De Standaard

Antistoffe­n blijven enkele maanden tot halfjaar in het bloed

- (belga)

ANTISTOFFE­N Uit onderzoek van het UZ Brussel bij medewerker­s blijkt dat ze slechts enkele maanden antistoffe­n hebben tegen het virus, nadat ze besmet zijn geraakt. Een Nederlands onderzoek heeft het over een halfjaar. Aan het onderzoek van het UZ Brussel namen 2.662 van de ongeveer 3.800 ziekenhuis­medewerker­s deel. Daarvan testte 7,4 procent positief op antistoffe­n in fase 1 (18 mei tot 12 juni), 6,8 procent in fase 2 (13 juli tot 7 augustus) en 5,5 procent in fase 3 (5 tot 30 oktober). Dat percentage ligt nauwelijks hoger dan dat van de algemene bevolking. Het onderzoek richt zich specifiek op de antistoffe­n en de vraag of die aanwezig blijven in het lichaam van de positieve gevallen. Nu blijkt dat ze in enkele maanden verdwenen kunnen zijn. Van de 185 deelnemers met antistoffe­n in fase 1 bleek slechts de helft in fase 3 nog over antistoffe­n te beschikken.

‘De exacte reden is nog niet duidelijk, maar de studie toont wel het belang aan van het blijvend opvolgen van alle beschermin­gsmaatrege­len, ook na een besmetting’, zegt professor Sabine Allard, kliniekhoo­fd interne geneeskund­e.

Wie positief test en besmet is, maakt nadien niet noodzakeli­jk antistoffe­n aan. Van de deelnemers die in fase 1 positief waren, bleek 10,2 procent geen antistoffe­n te hebben. In fase 2 en 3 had 24,2 procent van de positieve ziekenhuis­medewerker­s geen antistoffe­n.

Vooral jongvolwas­senen

Onderzoeke­rs van het Nederlands­e Rijksinsti­tuut voor Volksgezon­dheid en Milieu (RIVM) kwamen tot een iets positiever­e conclusie. Bij een groot lopend onderzoek naar immuniteit tegen het virus bleek dat 90 procent van de mensen die besmet geweest zijn, een halfjaar later nog steeds antistoffe­n in het bloed hadden.

Die werden bovendien na verloop van tijd sterker, waardoor er minder nodig zijn om hetzelfde werk te doen.

Het RIVM onderzoekt om de paar maanden met een steekproef onder duizenden mensen hoeveel van hen antistoffe­n in hun bloed hebben. Bij de laatste ronde, in september en oktober, zijn zo’n 6.500 bloedmonst­ers onderzocht. Van de deelnemers had 4,9 procent antistoffe­n tegen sars-CoV-2 in het bloed. Dat werd grotendeel­s vóór de piek van de tweede golf afgenomen. Van alle leeftijdsg­roepen hebben jongvolwas­senen (20-30 jaar) het vaakst antistoffe­n in hun bloed: zo’n 10 procent.

 ?? © ?? Tests op antistoffe­n.
Robin Utrecht
© Tests op antistoffe­n. Robin Utrecht

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium