Raad van State oordeelt mild over nieuwe pandemiewet
De Raad van State gunt de federale overheid ruime bevoegdheden om een pandemie te bestrijden. Het parlement moet de coronamaatregelen niet bekrachtigen.
Met het mes op de keel probeert de federale regering tegen het einde van de maand een nieuwe pandemiewet door het parlement te loodsen. Als ze dan geen gedegen wettelijke basis heeft voor de coronamaatregelen, moet ze per dag een dwangsom van 5.000 euro ophoesten, met een maximum van 200.000 euro. Tenzij de rechter daar in beroep anders over oordeelt. Financieel is dat geen ramp, maar het zou wel flink gezichtsverlies betekenen.
Epidemische noodtoestand
De Raad van State maakt het de regering niet onmogelijk om de erg strikte deadline te halen. Ze is in haar advies mild voor het voorontwerp dat in een uitzonderlijke procedure al een hele rist hoorzittingen in het parlement heeft doorlopen. ‘De Raad van State geeft hier duidelijk het signaal dat je met dit wetsontwerp vooruit kan, mits een aantal aanpassingen’, zegt de Gentse grondwetsspecialist Toon Moonen. ‘De regering is geslaagd, maar niet met onderscheiding’, zegt zijn Leuvense collega Stefan Sottiaux. ‘Als de regering wil, kan ze met dit ontwerp snel verder.’
Om te beginnen ziet de Raad er weinig graten in dat de uitvoerende macht de coronamaatregelen neemt nadat het parlement een Koninklijk Besluit heeft bekrachtigd waarbij de epidemische noodtoestand wordt uitgeroepen. Het voorontwerp van de regering is helemaal anders van opzet dan dat van de N-VA. In het voorstel van de oppositiepartij moet het parlement de coronamaatregelen binnen de week bekrachtigen, tenzij erg grote hoogdringendheid. Het regeringsvoorstel voorziet er alleen in dat het parlement de coronamaatregelen mag opheffen, een bevoegdheid die het al heeft.
De Raad van State geeft wel nog mee dat ‘niets de wetgever belet, gelet op het ingrijpende karakter van de maatregelen, toch in een dergelijke bekrachtiging te voorzien, teneinde het democratisch draagvlak van de maatregelen te verhogen’. ‘De Raad van State maakt geen keuze’, reageert N-VAfractieleider Peter De Roover. ‘De mate waarin we het parlement betrekken is een politieke beslissing.’
Koninklijke handtekening
De voornaamste opmerking slaat op het gebruik van Ministeriële Besluiten (MB’s) voor de coronamaatregelen en geen Koninklijke Besluiten (KB’s). ‘Hiervoor heb ik samen met andere grondwetsspecialisten al vaak gewaarschuwd’, zegt Patricia Popelier (UAntwerpen). Die MB’s worden ook al genomen na overleg in de ministerraad en zelfs het Overlegcomité.
Met de huidige communicatieen vervoersmiddelen kan het toch niet zo moeilijk zijn om de koning zijn handtekening te laten zetten, merkt de Raad op. Over het huidige gebruik van de MB’s draait de Raad wat rond de pot. ‘Door in de toekomst KB’s te vragen, zegt ze de facto dat ze ongrondwettig zijn’, vindt Popelier. Daarnaast moet een aantal artikelen, waaronder dat over de gegevensbescherming, specifieker omschreven worden.
Stefan Sottiaux
Voorts geeft de Raad een erg ruime bevoegdheid aan de federale overheid om tijdens een sanitaire crisis maatregelen te nemen, ook als die regionale bevoegdheden raken. Het is de eerste keer dat de
Raad zich daarover uitspreekt. Zo kan de federale overheid een mondmaskerplicht opleggen in scholen en de scholen zelfs sluiten, hoewel onderwijs een regionale bevoegdheid is. Maar ze kan de regionale overheid geen alternatief opleggen, zoals afstandsonderwijs. De regionale overheid mag altijd strenger zijn, maar niet milder. De maatregel moet wel proportioneel zijn, opgelegd worden in overleg met de regio’s en noodzakelijk zijn om het gezondheidsdoel te bereiken.
De Raad van State maakt ook erg duidelijk dat voor de bestrijding van een pandemie in de toekomst geen gebruik meer kan gemaakt worden van de Wet op de Civiele Veiligheid. Ze laat ook erg weinig marge om met de opmerkingen van het parlement rekening te houden voor zover die niet stroken met haar advies. Als aan het voorontwerp nieuwe elementen worden toegevoegd, moet de regering een nieuw advies vragen aan de Raad van State en kan ze de strikte timing nooit halen.
‘Het is de regering die heeft getreuzeld. Laat dat dus geen excuus zijn om geen rekening te houden met de opmerkingen uit de hoorzittingen’, besluit De Roover.
TOKIO 2020 De ministers van Sport zetten hun collega’s van Volksgezondheid onder druk om de olympische atleten een voorkeursbehandeling te geven bij de vaccinatie.
‘De regering is geslaagd, maar niet met onderscheiding’ Grondwetsspecialist
Als de sociale partners op 1 mei – de Dag van de Arbeid – geen loonakkoord hebben gesloten, wordt de loonmarge van 0,4 procent toegepast, zonder extraatjes.
Ook het geduld van de regering raakt stilaan op. Al maanden proberen de sociale partners een akkoord te bereiken over de welvaartsenveloppe, een pot geld van 700 miljoen euro om de laagste uitkeringen en pensioenen op te trekken. En ook de loonsverhoging die de bedrijven dit en volgend jaar aan hun personeel kunnen toekennen bovenop de automatische loonindexering.
Regeringsultimatum
De vakbonden vinden de marge van 0,4 procent te mager en zouden willen dat de loonwet zelf wordt aangepast. Met de opening om via eenmalige bonussen een extraatje te voorzien voor de sectoren die het goed doen, namen de bonden geen genoegen. Om hun eisen kracht bij te zetten, organiseerden ze zelfs een staking op 29 maart.
De werkgevers van hun kant hebben tot nog toe een akkoord over de welvaartsenveloppe gekoppeld aan een akkoord over de lonen. Een doorn in het oog van de vakbonden, die maar al te graag de laagste uitkeringen een extraatje willen bieden.
De regering heeft altijd geprobeerd om het dossier van de regeringstafel te houden. Het dossier ligt ook erg gevoelig. PS-voorzitter Paul Magnette schaarde zich nog voluit achter de staking. ‘Scandaleux’, bestempelde hij de houding van de werkgevers. Voor de liberalen is de loonwet dan weer heilig.
Maar de voorbije dagen heeft de regering het dossier dan toch naar zich toegetrokken en de sociale partners een ultimatum opgelegd. De regering heeft zowel over de verdeling van de welvaartsenveloppe als het loonakkoord een eigen voorstel op tafel gelegd. Daaraan heeft ze een deadline gekoppeld waarbinnen de sociale partners er nog van kunnen afwijken.
De deadline voor een akkoord over de welvaartsenveloppe ligt op aanstaande maandag. Dat moet mogelijk zijn, want over de verdeling van die enveloppe bestond al min of meer een akkoord. De blokkering ontstond toen de werkgevers hieraan het loonakkoord koppelden.
Vivaldi in harmonie
Die koppeling wordt nu doorbroken, want de regering verwacht van de sociale partners een loonakkoord tegen uiterlijk 1 mei, de Dag van de Arbeid. Toch moeten de vakbonden zich niet rijk rekenen nu de koppeling is verbroken. Als de werkgevers en werknemers het niet eens raken over extraatjes boven de 0,4 procent – zoals eenmalige bonussen of een verletdag voor wie zich laat vaccineren – wordt de loonmarge van 0,4 procent droogweg toegepast. Als de sociale partners erin slagen ook akkoorden te sluiten over bijvoorbeeld landingsbanen, overuren of het minimumloon, zal de regering die ook honoreren.
Dat de regering in zo’n delicaat dossier tot een akkoord kan komen, bewijst dat Vivaldi nog goed samenhangt, ondanks het getoeter aan de zijlijn van sommige voorzitters.
Maandag verwacht de regering al een akkoord over de verdeling van de welvaartsenveloppe