Kapitalisme is kinderspel
Het eerste speelgoedboek is in de bus gevallen. Het virus velt Sinterklaas vooralsnog niet. Staat niet tussen het aanbod: Kapital!, een spel van Monique en Michel Pinçon-Charlot. Het Franse sociologenstel schreef al een boekenkast vol over ongelijkheid en laat nu zijn inzichten in een ietwat andere vorm op het grote publiek los. ‘Wie wint de klassenstrijd?’ staat op de knalrode doos, die al 30.000 keer over de toonbank ging bij onze buren. Op de kaartjes die je als speler Monopoly-gewijs moet trekken, staan teksten als: ‘U treedt toe tot de exclusieve club van eigenaars van luxejachten, ingeschreven in een fiscaal paradijs zodat de Franse belastingbetaler ervoor moet opdraaien. C’est cocasse, non?’ Voetnoot: ‘Zo ontduikt ook Bernard Arnault, de rijkste man van Frankrijk, belastingen.’ Het linkse muziekblad
Les Inrockuptibles noemt het spel ‘een heerlijk vergiftigd geschenk voor uw rechtse vrienden’.
Natuurlijk is het niet het eerste gezelschapsspel dat het kapitalisme met elke gooi van de dobbelsteen op de korrel neemt. Er is al jaren een Anti-Monopoly op de markt, dat er net zo uitziet als de klassieker van Hasbro. De Amerikaanse professor economie die het in de jaren zeventig uitbracht als aanklacht tegen monopolies, moest er wel een jarenlange juridische strijd voor voeren.
Ook Anti-Monopoly haalde de speelgoedcatalogus niet. Het klassieke Monopoly wel. Met nog wat variaties op hetzelfde thema: Monopoly Valsspelers-editie, Monopoly Slechte verliezers (‘laat je hoofd niet hangen en zet het ze betaald’) of Monopoly Super elektronisch bankieren (‘benut je kaart om alles te bezitten’). Wat een fijne boodschappen voor onder de kerstboom! Niet dat Hasbro geen moeite doet. De speelgoedgigant bracht vorig jaar Mevr. Monopoly uit. ‘Het eerste spel waarbij vrouwen meer verdienen dan mannen’, luidt het op de doos. De speciale editie kreeg meteen kritiek. Hasbro gaf in wel heel kleine letters mee dat het originele Monopoly in 1904 door een vrouw bedacht werd om de almacht van landlords aan de kaak te stellen. Ze verdiende er amper iets aan.
Mevr. Monopoly is gebouwd rond uitvindingen van vrouwen: van de kogelvrije vest tot de haarborstel. Meisjes krijgen als ze langs Start gaan meer geld dan jongens. Hoe we dat weten? Dochterlief kreeg het voor haar verjaardag van een vriendinnetje. Helaas. Het spel is niet alleen oervervelend, het is ook een bron van zondagnamiddagdrama. Want hoe leg je kleine broer – die sowieso zowat elk gezelschapsspel verliest wegens nog te klein – uit dat hij nu ook nog eens doelbewust minder geld krijgt omdat hij geen grote zus is? Het ‘glazen plafond’ is niet meteen een argument dat indruk maakt. Met een welgemikte tik is het spel intussen achteraan in de speelgoedkast beland.
‘Wie wint de klassenstrijd?’ staat op de knalrode doos van het gezelschapsspel