Textielarbeiders in Azië lopen miljarden aan loon mis
De pandemie doet niet alleen de retailers hier bloeden, maar is dramatisch voor de al slecht betaalde arbeiders in lagelonenlanden.
Zin Mar Oo verdiende tot voor kort 155 dollar per maand. In een kledingfabriek in Rangoon (Myanmar) moest ze erop toezien dat er geen kromme stiklijnen in de kledingstukken slopen. Met dat inkomen kon de 22-jarige haar moeder onderhouden en de familieschulden helpen aflossen. Maar toen kwam corona en ging de fabriek in april dicht. Oo en haar moeder vielen van de ene op de andere dag zonder inkomen en sindsdien zoekt ze een nieuwe job. Haar relaas, dat werd opgetekend door de The Wall Street Journal, vertelt het verhaal van miljoenen arbeiders die in de Aziatische kleding- en textielindustrie werken.
De pandemie heeft de wereldwijde kledingindustrie midscheeps geraakt. De crisis deed niet alleen de retailers hier bloeden, maar is ronduit dramatisch voor veel arbeiders in lagelonenlanden. Miljoenen onder hen hebben minstens een deel van hun loon zien verdampen. Kledingmerken die door gesloten winkels hun stukken niet kwijt konden, annuleerden bestellingen massaal. Onder meer C&A annuleerde alle bestellingen van maart tot juni. ‘We kunnen redelijkerwijze niet geacht worden om te betalen voor die bestellingen, nu de situatie zo veranderd is’, klonk het in de brief die De Standaard in april kon inkijken (DS 14 april). Daardoor moesten arbeiders onbetaald verlof nemen, zagen ze hun baan geschrapt of hun loon gedecimeerd.
Tot de helft minder
Een nieuw rapport van Schone Kleren Campagne, een ngo die strijdt tegen uitbuiting in de kledingindustrie, becijferde dat arbeiders in zeven Aziatische landen in maart, april en mei – toen grote delen van Europa en de VS op slot waren – gemiddeld 38 procent minder hebben verdiend dan gewoonlijk. In enkele Indiase regio’s zagen ze meer dan de helft van hun inkomen verdampen. De onderzoekers baseren zich op informatie van lokale organisaties, gesteund door het internationale consortium Worker Rights.
‘Bij gebrek aan systematische gegevens moesten we onze schattingen baseren op aannames en ons onderzoek beperken tot zeven landen’, zegt David Hachfeld, van Schone Kleren Campagne.
Kledingmerken die door gesloten winkels hun artikelen niet kwijt konden, annuleerden bestellingen
‘Maar we hebben geen reden om aan te nemen dat de situatie significant beter is in hotspots voor lagelonenproductie die we niet hebben onderzocht.’ Geëxtrapoleerd gaan de onderzoekers ervan uit dat arbeiders in lagelonenlanden in totaal tussen 3,19 en 5,79 miljard dollar zijn misgelopen. ‘Een conservatieve schatting’, denkt Hachfeld.
Geen spaarpotje
In Bangladesh alleen al gaat het om 500 miljoen dollar. In het land, waar kledij goed is voor 85 procent van de export, liepen producenten en exporteurs alles samen al meer dan 3 miljard dollar inkomsten mis, zegt een woordvoerder van de Bengaalse sectorvereniging in de Financial Times. Een miljoen Bengaalse arbeiders, een kwart van het totaal, werden tijdens die lockdownmaanden zonder loon naar huis gestuurd.
‘Omdat deze arbeiders al leefden van een armoedeloon, hebben ze ook niet kunnen sparen voor de pandemie toesloeg’, zegt Khalid Mahmood van de Pakistaanse ngo Labour Education Foundation. ‘Door de crisis zijn arbeiders niet in staat om hun families behoorlijk te voeden of het schoolgeld voor hun kinderen of medische kosten te betalen.’