voorzichtigheid in, want ik heb ze natuurlijk niet allemaal gesproken, maar kans armoede speelde volgens de ge sprekken die ik had geen rol. Er zijn verschillende types van dea lers. Een meisje vertelde me hoe haar broer wilde dealen tot hij een huis kon kopen van de opbrengst.
Maar zo iemand is een uitzondering. De meeste jongeren zitten in de patsermodus. “Waarom zou ik rekken vullen voor 100 euro per dag?”, vertelden ze mij. “Dealen is veel leuker en spannender. Je hebt geen baas die op je vingers staat te kijken en je verdient 300 euro per avond.”’
‘Er is ook groepsdruk’, zegt Voeten. ‘Ze willen zich conformeren aan de andere jongens uit de wijk. Ze kopen met hun drugsgeld Louboutins van 1.200 euro en kleren van Philipp Plein. Wat zouden ze anders met hun geld doen? Sommigen zijn verslaafd aan spanning en sensatie. Het zijn hedonistische types voor wie het alle dagen feest is. Daarom kunnen ze ook niet stoppen met dealen. Ik heb een Marokkaanse jongen ontmoet die op reis was gegaan naar Mexico met de opbrengst van zijn drugsgeld en in Egypte naar de piramides was gaan kijken. Hij zag in Mexico echte armoede en besefte plots dat het hier anders en beter was.’
Vaak is het dealen ook gewoon een familiezaak, die van vader op zoon wordt voortgezet. ‘Een jongen zei me hoe hij de klantenlijst
van zijn vader had gekregen toen die ermee stopte. Een andere vertelde me hoe hij een deel van de voorraad weed van zijn pa uit de garage stal en die zelf begon te verkopen.’
Jonge patsers
‘Wat ik het progressieve discours, na al die gesprekken, kwalijk neem, is dat ze zeggen: de maatschappij behandelt die jongens slecht en daarom gaan ze drugs verkopen. Het is veel ingewikkelder. Als je hen als slachtoffers voorstelt, ben je zeer paternalistisch bezig. Het zijn helemaal geen zielige jongens. Ik hoor ook dat er een verschil is met de nieuwe generatie vluchtelingen. Die werken keihard op school en doen hun uiterste best. Maar de jonge patsers die hier al lang zijn, zeggen “ach, we doen geen moeite, we gaan later toch dealen”. Dat mechanisme moeten we eruit krijgen.’
De legalisering van drugs vindt Voeten geen oplossing. ‘Wat ga je legaliseren? Lichte weed? Dan brengen criminelen zwaardere weed op de markt of ze storten zich op GHB of crystal meth. De criminelen gaan nooit weg. Het grote probleem is dat we in een maatschappij leven waarin veel mensen blijkbaar de behoefte voelen om zich te verdoven, onder anderen de yogasnuivers. Ik heb voor mijn boek iemand gesproken die toegeeft dat hij een hypocriet is. Hij koopt tweedehandskleren, probeert niet te vliegen, maar hij snuift van tijd tot tijd wel cocaïne.’
Natuurlijk zijn er ook andere gebruikers: advocaten, bankiers en zakenmensen uit de hogere sociale klassen. Het zijn niet allemaal yogasnuivers. Hoe dan ook houden ze allemaal samen een moorddadig systeem in stand, een wereld die niet zou bestaan zonder de consumptie van cocaïne. Mijn conclusie na de vele gesprekken is dat slechts een heel kleine groep goed omgaat met haar gebruik. Bij veel anderen wordt het leven er helemaal door verstoord.’
‘Volgens het progressieve kamp behandelt de maatschappij die jongens slecht en gaan ze dáárom drugs verkopen. Maar hen als slachtoffer voorstellen, is paternalistisch’