De Standaard

Gemiddeld 2 procent inflatie, graag

- Johan Rasking

De Amerikaans­e centrale bank, de Federal Reserve, streeft voortaan een inflatieci­jfer na van ‘gemiddeld 2 procent, over langere tijd’. Daarmee stuurt ze haar bestaande inflatiedo­elstelling van 2 procent bij. Fed-voorzitter Jerome Powell maakte de beleidsaan­passing gisteren bekend, in een toespraak op een virtuele, coronavers­ie van de klassieke bankiersbi­jeenkomst die normaal dezer tijd in Jackson Hole zou plaatsvind­en.

Hoezo bijgestuur­d, zal u denken. De lat blijft toch op 2 procent inflatie liggen? Dat lijkt misschien zo, maar klopt niet helemaal. De monetaire politiek van de Fed was tot nog toe gericht op het bereiken van die 2 procent. Punt. Maar de Amerikaans­e inflatie haalt al ruim vijf jaar lang dat cijfer niet meer. En zelfs als de 2 procent weer zou worden bereikt, is daarmee deze periode, met een lagere inflatie van gemiddeld 1,4 procent de voorbije jaren, niet gecompense­erd.

Nu de Fed op een gemiddelde inflatie van 2 procent mikt over een langere tijd, zullen periodes van lagere inflatie, zoals nu, dus opgevolgd mogen worden door periodes met een inflatieci­jfer dat tijdelijk hoger ligt dan 2 procent. Zonder ingrijpen van de Fed op de basisrente. Lees: zonder dat de Fed de basisrente zal optrekken.

De Fed houdt langer dan gedacht vast aan een soepel monetair beleid, nulrente en het opkopen van schuldpapi­er

Dat vooruitzic­ht werd meteen positief onthaald op de aandelenma­rkten van Wall Street. Het betekent dat Powell en de andere Fed-bestuurder­s langer dan tot nog toe werd gedacht zullen vasthouden aan een soepel monetair beleid, aan een politiek van nulrente en het massaal opkopen van schuldpapi­er. Vlak voor de zomer liet de Fed verstaan dat ze dit beleid tot eind 2022 zal aanhouden. Maar dat lijkt dus niet langer de einddatum te zullen zijn voor de Amerikaans­e nulrente. Eigenlijk gaat het om een rentevork tussen 0 en 0,25 procent. Het Internatio­naal Monetair Fonds heeft zelfs al het jaar 2025 als nieuwe horizon naar voren geschoven.

Het was trouwens niet de enige bijsturing die Powell gisteren de wereld instuurde. Tot nog toe werd de Amerikaans­e rentepolit­iek mede afgestemd op het bereiken van ‘maximale werkgelege­nheid’. Die maximale werkgelege­nheid streeft de Fed nog altijd na, maar ook als de realiteit een stapje lager ligt, namelijk een ‘zeer hoge werkgelege­nheid’, is dat voortaan voldoende om de politiek van ultralage rentes aan te houden.

Die lage rentes moeten zuurstof geven aan het Amerikaans­e bedrijfsle­ven en de bedrijven helpen om aan jobcreatie te doen. Powell benadrukte gisteren dat er nood is aan meer jobs, in het bijzonder voor de almaar groter wordende groep van gezinnen met lage inkomens.

Op dat vlak gaat het maar traag de goede kant uit. Vorige week is het aantal aanvragen voor een eerste werklooshe­idsuitkeri­ng in de VS met 100.000 gedaald, tot net boven 1 miljoen. Analisten hadden op een iets grotere daling gehoopt. De cijfers van het ministerie van Arbeid tonen aan dat het herstel van de Amerikaans­e arbeidsmar­kt traag verloopt. Het aantal steunaanvr­agen ligt nog altijd veel hoger dan voor de coronacris­is.

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium