Grosjean had niet zomaar geluk
Wereldkampioen Lewis Hamilton wist in de Grote Prijs van Bahrein zijn vijfde opeenvolgende zege te boeken, maar het was de huiveringwekkende crash van Romain Grosjean die op het circuit van Sakhir alle aandacht opeiste.
Romain Grosjean boorde zich in Bahrein vlak na de start in de vangrail. Wie de beelden of de foto’s van de crash bekijkt, heeft wellicht moeite om te vatten hoe de Fransman er alleen wat gekneusde ribben en lichte brandwonden aan enkels en handen aan overhield. Niet alleen vatte de wagen onmiddellijk vuur, zijn Haas-bolide brak ook in twee en doorboorde de vangrail alsof het een flinterdun blaadje papier was. Grosjean heeft heel veel geluk gehad – maar dat is maar een deel van het verhaal.
De 34-jarige Fransman werd ook gered door een aantal maatregelen die de F1 de afgelopen jaren heel wat veiliger hebben gemaakt. Zonder de recent ingevoerde – en aanvankelijk fel bekritiseerde – ‘halo’ boven de cockpit had Grosjean zijn 179ste grand prix waarschijnlijk niet overleefd. Cru gesteld: de beschermende beugel verhinderde dat Grosjean door de vangrail werd onthoofd.
Omdat de wagen vlak voor de klap amper vertraagde, ondergingen het lichaam en het hoofd van Grosjean ook een enorme deceleratie. Sommige bronnen hebben het over 53 G, waardoor het lichaam een fractie van een seconde 53 keer meer weegt dan in rust. Krachten die voldoende kunnen zijn om iemands nek te breken, maar het HANS (Head And Neck Support System) hielp het hoofd van de rijder te ondersteunen, om zo die mogelijk fatale blessure te vermijden.
Overlevingscel
Verder zit een F1-rijder ook in een koolstofvezel overlevingscel, die gemaakt is om nog zwaardere klappen dan die van gisteren te weerstaan. En dan was er nog het vuur. Dat Grosjean zo goed als op eigen kracht uit de vuurzee geraakte, heeft hij in grote mate te danken aan zijn drielagig brandwerend racepak, dat nog eens wordt aangevuld door vuurwerend ondergoed, handschoenen, sokken en helm. Zo vat de rijder niet onmiddellijk vuur als hij in een vlammenzee als die in Bahrein terechtkomt.
Vangrail als blikopener
‘Ik ben blij dat Romain oké is, maar hier kunnen ook lessen uit getrokken worden’, stelde F1-baas Ross Brawn achteraf. Want er waren in Bahrein ook dingen misgelopen. De brandstofcel van een moderne F1-wagen is een kevlar omhulsel rond een stevige rubberen zak en zou in principe niet mogen openscheuren. De laatste keer dat een F1-wagen op een circuit vuur vatte, dateert al van 1989. Misschien werd die scheur deze keer veroorzaakt door een minder stevige vangrail. Die werkte door de klap als een grote blikopener en reet zo de bolide van Grosjean ter hoogte van de brandstofcel in stukken. ‘En dat de neus van de wagen door de vangrails kon schuiven, hoort ook niet,’ stelde Brawn onomwonden.
Er is dus nog ruimte voor verbetering, maar het gros van de veiligheidsvoorzieningen heeft er wel toe geleid dat Romain Grosjean – die aan zijn elfde en laatste seizoen in de F1 bezig is – het vandaag nog kan navertellen.
Zonder de ‘halo’ boven de cockpit had Grosjean de crash waarschijnlijk niet overleefd