Rechter veegt coronamaatregelen van tafel
Een politierechter in Charleroi weigert coronaboetes op te leggen, omdat de maatregelen ‘ongrondwettig’ zijn. ‘In een democratie heiligt het doel de middelen niet.’
Op 7 april, in volle lockdown, werd de 21-jarige mentaal gehandicapte en analfabete L.M. door de politie betrapt toen hij in Charleroi met een vriend op straat een blikje bier stond te drinken. Een week later liep M. weer tegen de lamp. M. moest, net als duizenden andere overtreders, voor de politierechter verschijnen. De rechter velde in deze zaak echter een erg opvallend oordeel: hij verklaarde de strafvordering onontvankelijk.
De rechterlijke uitspraak dateert van eind september, maar raakte nu pas breder bekend. In een – naar de normen van een politierechtbank – erg lang en uitgebreid gedocumenteerd vonnis, dat De Standaard inkeek, acht de politierechter van Charleroi de coronamaatregelen ongrondwettig.
De motivatie loopt gelijk met de argumentatie van verschillende experts die stellen dat de ministeriële besluiten waarin de coronamaatregelen opgenomen zijn de Grondwet schenden (DS 21 oktober). Inperkingen van de grondwettelijke rechten en vrijheden zijn alleen mogelijk bij wet. En de wet waarop de maatregelen gebaseerd zijn, de wet civiele veiligheid uit 2007, is helemaal niet bedoeld voor langdurige vrijheidsbeperkingen.
Integendeel, argumenteert de Henegouwse rechter, die wet geeft ‘in geen geval’ de bevoegdheid aan de regering ‘om elke beweging van de bevolking te verbieden’. De Grondwet ‘staat niet toe om zo’n exorbitante macht toe te wijzen’. De rechter stelt dat daarom ook de straf verbonden aan inbreuken op de maatregelen ongrondwettig is.
Bom onder huidige regels
‘In crisistijd is het goed om eraan te herinneren dat de stichtende teksten van onze westerse democratische maatschappijen grotendeels zijn ontstaan om moeilijke tijden in de geschiedenis te overwinnen’, stelt de politierechter in het vonnis. ‘Zeker als een democratische samenleving door een destabiliserende crisis zoals deze pandemie gaat, is het essentieel om te verwijzen naar die teksten. Ze zijn het fundament van onze rechtsstaat.’
‘Zonder twijfel is repressie nodig om bepaalde gedragingen tegen te gaan in het kader van het beheersen van de pandemie, maar niet ten koste van de rechtsstaat’, schrijft de rechter nog. ‘Alleen de wetgever is bevoegd om zulke beslissingen te nemen. Hij alleen beschikt over de democratische legitimiteit om alle aanwezige belangen en waarden tegen elkaar af te wegen. In een democratie heiligt het doel de middelen niet.’
Het openbaar ministerie tekende beroep aan tegen het vonnis. In december spreekt de correctionele rechtbank zich normaal gezien over de zaak uit. Als het vonnis bevestigd wordt, legt dat niet alleen een bom onder de eerste coronamaatregelen, maar ook onder de regels die vandaag van toepassing zijn.
De zaak stelt opnieuw scherp op de vraag om een duidelijk wettelijk kader, goedgekeurd door het parlement. In buurlanden als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk is er wel zo’n kader. In Nederland zit een finale stemming over de ‘coronawet’ eraan te komen.
‘Zonder twijfel is repressie nodig, maar niet ten koste van de rechtsstaat'
Politierechter Charleroi