Geen soja of palmolie meer in biodiesel
De federale regering loopt vooruit op een Europese richtlijn en verstrengt volgend jaar al de productnormen voor biodiesel. De petroleumsector moet op zoek naar alternatieven.
Vanaf midden volgend jaar mag er geen biobrandstof op basis van palmolie meer in uw dieseltank, vanaf 2023 komt er ook een verbod op soja als grondstof voor biobrandstoffen voor het verkeer. Federaal minister van Leefmilieu en Klimaat Zakia Khattabi (Ecolo) verstrengt de productnormen voor biobrandstoffen.
Vooral voor biodiesel is het gevolg groot. De gewone B7-biodiesel die we nu tanken aan de pomp, bevat tot 7 procent biobrandstoffen, vaak op basis van palmolie. Het gebruik van die (vooral geïmporteerde) biobrandstof is in 2020 liefst vertienvoudigd tot 231 miljoen liter, blijkt uit cijfers van het kabinet-Khattabi. Van alle in België verbruikte biodiesel was 30 procent gebaseerd op vooral palmolie. Soja was nog goed voor 9 procent, tegenover 27 procent het jaar voordien.
Die biobrandstof uit palmolie is ook de meest schadelijke. ‘Uit studies blijkt dat minstens de helft van de palmolieplantages is aangeplant op grond die in een recent verleden is ontbost’, zegt Khattabi. ‘Door die ontbossing, het bijbehorende verlies aan biodiversiteit en zelfs schendingen van de mensenrechten hebben die brandstoffen ook nauwelijks of geen voordeel meer ten opzichte van klassieke fossiele brandstoffen.’
Het verbod moet voorkomen dat er palmolieplantages met een oppervlakte van meer dan 100.000 voetbalvelden worden ingezet om de Belgische markt te bevoorraden. België loopt daarmee ook vooruit op een Europese richtlijn op biobrandstoffen, die een uitfasering van de meest schadelijke biobrandstoffen van de eerste generatie zoals palmolie en soja, oplegt vanaf 2024.
Niet tevreden, wel haalbaar
Volgens Khattabi heeft de sector nog voldoende tijd om zich aan te passen en over te schakelen op bijvoorbeeld koolzaad, dat niet in de tropen wordt geteeld, maar in
Europa zelf. Dat wil nog niet zeggen dat de Belgische Petroleumfederatie, die de belangrijkste bedrijven die actief zijn in de raffinage, distributie en opslag van brandstoffen vertegenwoordigt, tevreden reageert. ‘We betreuren dat de minister sneller wil gaan dan Europa oplegt’, zegt woordvoerder Jean-Benoît Schrans. ‘Aan een versnelde uitfasering zijn risico’s verbonden, al denken we wel dat de omschakeling naar andere biobrandstoffen haalbaar zal zijn.’
Slecht beleid
De milieu- en de Noord-Zuidbeweging willen dan weer verder gaan. Zij vrezen dat er een verschuiving zal optreden naar andere gewassen. ‘Rijden op voedsel is slecht beleid, ook wanneer palmolie en soja worden gebannen’, zeggen ze in een reactie.
Voor Khattabi past de beslissing in het Amsterdam Declarations Partnership, een coalitie van Europese landen tegen ontbossing en voor een duurzaam gebruik van palmolie. Ook Denemarken, Frankrijk en Nederland hebben al een beslissing in die zin genomen. Het besluit van de minister ligt nu voor advies bij de bevoegde adviesraden.
‘Aan een versnelde uitfasering zijn risico’s verbonden, al denken we dat de omschakeling naar andere biobrandstoffen haalbaar zal zijn’
JeanBenoît Schrans
Woordvoerder Belgische Petroleumfederatie