Lockdown gaf Nederland voorsprong op Belgen
Nederland gidsland? Een recente studie van het Nederlandse Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bevat extra argumenten voor wie graag België met Nederland vergelijkt. Het CBS vergeleek de economische impact van de lockdown bij de twee landen. Dat deed ze door de bbp-cijfers over het tweede kwartaal te vergelijken – de periode die grotendeels overeenstemt met de lockdown. Dat is ook interessant voor de maatregelen die we bij een tweede coronagolf zouden nemen.
De Nederlandse economie kromp in de eerste golf met 9,4 procent tegenover dezelfde periode het jaar ervoor, terwijl in België het bbp 14,5 procent kleiner werd. De bouw, de handel en deels de industrie presteerden veel beter bij de noorderburen – het zijn sectoren ook, die tijdens de lockdown meer openbleven.
Vooral in de bouw is het verschil groot. In Nederland kende die sector maar een krimp van 3,5 procent, terwijl dat in ons land 15,7 procent was. In België was de bouw een niet-essentiële sector, die alleen mocht voortwerken als de anderhalvemeterregel gegarandeerd bleef. Vooral de grote bouwbedrijven deden bij ons de deuren helemaal dicht. Alleen kleine aannemers werkten verder. De bouw is dan ook goed voor 20 procent van het groeiverschil tussen Nederland en België. Idem met de non-foodwinkels, die in Nederland openbleven. In België zakte de omzet er met 14 procent in april, terwijl er in Nederland alleen een lichte daling was.
Een tegenargument in die vergelijking zou zijn dat dit tijdelijke effecten zijn. De winkels mochten in België dan langer gesloten zijn, de maanden erop zouden de Belgen wel massaal nieuwe broeken en boeken kopen in hun favoriete winkels. Maar in de retailcijfers is van dat inhaaleffect nauwelijks sprake (zie grafiek). In juni en juli – na de lockdown – is de groei van de handel in Nederland nog altijd groter dan in België. Alleen in augustus stijgt de verkoop in ons land iets meer dan in Nederland.
In de bouw zou je dezelfde redenering kunnen maken. Doordat de Nederlanders zijn blijven doorwerken, raken hun lopende werven sneller afgewerkt. Maar door de coronacrisis zullen er het komende jaar minder werven zijn, waardoor Nederlandse bouwvakkers alsnog enkele maanden technisch werkloos dreigen te vallen.
Alleen hoeft dat niet zo te zijn. De bouw is een sector die je als overheid gemakkelijk kunt stimuleren, bijvoorbeeld door de bouw of vernieuwing van publieke infrastructuur. Je kunt de Nederlandse bouwvakkers volgend jaar op die manier aan het werk houden. De maanden die Belgische bouwvakkers tijdens de lockdown thuiszaten, zijn dus definitief verloren.
Economisch heeft Nederland in de coronacrisis beter gepresteerd. De vraag is ook of het meer openhouden van de economie tot een hoger aantal besmettingen heeft geleid? De Nederlandse coronacijfers in de maanden maart tot juni lijken daar niet op te wijzen. Het verschil in aanpak geeft stof tot nadenken, nu ook in ons land het aantal coronabesmettingen opnieuw fel aan het oplopen is.
In ‘De Grote Markt’ duikt de economieredactie dagelijks in een opmerkelijke beweging in de economische wereld.