‘Ge hadt beter kunnen liegen’
Via de leugen poogt acteur Rashif El Kaoui dichter bij de waarheid te komen. Een waarheid die via het gevoel en de empathie institutionele denkkaders in vraag tracht te stellen.
Herinner u Nieuwjaar 2019. In Frankrijk bezetten mensen met een geel hesje enkele rotondes. In nauwelijks veertien dagen tijd volgden duizenden hun voorbeeld. Woelige betogingen waren de volgende stap. Bij ons, op 10 januari, keek Brussel verbaasd naar een klimaatmars van stakende scholieren. Met drieduizend waren ze. De volgende week stond de teller op meer dan twaalfduizend.
Het zag er toen naar uit dat 2019 het geboortejaar zou worden van een onuitgegeven en massaal verzet tegen regeringen die niet willen luisteren, ook elders in Europa. Maar nog geen week later stierven beide bewegingen een plotse dood. Covid-19 is de schuldige. Overal snijden overheden met het grote mes in de bewegingsvrijheid van hun onderdanen. Weg bezetting van rotondes. Adieu betogingen in de straten van de steden. Requiem voor wat heel even als een beloftevolle opstoot van democratische veerkracht was verwelkomd.
Democratie als hartstocht
Ja, het verhaal is verzonnen. Maar wat als het virus een jaar vroeger was opgerukt? Die ‘wat als’ roept vragen op over de leefbaarheid van een democratisch regime in deze en toekomstige coronatijden. De Bulgaarse politicoloog Ivan Krastev, al eerder te gast in deze krant (DS 23 november 2019), twijfelt niet. ‘De democratie kan niet functioneren als mensen binnen moeten blijven, schrijft hij in Morgen komt geen dag te laat. Hoe de pandemie Europa veranderde, dat dit jaar verscheen. Ik deel zijn stelling. Met alleen hun stemrecht kunnen burgers niet genoeg wegen op wat regeringen over hen beslissen.
Wat mensen willen, vraagt om ruimte in de meest letterlijke betekenis van dat woord. Straten en pleinen om een collectieve vuist te maken. Podia waar meningen botsen. Lokalen in de Dorpstraat waar gezamenlijke standpunten vorm krijgen. Buurtoverleg waar mensen oefenen met zelfbestuur. Daar verdikt het gewicht van politieke actie.
En er is meer dan dat. Met veel gelijkgezinden lijfelijk aanwezig zijn, voegt een dimensie toe aan wat democratie ook kan en moet zijn: de kracht van de gesproken emotie, het gevoel dat je erbij hoort en dat je samen sterker staat, het besef dat samenhang en solidariteit lonen, de besmetting met geestdrift. De democratie als hartstocht dus, allemaal ervaringen die in het stemhokje niet te vinden zijn.
Het is trouwens geen toeval dat bezette straten, pleinen, parken de jongste jaren het toneel zijn geweest van op meer democratie gerichte uitbarstingen. In zijn In Girum. Les leçons politiques des ronds-points (2019) spreekt Laurent Jeanpierre van een verhuizing van la politique protestataire, weg van de met beroepspolitici bevolkte gremia.
Vandaag jaagt covid-19 ons allen naar binnen. De grendel op de bewegingsvrijheid amputeert de Europese democratie en haar burgers. Krastev is er niet gerust op. Hij vreest dat het virus ‘ons een paar jaar van de straat zal houden, in plaats van een paar maanden’. De democratie verkast langer dan voorzien naar de wachtkamer. En ondertussen?
Het web als wapen?
Optimisten wijzen naar Facebook, Twitter, Youtube, Instagram, Whatsapp, Zoom als alternatieven. Herschrijf de grammatica van politieke actie en protest, zeggen zij. Internetactivisme is de uitweg. Op hun lijstje van winstpunten staat dat het de publieke ruimte uitbreidt, technologie gebruikt die de fysieke en financiële drempels op de weg naar meer macht doet krimpen, intensieve training biedt in politieke vaardigheden en daarbij vooral de jongeren bereikt.
Kortom, omarm het web als wapen en het komt goed. Is dat zo? Is wat de lijfelijke kant van de democratie met een burger doet ook met de computer te verwekken? Neen, zeggen de sceptici. De sociale media scoren slecht in collectief overleg, gezamenlijke opinievorming en efficiënte agendasetting. Dat zijn cruciale elementen voor wie invloed wil uitoefenen. Er is ook de vluchtigheid van veel van de uitgewisselde boodschappen. Het lijkt wel of zij lijden aan de aandachtsstoornis ADHD. Er zijn geen rustmomenten. Prikkels vliegen heen en weer. Het gevolg is een stortvloed aan chaotische geluiden. Het is bovendien een luie vorm van politieke druk, want er wordt meestal niet meer gevraagd dan een muisklik. Daardoor blijft de stap van online activisme naar offline campagnes vaak achterwege.
Er is meer. Een democratie rust op talloze met elkaar verbonden netwerken van in groep opererende burgers. Deze bedrading is de levensader van het regime. Cyberspace, zegt Krastev, is toxisch voor de democratie. Want we zitten als enkelingen achter de computer en gaan als enkelingen de confrontatie aan met wie ons regeert. De collectieve dimensie verdwijnt. Dat is de belangrijkste dreiging die van het web als politiek instrument uitgaat.
Let op, er zijn genoeg beroepspolitici die daar niet om treuren. Je hoort hen steeds vaker zeggen dat een echte democratie een directe lijn tussen hen en de individuele burger vereist. Wat tussen hen beiden staat, het middenveld, is louter ballast. Het individu, alleen het individu, kan de bevoorrechte partner van de politicus zijn. De komst van wat een internetdemocratie moet worden, met miljoenen thuis muisklikkende burgers als toehoorders, is hun natte droom.
Maar laten we wel wezen, een geïsoleerde burger is een kwetsbare burger.
Betoging in Puurs
Er wachten ons drie kritieke uitdagingen. Een ervan is in deze krant op indringende wijze ter sprake gebracht (DS 17 oktober). Zo is er de beschrijving van wat het virus onze taal aandoet. Vandaag lijkt het woord nemen op een spier die we niet meer dagelijks kunnen oefenen. Een mogelijk blijvende taalverarming meldt zich al.
En in haar column vraagt Béatrice Delvaux (DS 17 oktober): ‘Zullen we weer moeten leren met elkaar om te gaan, elkaar aan te raken, met elkaar te praten? Zal onze angstreflex blijven, telkens als we een hand of een wang aangereikt krijgen? Het lijkt absurd, maar toch is hij wel degelijk reëel, de angst om geen groep meer te vormen om samen te zijn.’ Hoe erg we die hand en die wang missen, toonde het verstilde applaus voor de zorgverleners, elke dag om 20 uur.
Beide diagnoses zijn ook van toepassing op hoe het politieke actie en protest zal vergaan. Het is tijd om in te grijpen. De groepsgewijze deelname van burgers aan het politieke leven dreigt snel te verschralen. Voor cultuuren andere evenementen zijn protocollen ontwikkeld over toegelaten aantallen, het dragen van het mondmasker, de controle. Laten we voor lokale vormen van politieke actie gelijkaardige afspraken maken. Dat zou trouwens vermijden dat er in de huidige schemerzone betogingen komen waarop de overheden zicht noch reactievermogen hebben, van extreemrechts in Puurs, bijvoorbeeld.
Freedom House, een prestigieuze denktank uit de Verenigde Staten, waarschuwt in zijn recente rapport Democracy under Lockdown voor een tweede uitdaging: het misbruik van de pandemie door allerlei overheden. Landen als China, Nigeria en Wit-Rusland hebben de crisis aangegrepen om de oppositie uit te schakelen. En dichter bij ons is er het Hongarije van Viktor Orban. Het leert ons dat een regimewissel ook vaart kan krijgen door een natuurramp, waarvan de klimaatopwarming er vele in petto heeft.
Sunset laws
We kunnen niet waakzaam genoeg zijn, ook al lijkt onze democratie schokbestendiger. Schrijver José Saramago bedacht in De stad der zienden (2005) de extreme gevolgen van zo’n bijziendheid: ‘… wat kwam doordat de burgers van dit land niet de heilzame gewoonte hadden alle rechten die de grondwet hun toekende op te eisen, zodat het helemaal niet vreemd was, en zelfs logisch, dat men niet eens had gemerkt dat die rechten tijdelijk terzijde waren gesteld.’
‘Kijk uit voor gevaarlijke woorden’, titelt Timothy Snyder zijn les nummer 17 in Over tirannie. Twintig lessen uit de twintigste eeuw (2017). Hij bespreekt twee mogelijke boos
Voor culturele evenementen zijn protocollen gemaakt, laten we voor lokale vormen van politieke actie gelijkaardige afspraken maken