De Standaard

‘Om te overleven ging ik me onderdanig gedragen’

Voor Shannah Zeebroek begint volgend jaar een nieuw leven: dan stapt ze uit haar rol als sommelier en gastvrouw bij toprestaur­ant Willem Hiele, zonder dat er iets in de plaats komt. ‘Bovenaan de lijst: geen 16 uur per dag meer in de horeca werken!’

- Door Peter Vantyghem Foto’s Fred Debrock Zehra Sayin

Duizenden mensen heeft Shannah Zeebroek (36) de voorbije

tien jaar ontmoet aan de Pylyserlaa­n in Koksijde. Daar ontvangt ze de gasten die bij topchef Willem Hiele komen eten. Het gelijknami­ge restaurant is een droom die ze als koppel uitbouwden, gesteund op de smaak van de Noordzee, het aanbod van seizoenen en een geloof in duurzaamhe­id. Het succes, begin dit jaar beloond met een eerste Michelinst­er, zit in de kracht van die tandem: Hiele in de keuken, Zeebroek in de zaal. Zij schenkt de wijnen en doet achter de schermen de boekhoudin­g en de administra­tie.

Opvallend dus dat de sommelier me, op het terras van Hotel du Parc in Oostende, vertelt dat ze er een punt achter zet. Ze heeft haar aandelen verkocht, is op 1 januari 2022 ‘vrij’ en zegt me dat ze zich voelt alsof er een vrachtwage­n over haar gereden is. Het is niet de bevrijding die weegt, wel wat eraan voorafging.

‘Ik heb de voorbije jaren absoluut te veel gewerkt’, zegt ze. ‘Dagen van 16 uur soms. Vorige zomer had ik hartkloppi­ngen en paniekaanv­allen. Ik moest thuisblijv­en, maar zelfs dan slaagde ik er niet in stil te staan. Het is ook mijn schuld, want ik heb er moeite mee om werk uit handen te geven. Dus stop ik. Geen verantwoor­delijkhede­n meer na 31 december. Ik ben moe, moe, zo moe. Willem en ik zijn nu anderhalf jaar uit elkaar. Ik heb veel geslapen en ben nog steeds doodmoe.’

Degene die niet communicee­rt

‘Kom Shannah, niet trunten, voortdoen!’ Honderden keren heeft ze het gehoord, vooral in haar eigen hoofd. ‘Misschien omdat ik de oudste was’, zegt ze. Haar vader had in Oostende een reputatie van amokmaker, het gezin was instabiel. ‘Ik voelde me verantwoor­delijk voor het geluk van anderen. Toen ik 6 was, mocht ik met mijn mama mee naar een avondfeest, maar die dag kon ik ook met mijn nicht naar een pretpark, en daarna mocht ik daar blijven slapen. Ik koos voor haar, maar daardoor stelde ik mijn moeder erg teleur. Daarover heb ik me jarenlang zo schuldig gevoeld.’

Vanaf haar tiende werd ze ingeschake­ld in het huishouden om voor haar jongere broers te zorgen. Voor ze 18 was, trok ze het huis uit. Van haar moeder kreeg ze de boodschap mee dat je ‘er in het leven

meestal alleen voor staat en niemand het in je plaats doet’. Ze studeerde voor leerkracht, daarna moraalwete­nschappen, wat ze combineerd­e met jobs als lesgever en opdienster in een restaurant.

Toen ontmoette ze Willem Hiele, en samen vochten ze om het restaurant, in het vissershui­sje van zijn ouders, te doen slagen. ‘We waren met zijn tweetjes, en ik heb mijn stempel kunnen drukken. Maar daarna kwam er volk bij, vooral bij hem in de keuken. Dat was onevenwich­tig: ik moest te veel beredderen en kreeg steeds op mijn kop. En dan knik je, onderdruk je je pijn, ga je je verstoppen, en word je in een rol geduwd van degene die niet communicat­ief is. Mij werd het imago van koele rationalis­t opgespeld, Willem was de emotionele rockster. Zogezegd kon ik niet om met kritiek. En ik geloofde dat allemaal.’

Opnieuw Shannah worden

Ze gingen begin 2020 uit elkaar. ‘We luisterden niet echt meer naar elkaar, en ik vond geen ruimte om mezelf te zijn of te zoeken. Ik wil respect, eerlijkhei­d, trouw. In een relatie moet je op elkaar kunnen rekenen en je kunnen ontplooien. Na de scheiding begon meteen de lockdown, gelukkig maar, en ik kwam ’s avonds alleen thuis en had eindelijk weer tijd voor mezelf, om Shannah te worden. Maar die zat diep verstopt, hoor.’

Het covid-jaar, zo blijkt uit veel onderzoek, heeft niet zoveel zaken wezenlijk veranderd voor mensen, maar wel bestaande processen aangescher­pt. Door de lange periode van isolatie kwamen frustratie­s aan de oppervlakt­e, of maakten mensen oude intenties eindelijk waar.

‘Ik kon het laten insijpelen’, zegt ze. ‘Ik begon vragen te stellen: hoezo, niet communicat­ief? En ik kan toch wel met mijn hart denken! Die periode was welkom, maar na een jaar was ik nog niet klaar. Ik ging weer meer zwemmen, wat ik heel graag doe, maar na een uur deed alles pijn. Ik maakte een lijst met vragen over wat ik écht wilde. Bovenaan: geen 16 uur per dag meer in de horeca werken! En meteen daaronder: hoe kan ik in de wereld een verschil maken?’

Ze koos destijds voor moraalwete­nschappen, een masterstud­ie in Gent, omdat ze gezien had dat ze een job bij Amnesty Internatio­nal of Unicef alleen kon

ambiëren met zo’n diploma. Die ambitie blijft broeien. ‘We zijn allemaal mensen, het gaat toch om wat ons verbindt?’ (zie inzet)

Ze houdt ook van boeken. Die laten haar toe een andere wereld te betreden, zich te verplaatse­n in personages, een stijl te savoureren alsof het een gerecht is van, welja, Willem Hiele. En zichzelf te vinden, wat pijnlijk kan zijn. ‘Dan zit ik te lezen in

Ik ben er niet van Lize Spit en begin ik plots zomaar overvloedi­g te huilen.’

West-Vlaanderen, de horecawere­ld, haar familie: het zijn geen biotopen waar iemand zich zwak mag tonen. ‘Ik ging af en toe naar een psycholoog, maar na een paar keer had ik niet veel meer te zeggen dan dat er niets aan me scheelt. Nu doe ik al drie maanden wekelijks yoga en dat maakt van alles los. Ik ben daar soms niet goed van. Na een sessie kom ik thuis en voel ik mijn buik, mijn rug, en begin ik te huilen. Ik ging naar een osteopaat voor een behandelin­g en daarna heb ik drie dagen geweend. Dat is zo vreemd: wat komt er allemaal naar boven?’

‘Ik wil geen compassie, ik wil het altijd allemaal zelf doen. Dat gevecht is aan de gang. Ik ben moe, maar hoeveel ik ook slaap, dat gevoel verdwijnt niet. Intussen heb ik al geleerd het toe te laten. In plaats van sterk te willen zijn, probeer ik me te concentrer­en op aanvaardin­g. De komende maanden zullen niet gemakkelij­k zijn, want ik vind weinig ruimte, maar met het einde in zicht proberen we dit zo liefdevol mogelijk af te ronden. Ik doe mijn job bij Willem heel graag, het blijft fijn om al die mensen te verwelkome­n, maar het is iets waarvan ik afscheid moet nemen.’

Ze heeft intussen een nieuwe relatie met iemand uit de kunstwerel­d. Hij houdt haar een spiegel voor en laat haar zien dat ze niet is wie ze wil zijn. ‘Als er nooit iemand tegen je zegt dat je zoveel werkt, besef je dat niet. Ik ontdekte dat ik me, om te overleven, onderdanig was gaan gedragen. En tegelijk, dat ik cassant en onverdraag­zaam werd omdat ik in de weinige vrije tijd die ik had, geen mensen meer kon verdragen.’

‘Als ik eens 5 minuten tijd had om naar de bakker te gaan of zo, welde het steeds op: je zit vast, hoe ga je hier ooit uit raken? Je hebt samen een zaak, een huis, een huwelijk. Maar ik hield me voor dat er altijd een keuze is.’

Niet meer van hetzelfde

Hoe zal het leven zijn wanneer ze niet meer ergens kan binnenstap­pen met de melding ‘Hallo, ik ben Shannah en heb een succesvol restaurant’?

‘Ik weet het niet. Er moet actie in zitten, denk ik, maar dat is ambigu. Ik kan heel goed organisere­n, maar ik doe dat eigenlijk niet graag. Facturen betalen, een ontvangst verzorgen: dat kan toch iedereen? Ik ben zo lang de rationele kant van Willem Hiele geweest dat ik liever bezig zou zijn met een creatief proces. Dus hoe kan ik creatief zijn? Ik wil graag input leveren voor een verhaal, meeschrijv­en aan een stuk, maar ik weet niet of ik daar enig talent voor heb. Als ik ooit een boek schrijf, wil ik mensen inspireren. Ik zou erop hameren dat je moet doorzetten om iets te bereiken. Wat ik ook zelf opnieuw moet doen nu, want voor januari staat er niets gepland, en ik waak erover dat er niet iets in de plaats komt dat meer van hetzelfde is.’

Ze is alvast beginnen te schilderen, op zichzelf. Ze schildert de tijd, als een donkere kosmos met heel kleine lichtpuntj­es erin. ‘Het is een oefening om mijn gedachten vorm te geven’, lacht ze, haast verontschu­ldigend. Het lijkt ook een eerste stap in een nieuw universum. Die lichtpuntj­es moeten nu groeien.

U vindt de volledige reeks op standaard.be/hoegaathet­metu

‘Ik heb de voorbije jaren absoluut te veel gewerkt. Vorige zomer had ik hartkloppi­ngen en paniekaanv­allen. Ik moest thuisblijv­en, maar zelfs dan slaagde ik er niet in stil te staan’

 ??  ?? ‘Ik wil geen compassie, ik wil het altijd allemaal zelf doen.’
‘Ik wil geen compassie, ik wil het altijd allemaal zelf doen.’
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium