Naar de magische grens van 24 uur tussen test en contactonderzoek
Het loopt momenteel meer dan aardig met de snelheid van ‘testing en tracing’. Maar het heeft veel voeten in de aarde gehad om die ‘eerste verdedigingsmuur’ zijn broodnodige robuustheid te geven.
Om de verspreiding van het coronavirus in te dammen, is de doorlooptijd tussen de afname van een test en de telefoontjes naar de contacten van een covid-19-patiënt van cruciaal belang. Hoe langer die periode, hoe meer potentieel besmette personen er nog rondlopen en anderen aan kunnen steken, waardoor het virus rond blijft gaan.
Met die doorlooptijd gaat het goed bij het Vlaamse centrale contactonderzoek: in de week van 13 tot 19 november (de recentste periode waarvoor volledige cijfers bestaan) zat er mediaan 30,2 uur tussen de afname van een test en de telefoontjes naar de contacten van een patiënt. Dat blijkt uit data van het Agentschap Zorg en Gezondheid.
Het contactonderzoek begint altijd met een telefoon naar de bevestigde patiënten zelf, om ze naar hun contacten te vragen, en dat gebeurt (opnieuw mediaan) 25,3 uur na de afname van de coronatest. Daarmee komt de hele keten dicht in de buurt van de‘magische grens’ van 24 uur die vaak opduikt wanneer het gaat over de effectiviteit van contactonderzoek. In het voorjaar maakte een manuscript van het Universitair Medisch Centrum Utrecht dat heel concreet: wanneer iemand op de dag waarop hij symptomen krijgt meteen bij de dokter langsgaat om een test af te nemen, het resultaat de dag erna heeft én het contactonderzoek meteen kan starten, dan kan 68,5 procent van de verdere besmettingen worden voorkomen (DS 13 juli).
De huidige dalende trend van het aantal besmettingen speelt uiteraard in het voor
Minpunt is dat het centrale contactonderzoek niet systematisch aan bronnenonderzoek doet en de contacten maar tot twee dagen na de eerste symptomen opspoort
deel van een vlotte ‘testing en tracing’. Maar bijvoorbeeld in de laatste week van juli waren er een pak minder besmettingen per dag dan nu, en lag de doorlooptijd toch nog op 47,5 uur. Zes maanden na de start van de hele strategie lijkt ze vandaag dus in de plooi te vallen, al blijft het een minpunt dat het centrale contactonderzoek niet systematisch aan bronnenonderzoek doet en de contacten maar tot twee dagen na de eerste symptomen opspoort. De definitieve kostprijs van het contactonderzoek is ook nog niet duidelijk. In juni werd ervan uitgegaan dat de factuur bij een zware tweede golf, zoals nu, rond de 75 miljoen euro voor dit jaar zou liggen.
Veel capaciteit
Om de keten gesmeerd te laten lopen, moeten testresultaten snel genoeg beschikbaar zijn én moeten de contactonderzoekers kort op de bal kunnen spelen. De voorbije maanden wrong het schoentje meer dan eens bij een van die aspecten, of bij allebei tegelijk. Dat had te maken met technische kwesties, zoals data die veel te traag doorstroomden naar de contactonderzoekers bij de regio’s. Ook de complexe staatsstructuur gooide roet in het eten. Het Interfederaal Comité Testing en Tracing moest daar een antwoord op bieden, al kreeg dat pas voet aan de grond nadat Vlaams topambtenaar Karine Moykens er een maand ná de start van het centrale contactonderzoek voorzitter van was geworden.
Toen het virus zich zes weken geleden fors verspreidde, kwamen er stevige barsten in de verdedigingsmuur. De reacties daarop leidden wel tot de vlotte gang van zaken nu. De tijdelijke aanpassing van de teststrategie moest bij de labo’s de druk van de ketel halen, terwijl de analysecapaciteit voort werd opgedreven en deze maand minstens naar negentigduizend moet gaan. Dat zal riant zijn: momenteel ligt het dagelijkse gemiddelde van tests onder de 28.800. Doordat het Vlaanderen tegen half oktober niet was gelukt om snel genoeg extra onderzoekers in te schakelen, werden sommige hoogrisicocontacten alleen nog via sms verwittigd (wat in Wallonië en Brussel nog een veel groter probleem was). Vandaag zijn er 920 voltijdse ‘call agents’ aan de slag, opnieuw een riant aantal. ‘Dat is te veel, we bouwen het af’, zegt Joris Moonens van Zorg en Gezondheid.