Apple en de magische grens van 2.000 miljard dollar
De consumentenelektronicagroep Apple is op weg om het eerste bedrijf ter wereld te worden dat 2.000 miljard dollar waard is, amper twee jaar nadat het de grens van 1.000 miljard heeft gesloopt.
2.000 miljard dollar, wat koop je daarmee? Tien miljoen appartementen, bijvoorbeeld. Of ruim zeventien keer AB InBev, het grootste Belgische bedrijf, de wereldmarktleider in de biersector. Helemaal op zak heeft Apple de 2.000 miljard dollar nog niet. Daarvoor moet het nog 5 procent stijgen. Gisteren nam de beurswaarde zelfs wat gas terug, met een daling van ongeveer 3 procent. Beleggers zullen er niet om malen. Sinds het (corona)dieptepunt in maart is de beurskoers verdubbeld. Ter vergelijking: Ackermans & van Haaren, de holding waarvan voorzitter Luc Bertrand weleens de Belgische Warren Buffett wordt genoemd, steeg in diezelfde periode slechts met 5 procent.
Apple overschreed twee jaar geleden voor het eerst de magische drempel van 1.000 miljard beurswaarde. Lang heeft het dus niet geduurd om van 1.000 naar bijna 2.000 miljard te gaan. Hoe dat komt? ‘Alles zit Apple mee’, zegt Tom Simonts, beursspecialist van KBC. ‘Apple heeft geprofiteerd van corona omdat meer mensen thuiszaten en nieuwe laptops en telefoons kochten. De dienstenpoot van Apple (zoals de clouddiensten) brengt ook almaar meer op. Het bedrijf slaagt er ook nog eens in zijn klanten aan zich te binden. Zodra je in hun ecosysteem zit, verlaat je het niet snel. En door klanten en diensten toe te voegen, ga je steeds meer verdienen.’
Gratis geld
Verdienen doet Apple zeker. Per 100 dollar omzet rijft het 25 dollar binnen. De klanten van Apple zijn niet alleen trouw, ze zijn ook bereid een premie te betalen voor de producten en diensten. Het Appleaandeel profiteert ook van het gratis-geldbeleid van de centrale banken én de inkoop van eigen aandelen. De nulrente betekent dat de toekomstige geldstromen in centen van vandaag veel meer waard zijn geworden. ‘Als je dat in een excel stopt, is in theorie de sky the limit’, zegt Guy Lerminiaux, aandelenspecialist van Bank Degroof Petercam. Apple ver went ook zijn aandeelhouders door hun massaal geld uit te keren.
Misschien wel de belangrijkste verklaring is dat beleggers bereid zijn om vandaag veel meer te betalen voor het geld dat Apple verdient. Waar beleggers begin dit jaar 25 keer de jaarwinst (per aandeel) wilden betalen voor een Apple-aandeel, was dat gisteren al bijna 35 keer. Volgens Simonts is daarmee wel al een heel grote weg afgelegd. ‘Het kan misschien nog iets hoger worden, maar ik zie het niet doorstijgen naar 50 keer de winst.’
Of 35 keer de winst betalen knettergek is, is voorwerp van discussie. Voor een Belgisch technologieaandeel zoals Melexis zijn Vlaamse beleggers bereid 45 keer de winst van vorig jaar te betalen. Simonts vindt dat Apple trouwens wat Vlaamse kenmerken heeft. ‘Het lanceert pas een product of dienst als het helemaal zeker is. Ze kopiëren wat al bestaat, maar perfectioneren het. In plaats van domme overnames te doen, geven ze hun geld liever terug aan hun aandeelhouders.’
Amazon doet beter
De 2.000 miljard dollar-grens kadert in een bredere trend – de recente rush op de grote techaandelen, zoals Amazon, Microsoft en Facebook, de winnaars van de coronacrisis. Amazon deed het met een koersstijging van 71 procent sinds het jaarbegin zelfs beter dan Apple. ‘Op big consumer-aandelen zoals Apple en Amazon zit een soort vlieg wiel. Hoe meer consumenten op hun platformen komen, hoe meer ze waard worden dankzij de schaalvoordelen die ze halen’, zegt Simonts.
De rush op de dominante Amerikaanse techaandelen verklaart waarom Amerikaanse beurzen beter presteerden dan de Europese. De rush is wel gestoeld op een vrij smalle basis. De tien grootste aandelen van de S&P 500 (de vijfhonderd grootste Amerikaanse bedrijven) zijn goed voor 29 procent van die index. Het is veertig jaar geleden dat er nog zo’n grote waardeconcentratie optrad. De grootste vijf techaandelen in de S&P 500 (Apple, Microsoft, Amazon, Facebook en Google-moeder Alphabet) zijn goed voor 22,7 procent van de index.
Waar eindigt het feest voor Apple? Op basis van klassieke analyses valt de waarde van het bedrijf te rechtvaardigen, zegt Guy Lerminiaux (Degroof Petercam). ‘Niet die waardering is het grootste gevaar, maar wel het mogelijke verzet tegen de dominantie van de grote techbedrijven. Het gaat om bijnamonopolies waar je als consument geen alternatief voor hebt. Ze zijn bijna een staat binnen een staat geworden. Wat ze niet in huis hebben, kopen ze gewoon op. In de VS bekijken de Democraten die macht met argusogen.’ Toch schrijft Lerminiaux Apple niet af: ‘Wie er aandelen van heeft, hoeft zijn pakket niet volledig te verkopen.’
‘De grootste bedreiging is het verzet tegen de almacht van de grote techbedrijven'
Guy Lerminiaux
Aandelenspecialist Bank Degroof Petercam