De Standaard

Europees Hof neemt strafonder­zoek ‘belangrijk­ste instrument’ uit handen

De plicht voor Belgische providers om van iedereen telecomdat­a bij te houden, is onwettig. Een zware klap voor politie en gerecht.

- Matthias Verbergt Nikolas Vanhecke

‘Als we op een plaats aankomen waar een misdrijf is gepleegd, is het na het sporenonde­rzoek het eerste wat we doen: nagaan wie er onlangs in de buurt van de dichtstbij­zijnde zendmast is geweest’, zegt Philippe Van Linthout, voorzitter van de Vereniging van Onderzoeks­rechters. ‘Er zijn bijna geen zaken meer waarin we geen telecomgeg­evens gebruiken. Het is ons belangrijk­ste instrument.’ Maar het Europees Hof van Justitie, de hoogste rechter van de Europese Unie, legde gisteren een bom onder die onderzoeks­methode.

De wet verplicht de Belgische telecomaan­bieders, zoals Telenet of Proximus, om de data van al hun gebruikers preventief een jaar lang bij te houden. Het gaat om gegevens zoals wie met wie in contact stond, wanneer dat gebeurde en waar de gebruikers zich bevonden, niet om de inhoud van de communicat­ie. Het Hof oordeelde gisteren dat die massale opslag, ook toegepast in andere Europese landen, in strijd is met het recht op privacy.

Alternatie­f voor tap

Niet met al die preventiev­e opslag heeft het Hof een probleem. Maar het kan niet zomaar – zonder onderschei­d te maken – voor alle gebruikers, van wie de meesten nooit betrokken raken bij criminalit­eit. Massale opslag is, onder strikte voorwaarde­n, toegestaan in tijden van ‘een ernstige bedreiging van de nationale veiligheid’ of in de strijd tegen zware criminalit­eitsfenome­nen zoals terrorisme. Voor dat laatste is goedkeurin­g van een onafhankel­ijke rechter of autoriteit vereist.

Ook het louter bijhouden van IP-adressen of de identiteit van communicer­ende personen, is toegestaan. ‘Uiteraard zullen we de rechtspraa­k van het Hof respectere­n, maar ik zit met de handen in het haar’, zegt Van Linthout. ‘Hoe zal ik mijn dagelijkse onderzoeke­n nog kunnen uitvoeren?’

Volgens de uitspraak zal het bijvoorbee­ld bij een moordonder­niet meer mogelijk zijn om via telecomdat­a na te gaan waar verdachten zich voor de misdaad bevonden. Bij een verdwijnin­g kan de locatie van iemand vlak voor hij werd vermist, niet meer worden nagegaan. ‘Er is vaak kritiek dat justitie te traag werkt’, zegt Van Linthout. ‘Maar om dat te verbeteren moeten we wel de nodige instrument­en kunnen gebruiken.’ Onderzoeks­rechters gebruiken de telecomgeg­evens vaak als een veel minder arbeidsint­ensief alternatie­f voor telefoonta­ps of het fysiek schaduwen van personen.

Al eerder problemen

Het Hof laat een opening voor de bewaring van data van gerichte groepen personen. Zo kan er gedacht worden aan ex-veroordeel­den. ‘Maar dat helpt maar in een deel van de onderzoeke­n’, zegt Van Linthout. ‘Bovendien is de vraag hoe die doelgroepe­n omschreven zullen worden. Discrimina­tie loert daarbij om de hoek.’ Het is ook afwachten of bewijs vergaard via zulke telecomgeg­evens in lopende rechtszake­n nog aanvaard zal worden door rechtbanke­n.

Het is niet de eerste keer dat wetgeving over zogenaamde ‘datazoek retentie’ op hogere normen botst. De huidige wet, in 2016 ingevoerd door ex-minister van Justitie Koen Geens (CD&V), was al een reparatie van een wet die eerder vernietigd werd. Ze maakte de toegang tot de gegevens strenger en afhankelij­k van de zwaarte van het misdrijf, maar dat volstaat dus niet. De wet werd aangevocht­en door onder meer de Orde van Frans- en Duitstalig­e advocaten en de Liga voor Mensenrech­ten bij het Grondwette­lijk Hof, dat op zijn beurt het Europees Hof vragen om verduideli­jking over de regels stelde.

Het Grondwette­lijk Hof zal nu meer dan waarschijn­lijk de Belgische wet moeten vernietige­n. De Liga voor Mensenrech­ten toont zich ‘erg blij’ met het arrest. ‘Het Hof maakt nogmaals duidelijk dat de bestrijdin­g van criminalit­eit

‘Ik zit met de handen in het haar. Hoe zal ik mijn dagelijkse onderzoeke­n nog kunnen uitvoeren?’

Philippe Van Linthout

Voorzitter Vereniging van Onderzoeks­rechters

niet wettigt dat iedere burger als verdachte wordt behandeld’, aldus de Liga. Het is aan de nieuwe minister van Justitie, Vincent Van Quickenbor­ne (Open VLD), om een alternatie­f te onderzoeke­n. ‘Dataretent­ie is een belangrijk instrument om bijvoorbee­ld verdwijnin­gszaken op te lossen’, reageerde de minister. ‘We zullen nagaan hoe we onze regelgevin­g moeten aanpassen met respect voor de privacy, zoals het Hof vraagt. Die aanpassing mag de strijd tegen criminalit­eit niet bemoeilijk­en.’

 ??  ??
 ?? Peter Hilz ?? Nagaan wie in de buurt van een zendmast is geweest: handig bij een strafonder­zoek, maar ‘onwettig’.
Peter Hilz Nagaan wie in de buurt van een zendmast is geweest: handig bij een strafonder­zoek, maar ‘onwettig’.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium