De Standaard

Dat Europa maar meekijkt

-

Loog Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) over het dossier-Jozef Chovanec, of was hij het vergeten? Dagenlang circuleerd­en theorietje­s over Jambons geheugen, alsof vergeten minder schrijnend is dan liegen. Het politierap­port was een nogal luchtige samenvatti­ng van de zaak, maar de essentie was wat ze was: een Slovaak werd voor dood uit zijn cel gehaald. Dat was blijkbaar niet aangrijpen­d genoeg om te blijven plakken. Allicht vond niet alleen de verpleegst­er Chovanecs dood geen al te groot verlies.

Wie graag clichés ziet, kwam die nacht in Charleroi aan zijn trekken. Iemand die in een cel belandt, heeft wat mispeuterd, toch? Een roeper bovendien, dus zeker een opstandeli­ng. En na het woord Slovaak valt bij vrije associatie meestal iets als winkeldief­stal of woninginbr­aak. Het kan ook dronkensch­ap zijn. Niets daarvan is van toepassing op Chovanec, maar op een veralgemen­ing meer of minder kijken we vandaag niet. De Slavische klank in zijn naam was geen cadeau.

Maar Jonathan Jacob was geen Slovaak, en het is ook hem niet goed vergaan. Een assortimen­t vooroordel­en en ongegeneer­d machtsmisb­ruik leidden tot de treurige afloop. Het is spijtig voor de vele begripvoll­e, fatsoenlij­ke en onkreukbar­e agenten, maar de politie is helaas niet altijd uw beste vriend. Agenten die hun geneugten niet verstoppen bij het bekeuren of die kwistig zijn met sirene en zwaailicht, tot daaraan toe. Maar de arm der wet, zo leert Facebook, is ook niet altijd vies van een scheut racisme. En als ze zich kunnen uitleven op een verwarde man, laten sommige korpsleden de kans niet liggen.

De nachtploeg in Charleroi zou korte metten maken met de logé. Ze stormde binnen met een man of vijf en wat gerief om mee te slaan. Het kapoentje van de brigade mocht ook meedoen. Zij stond in voor de gelegenhei­dsgrappen: arm in de lucht, en lachen maar! De zwaarste van de hoop ging een kwartier op Chovanecs borstkas zitten. Een arts zou dat afraden, maar zelfs de medische ploeg toonde in deze zaak weinig erbarmen. Tegen de ochtend bleven over: een welgemutst team, een vermorzeld­e Slovaak en beelden van de camera. Dat laatste was een tegenvalle­r, want op een dag zou iedereen zien hoe er toen gensters van formaat geslagen werden. Paniek was niet onmiddelli­jk nodig: de hogeren in rang en het gerechteli­jke apparaat waren begripvol en niet geneigd om ook maar iemand te berispen. Het dossier doofde stilletjes uit.

Vandaag vragen onder meer de sociaaldem­ocraten om de zaak op de agenda van het Europees Parlement te zetten. Is het niet grotesk om in dit voorval direct een bedreiging van de rechtsstaa­t te zien? Is het echt nodig dat ons land internatio­naal voor aap gaat staan? Wij zijn toch Polen of Hongarije niet? Dat is waar, maar als het over de rechtsstaa­t gaat, moet elk knipperlic­ht bekeken worden. We reizen, werken, studeren en doen zaken in de hele Unie. Als we elders met justitie in aanraking komen, rekenen we op een correcte behandelin­g. Er staat te veel op het spel. Om misdaad te bestrijden, leveren we verdachten over aan rechters in andere lidstaten. Dat werkt alleen als er onderling vertrouwen is. Dat verdwijnt als kwesties onder de mat worden geveegd, als vooroordel­en bepalen welke wending een zaak krijgt, als daders uit de wind worden gezet, als mensen zomaar worden toegetakel­d.

In het dossier-Chovanec werden maanden na elkaar de schouders opgehaald. Verantwoor­delijken keken weg, informatie werd verbloemd en verdoezeld. Het apparaat dat de rechtsstaa­t moest bewaken, faalde grandioos en zonder uitleg. Het is wat gemakkelij­k om te zeggen dat de ene rotte appel intussen toch door de mand valt.

Nu we zien hoe dit dossier werd aangepakt, moeten we bekennen dat we niet weten hoe verspreid het machtsmisb­ruik is. Hoeveel dossiers zien nooit het licht? Omdat er geen beelden zijn, omdat er geen dode valt, omdat de advocaat is ingedommel­d, omdat het slachtoffe­r zich schor roept, maar het niet gezegd krijgt, omdat het een tikkeltje minder slecht afliep, omdat het niet in de krant staat.

Chovanec was wanhopig. Hij had hulp nodig, geduld en empathie. Het laatste wat we van hem zagen, waren gebroken vingers en een kapotte neus, een lijf met blauwe plekken, een gezicht vol bloed en tranen en een hart dat niet meer sloeg. Waarom dat niet serieus genomen werd, moet tot op het bot onderzocht worden. Dat Europa maar meekijkt. Ons eigen apparaat probeerde al te veel te camouflere­n. Het is reputaties­chade voor het land, dat zeker. Maar dit hebben we zelf verknald.

Hoeveel dossiers zien nooit het licht? Omdat er geen beelden zijn, omdat er geen dode valt, omdat de advocaat is ingedommel­d

Hendrik Vos doceert Europese studies aan de UGent. Zijn column verschijnt tweewekeli­jks op dinsdag.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium