‘Agenten hebben lastige rol, maar dat is geen vrijgeleide voor geweld’
De politie heeft het monopolie op geweld. Maar hoe agenten dat monopolie gebruiken, lokt meer en meer debat uit. De Liga voor Mensenrechten pleit voor een betere registratie, meer opleiding en een beter controlemechanisme.
Scenario één bestaat uit het arresteren van een agressieve man die zijn vrouw een messteek heeft gegeven. In scenario twee moeten agenten in opleiding een auto benaderen met twee verdachten in. In scenario drie verschanst een man zich met een mes in een appartementsgebouw. En dan is er nog scenario vier, waarin sprake is van een echte gevechtssituatie en er schoten gelost worden.
Op de politieschool in WestVlaanderen maakt politiegeweld deel uit van de opleiding. De toekomstige agenten doorlopen bovenstaande scenario’s om te leren waar, wanneer en hoe ze geweld mogen gebruiken. Er wordt niet licht over gedacht, er zijn groepsdiscussies en zelfs gesprekken met de sociale dienst. ‘Het moet goed zitten tussen de oren om een goede interventie te doen’, zegt directeur Steve Margodt.
Momenteel is het proces over de dood van Mawda aan de gang. Zij stierf door een politiekogel. Het gerechtelijk onderzoek naar de aanrijding van Adil door een politievoertuig – hij overleefde die botsing niet –- is vorige donderdag afgesloten met een seponering. De twee zaken zijn de opvallendste in de discussie die nu leeft over het monopolie op geweld dat de politie heeft in ons land: wat is geoorloofd en wat niet? Margodt: ‘Er zijn regels, er is opleiding, er is training. Maar vergeet niet dat politieagenten mensen zijn die in hun job levensbelangrijke beslissingen moeten nemen in fracties van seconden.’
Sociale media
Niet alleen in ons land laait de discussie op. In Frankrijk kwamen zaterdag tienduizenden betogers op straat om te protesteren tegen een nieuwe veiligheidswet, die het verspreiden van beelden van politieagenten criminaliseert. Volgens de regering is dat ter bescherming van de politie, maar de betogers vrezen dat daardoor wantoestanden niet aan het licht zullen komen.
De Oostendse korpschef Philip Caestecker ziet hoe door de opkomst van sociale media zoals Facebook en Twitter hun interventies meer in vraag gesteld worden. ‘Vroeger was het alleen de betrokkene die zijn verontwaardiging uitschreeuwde, nu heeft iedereen een oordeel klaar zonder goede kennis van de feiten of relevante wetgeving. Ik heb er de moed niet voor, maar ik zou wel eens een studie willen laten doen naar al die posts op sociale media over politie-optredens. Hoeveel daarvan zijn er correct?’
Waar wel cijfers over zijn is de werking van zijn korps: 84 procent van de klachten bij het Comité P en de Dienst Intern Toezicht zijn niet gegrond. Bij de overige 16 procent zitten volgens Caestecker heel wat onopzettelijke fouten. ‘Als er sprake is van intentioneel geweld, dan staan daar sancties tegenover. Maar dat is een kleine minderheid.’
De agenten van Caestecker moeten de straat op met een checklist in hun achterhoofd. Is het geweld legitiem? Voor een simpele verkeersovertreding bijvoorbeeld niet. Is het opportuun? Soms kan het meer problemen veroorzaken dan oplossen. Is het evenredig? Het verhaal van het kanon en de mug. En is het subsidiair? Zijn er andere middelen om in te grijpen, bijvoorbeeld door contact op te nemen met een familielid om de gemoederen te bedaren? ‘Maar de dag dat wij geen geweld meer mogen gebruiken, geldt in de samenleving het recht van de sterkste.’
Niet veel vertrouwen
Als voorzitter van de Liga voor Mensenrechten zou Kati Verstrepen graag een grondig debat voeren over excessief geweld door de politie. Dat lukt momenteel niet, vindt de advocate, omdat er te weinig cijfers beschikbaar zijn. Ze heeft bovendien vragen bij de manier waarop de klachten afgehandeld worden.
‘Je kan terecht bij het Comité P om te klagen over geweld bij de politie. Maar dat is samengesteld uit veel oud-politiemensen. En zij delegeren het onderzoek vaak aan het politiekorps waarover de klacht handelt. Dat geeft de burger niet veel vertrouwen’, aldus Verstrepen. Ze merkt nog op dat als er een goed controlemechanisme zou zijn, omstanders of betrokkenen minder de neiging zouden hebben om beelden online te plaatsen.
Ook de opleiding in ons land vindt ze aan de korte kant in vergelijking met onze buurlanden. ‘De kans om een goede opleiding te krijgen, is er maar één keer. Eens je in het veld staat, neem je bepaalde gewoonten en een mentaliteit over. Bovendien vullen jonge rekruten dan de gaten in probleemgebieden waar niemand naartoe wil.’
Verstrepen pleit voor dialoog. ‘Als de politie zegt dat de aanrijding met Adil niet te vermijden was, dan wil ik dat gerust geloven. Maar met die uitleg mag het niet ophouden. De vraag is: waarom gaat een jongen van negentien gevaarlijke toeren uithalen om aan een politiecontrole te ontsnappen. Dat zou veel meer onderzocht moeten worden.’
Ze wil niet dat het tot een verdere polarisering komt in dit debat. ‘We hebben de politie een monopolie op geweld gegeven om problemen in de maatschappij op te lossen die we zelf niet meer aankunnen. Eigenlijk is dat een gemakkelijkheidsoplossing. Agenten hebben een lastige rol, maar dat is geen vrijgeleide om geweld te gebruiken.’
‘Er zijn regels, er is een opleiding. Maar vergeet niet dat agenten levensbelangrijke beslissingen moeten nemen in fracties van seconden’
Steve Margodt
Politieschool WestVlaanderen
VEILIGHEIDSWET Na afloop van betogingen in Franse steden tegen de nieuwe veiligheidswet die de politiediensten beter moet beschermen, kwam het tot onlusten waarbij 62 politiemannen en gendarmes gewond raakten.
Volgens het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken kwamen er zaterdag 133.000 Fransen op straat in onder meer Parijs, Straatsburg, Marseille, Lyon, Bordeaux en Rijsel. Volgens de organisatoren ging het om een half miljoen mensen. Ze protesteerden tegen recente gevallen van flagrant politiegeweld en de nieuwe loi sécurité globale over de politiediensten.
De polemiek draait vooral rond artikel 24. Dat stelt de verspreiding strafbaar van beelden waarop leden van de ordediensten tijdens interventies te zien zijn, als die beelden hun ‘fysieke of psychische integriteit’ aantasten. Vorige week lieten videobeelden toe om twee gevallen van brutaal optreden door de politie aan te klagen. Tegenstanders voorspellen dat agenten zich door de nieuwe wet nog hardhandiger zullen gedragen.
Zoals vaker in Frankrijk kwam het na afloop tot hevige incidenten tussen betogers en de politiediensten. In Parijs wierpen betogers barricaden op en gooiden ze met voorwerpen naar de politie. Op beelden op sociale media was te zien hoe in sommige gevallen agenten werden aangevallen en toegetakeld door groepjes in het zwart geklede betogers. In Parijs moesten 23 agenten en gendarmes verzorgd worden, in de rest van het land nog eens 39. In het hele land werden 81 betogers opgepakt.
Minister van Binnenlandse Zaken Gérald Darmanin veroordeelde het ‘onaanvaardbare geweld tegen de ordediensten’. Hij kreeg bijval van het Groene Europarlementslid Yannick Jadot die sprak over ‘scènes van geweld en lynching’.
Marine Le Pen, voorzitster van het uiterst-rechtse Rassemblement national, eist dat de minister uitleg geeft over ‘de straffeloosheid van de black blocs die tijdens manifestaties kunnen rondwandelen, gewapend met pikhouwelen en molotovcocktails’.
Fotograaf toegetakeld
De ngo Reporters sans Frontières verspreidde dan weer beelden van de 24-jarige fotograaf Ameer al-Halbi, die de betoging versloeg en gewond raakte aan het gezicht. Volgens de organisatie die de belangen van journalisten verdedigt, werd hij toegetakeld door een agent, hoewel hij duidelijk identificeerbaar was als journalist.