Abortus is geen trofee
Elke keer als het gaat over de ‘abortustrofee’ die CD&V heeft binnengehaald, moet ik denken aan de honderden vrouwen die de komende jaren de grens over zullen moeten. Nog een geluk dat het in Nederland wel mogelijk is de zwangerschap te laten afbreken na twaalf weken. Vaak gaat het om vrouwen en koppels in kwetsbare maatschappelijke situaties, want dat is een van de redenen dat het zo ver is gekomen.
Abortus is geen trofee, zoals een staatshervorming of een kernuitstap. Het is een laatste strohalm voor vrouwen en koppels die geen andere uitweg zien. Niet de abortus is moreel verwerpelijk, maar het feit dat die als pasmunt wordt gebruikt in politieke onderhandelingen. Ook de optrekking van de termijn tot achttien weken is een willekeurig politiek compromis, dat geen enkele medische of ethische basis heeft. Het ligt precies tussen de twaalf weken die hier nu gelden en de vierentwintig weken in Nederland, omdat de vrucht dan levensvatbaar is.
De N-VA deed hetzelfde als CD&V tijdens de onderhandelingen in juli, maar maakte het toen nog bonter door abortus te vergelijken met een tand trekken. Want dat gebeurt er volgens die partij als je abortus uit het strafrecht haalt: dan gaan mensen net zo gemakkelijk naar een abortuskliniek als naar de tandarts, gewoon omdat het geslacht van de baby hun niet bevalt.
Het gevoel van morele superioriteit, het dedain dat eruit spreekt, is stuitend en misplaatst. Ik dacht dat we zo’n paternalisme voorgoed achter de rug hadden. Gelukkig zijn politieke partijen zelf bijna een relict uit het verleden, toen Vadertje Staat bepaalde wat goed voor je was. Hopelijk zijn dit de laatste stuiptrekkingen en geen begin van een ethisch reveil, zoals we in Polen en Hongarije zien.
Intussen moeten vrouwen die ongewenst zwanger worden weer afwachten welke consensus de politieke partijen over hun hoofden heen bereiken. De wetshervorming gaat weer voor jaren de ijskast in.