Johnson kleurt helemaal groen
Als het van Boris Johnson afhangt, wordt het Verenigd Koninkrijk het ‘Saudi-Arabië van de windenergie’. Waarom trekt de Britse premier de ecologische kaart?
Zeven jaar geleden, als burgemeester van Londen, geloofde Johnson amper in het potentieel van windmolens. ‘Ze kunnen zelfs niet het vlies van je rijstpap blazen’, zei hij toen
Europa stemt over klimaatwet
Boris Johnson had wat goed te maken. De voorbije maanden groeide de kritiek op de Britse premier, ook in eigen rangen. Sinds het coronavirus hem te pakken heeft gekregen, lijkt hij nog een schim van de begeesterende politicus die de Conservatieve Partij een klinkende verkiezingsoverwinning had bezorgd.
Daarom werd met extra belangstelling uitgekeken naar zijn toespraak op het jaarlijkse partijcongres dat dit jaar online moest doorgaan. Gisteren was het de beurt aan de premier, die zijn best deed de optimistische toon van de ‘oude Boris’ terug te vinden. Neen, BoJo was zijn mojo nog niet kwijt, zei hij. Wie dat beweert, doet alleen maar aan ‘vanzelfsprekend geklets’. ‘Het is de propaganda van mensen van wie je verwacht dat ze willen dat deze regering mislukt.’
En dus kwam Johnson met enkele opvallende beloftes die van het Verenigd Koninkrijk een ‘Nieuw Jeruzalem’ moeten maken. Het meest in het oog springend waren de groene beloftes die hij deed. Als het van hem afhangt, wordt het Verenigd Koninkrijk het ‘Saudi-Arabië van de windenergie’. Tegen 2030 moeten de windparken in zee genoeg energie opwekken om elk Brits gezin van elektriciteit te voorzien. ‘De waterkoker, de wasmachine, het fornuis, de verwarming, de elektrische auto, ze krijgen allemaal schone stroom, zonder schuldgevoel, van de wind die rond deze eilanden waait’, zei Johnson.
Nul emissie in 2050
Dat de premier de kaart van de windenergie trekt, is opvallend. Zeven jaar geleden, toen hij nog burgemeester van Londen was, geloofde hij nauwelijks in het potentieel van windmolens. ‘Ze kunnen zelfs niet het vlies van je rijstpap blazen’, zei hij toen. Maar hij is tot andere inzichten gekomen. Dat toonde hij door in zijn toespraak opnieuw naar de rijstpap te verwijzen. Daarmee probeerde hij meteen zijn critici de wind uit de zeilen te halen.
De vraag is natuurlijk hoezeer Johnson het meent met de groene beloftes. Dat hij voluit de kaart van de windenergie wil trekken, is logisch. De Britten zijn nu al de grootste producenten van windenergie op zee. De Britse windmolenparken produceren zo’n 10 gigawatt. Dat is evenveel als tien middelgrote kerncentrales. Tegen 2030 zal de capaciteit opgetrokken worden tot 40 gigawatt, belooft Johnson. Dat is 10 gigawatt meer dan wat hij vorig jaar in het vooruitzicht stelde. Bovendien wil hij investeren in drijvende parken die ingezet kunnen worden in dieper water. Geld mag geen probleem zijn. Investeringen in windenergie zijn rendabel.
De windenergie-ambitie maakt deel uit van een breder tienpuntenplan voor een ‘groene industriële revolutie’ die de emissies naar nul moet herleiden in 2050. Johnson gelooft ook sterk in projecten die CO2 opvangen en in de grond stockeren, het zogenaamde carbon and capture-systeem (CCS). Dat is meer omstreden omdat het erg duur is. Toch zijn de meeste specialisten het erover eens dat CCS nodig is om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. Ook Johnson is daarvan overtuigd. Op de VN-conferentie over biodiversiteit, vorige week, zei hij dat hij vroeger niet geloofde dat deze technologie veel toekomstperspectief had, maar dat hij ondertussen van mening veranderd is.
Ook kernenergie
Nog opvallend: Johnson blijft pleiten voor kernenergie. In het zuiden van Engeland wordt een grote nieuwe kerncentrale gebouwd. Dat project is omstreden omdat het bijzonder duur is. Johnson gelooft ook in kleinere, modulaire centrales die goedkoper en makkelijker gebouwd kunnen worden. Ook in Nederland wordt daarover nagedacht.
Dat Johnson duidelijk de klimaatkaart trekt, komt ook omdat het VK de bijzonder belangrijke VN-klimaatconferentie organiseert. Die had normaal volgende maand in Glasgow moeten plaatsvinden, maar is wegens corona uitgesteld naar volgend jaar.
Toch blijft er scepsis bestaan over het groene imago dat de premier zich aanmeet. Op de biodiversiteitstop deed hij de belofte dat hij 30 procent van het VK wil beschermen om de biodiversiteit een boost te geven. Bij nader onderzoek bleek dat hij met die 30 procent landschap voor wandelaars, toeristen en schapen bedoelde. De ‘echte’ natuur moet het voorlopig met 4 procent bescherming stellen.
De Europese Commissie heeft de lat op ‘minstens’ 55 procent gelegd. Dat is flink ambitieuzer dan de tot nog toe afgesproken 40 procent. Maar de milieucommissie van het Europees Parlement wil nog verder gaan en heeft 60 procent naar voren geschoven. Dat komt omdat Europees Commissaris Frans Timmermans voor die 55 procent rekening wil houden met de zogenaamde ‘koolstofputten’. Bomen en oceanen slaan CO2 op. Die CO2 moeten we niet extra reduceren. Als we in 2030 dus 52 procent gereduceerd hebben, is dat ook voldoende, want die 3 procent zit ondertussen in de bomen en Timmermans wil 3 miljard extra bomen planten. Maar daarmee ondergraaft de Commissie haar eigen ambitie, vinden de meer klimaatbewuste parlementsleden. Daarom schoven ze 60 procent naar voren. De groenen, de sociaaldemocraten en een deel van het liberale Renew steunen dat ambitieuzere doel. Daarom kan de stemming spannend worden.
Bij de conservatievere fracties overheerst daarover onbegrip. ‘Het Europees Parlement is zichzelf aan het verliezen in een opbod aan doelstellingen’, zegt Johan Van Overtveldt (NVA). ‘Dat maakt me ongerust, omdat de financiële en maatschappelijke kosten groot kunnen worden. Bovendien is er geen enkele impactanalyse op het niveau van de lidstaten.’ Ook Hilde Vautmans (Open VLD), lid van Renew, vindt 55 procent voldoende. ‘Dat is economisch haalbaar. Ik zie niet in waarom we daar iets aan zouden veranderen.’
De uitslag van de stemming wordt morgen bekendgemaakt. (domi)