Met halve maatregelen roei je virussen niet uit
NOBELPRIJS Dat de ontdekkers van hepatitis C een Nobelprijs kregen, brengt het virus opnieuw onder de aandacht. Drie artsen vragen een nationaal plan om het te verslaan.
Dat een virus grote gevolgen kan hebben voor een samenleving hoeft geen verdere uitleg. In minder dan negen maanden heeft corona onze hele maatschappij ondersteboven gezet. Toch is er ook goed nieuws: we kunnen virussen bedwingen. Tot nu toe zijn er in de EU twee geëlimineerd, de pokken en polio. Over tien jaar moet daar een derde virale ziekte bijkomen: hepatitis C. Die veroorzaakt wereldwijd 400.000 overlijdens. Ons land engageerde zich ertoe om de aandoening in België te elimineren tegen 2030, een doelstelling van de Wereldgezondheidsorganisatie.
Dat drie ontdekkers van het hepatitis C-virus de Nobelprijs voor Geneeskunde kregen, is meer dan een gelukkig toeval (DS 6 oktober). Hun ontdekking maakte betere testen en behandelingen mogelijk, maar de ziekte blijft doorwoekeren als we ze geen halt toeroepen. Vandaag dragen zo’n 18.000 Belgen het virus – volgens simulaties ruim onvoldoende om de ziekte te elimineren tegen 2030.
De kracht van dit virus zit vooral in zijn sluimerende karakter. Dragers ontwikkelen meestal pas na jaren leverproblemen of krijgen andere klachten. In die periode kan bloedbloedcontact (onbeschermd seksueel contact tussen mannen, spuiten delen bij drugsgebruik) of brute pech (onveilig contact met naalden, prikongeval) leiden tot een besmetting. Elk van die 18.000 dragers staat dus mogelijk aan het begin van een besmettingsketen. Zolang we die niet breken, blijft het virus een grote impact hebben op de patiënt zelf, de volksgezondheid en het budget van de gezondheidszorg.
Deze ziekte valt perfect uit te roeien. Een kleine groep mensen is erdoor getroffen en de behandelingen zijn erg doeltreffend. Waarom lukt het dan niet? Omdat de ziekte zich aan de rand van de samenleving bevindt? Gevangenen, sekswerkers, daklozen, vluchtelingen van buiten de EU of mannen die onbeschermde seks hebben: zij maken het grootste deel uit van de nieuwe besmettingen. We mogen hen niet aan hun lot overlaten.
Spuitenruil
Om hepatitis C de wereld uit te krijgen, moeten we op meerdere fronten strijden. Dat begint al bij preventie: nog altijd wordt de ziekte onderschat en gemarginaliseerd. Volgehouden informatiecampagnes moeten helpen om het brede publiek en gezondheidswerkers op de eerste lijn te sensibiliseren. Een ander belangrijk preventief luik is schadebeperking bij drugsgebruikers, bijvoorbeeld via spuitenruil. Wetenschappelijk onderzoek toonde aan dat de kans op een hepatitis C-besmetting vier keer hoger is wanneer zulke programma’s ontbreken.
Een tweede schakel in de zorg is de screening van mogelijke infecties en de opvolging van patiënten. Hier staan wettelijke obstakels een meer proactieve rol van zorgverleners in de weg. Een labo dat in een bloedstaal hepatitis C detecteert, mag wettelijk de huisarts of de patiënt niet op de hoog
Hepatitis C valt perfect uit te roeien: maar een kleine groep mensen is erdoor getroffen en de behandelingen zijn doeltreffend. Waarom lukt het dan niet?
te brengen. De derde schakel is de behandeling en opvolging van patiënten. De uitdaging ligt vooral bij de behandeling van patiënten die nog geen symptomen vertonen of die na diagnose niet behandeld raken. Zeker bij kwetsbare groepen zoals drugsverslaafden, gevangenen en migranten van buiten de EU: niet alleen komt hepatitis C bij hen vaker voor, ze zijn ook moeilijker te bereiken.
Breek besmettingsketens
Het is mogelijk om deze verschrikkelijke ziekte in België uit te roeien. De plannen liggen klaar en zijn perfect uitvoerbaar. Een specifieke aanpak voor elke doelgroep dringt zich op. Ook is er nood aan soepelere terugbetalingsvoorwaarden voor hepatitis C-medicatie. Tot slot zou ook de opvolging van patiënten, zeker van de moeilijk te bereiken doelgroepen, beter moeten kunnen. Gezondheids- en maatschappelijk werkers hebben bijvoorbeeld geen toegang tot het elektronische patiëntendossier. Zeker voor kwetsbare groepen is een integrale, aanklampende aanpak nodig. Kennis delen is essentieel. Lokale, kleinschalige initiatieven hebben aangetoond dat dit via een netwerk van zorgverlening haalbaar is.
De voorbije maanden hebben aangetoond dat een virus niet uit te roeien is met halve maatregelen. Dat geldt bij uitstek voor hepatitis C: alleen gecoördineerd screenen, behandelen én opvolgen zullen de 18.000 mogelijke besmettingsketens in ons land definitief breken. Daarvoor hebben we een nieuw nationaal hepatitis C-plan nodig. De visie is er, de effectieve behandelingen zijn er en de mensen op het terrein staan klaar. Aan de nieuwe overheden van dit land om dit samen te smeden tot een gecoördineerd actieplan. Alleen zo kunnen we ons engagement om het virus tegen 2030 te elimineren waarmaken.