‘Titane’ triomfeert in Cannes
Gouden Palm voor imperfectie
‘Perfectie is een hersenschim, een doodlopend straatje’, zo zei Julia Ducournau toen ze zaterdag de Gouden Palm won met haar grandioos imperfecte film Titane. Het mag niet verbazen dat uitgerekend juryvoorzitter Spike Lee dat had begrepen. Kunst komt tot leven in de imperfectie.
Dat werd tijd! Julia Ducournau werd zaterdag nog maar de tweede vrouwelijke regisseuse ooit die de Gouden Palm won, bijna drie decennia na Jane Campion met The piano. De jury onder leiding van Spike Lee deed wat zoveel jury’s de voorbije jaren nalieten. Zo miste de jury twee jaar geleden de kans om Portrait de
la jeune fille en feu van Céline Sciamma te bekronen en vier jaar geleden om You were never really here van Lynne Ramsay te bekronen. Misschien vonden de jury’s Parasite en
The square gewoon betere films – in het geval van Parasite vond ik dat ook. Maar een filmfestival is geen olympische wedstrijd: het is een uitnodiging tot gesprek. Als er één film dat dit jaar deed, dan wel Titane.
Naar conventionele normen was het zeker niet de meest perfecte film in competitie. So what? Titane is gewaagd, grandioos, knettergek en grensverleggend. Regisseuse Julia Ducournau had vijf jaar geleden al mijn hart veroverd, opgegeten en weer uitgespuwd met haar kannibalistische horrorfilm Grave. Ze is sindsdien geradicaliseerd en nam van Grave ook de Belgische chef fotografie Ruben Impens mee – Titane is een Frans-Belgische coproductie. Voor haar tweede film deed ze er niet gewoon een schepje bovenop, maar meteen de hele lading. Titane is queer, punk en feministisch en veegt zijn voeten aan conventies en verwachtingspatronen.
De film begint wanneer een meisje na een auto-ongeluk een titanium plaat in de hersenpan krijgt geplaatst. Fast forward tot ze een volwassen vrouw is die als pitspoes over de carrosserie glijdt op een autobeurs. Kijken mag, maar aankomen niet – of ze steekt een haarpriem in je oor. De Belgische foley-artieste Céline Bernard gebruikte voor het voze geluid een mix van kip, meloen, rijstpapier en selder. Lekker...
Dan blijkt dat de vrouw een bovenmatig fysieke band heeft met de vibrerende motors. Gordels aan en rijden maar... Ducournau kanaliseert zo de horrorklassieker Christine van John Carpenter, terwijl er ook misselijkmakende momenten komen in de trant van de body horror van David Cronenberg.
Wanneer Alexia op de vlucht moet voor de politie, vat ze het plan op om zich voor te doen als een jongen die jaren geleden als vermist was opgegeven. Ze takelt zichzelf toe en meldt zich met ingebonden borsten aan bij diens rouwende vader, hoofd van een brandweerkorps. Tussen de twee ontstaat een opmerkelijke relatie, die suggereert dat familie een band is die je zelf kan kweken, net zoals je het eigen lichaam kunt omvormen en kunt spelen met gender. De maakbaarheid van de mens wordt tot in de uiterste consequenties doorgetrokken. De grens tussen mens en machine wordt geslecht, tot er olie uit haar borsten lekt.
Titane speelt heel bewust als een B-film, maar dan wel een die ook echt wat te vertellen heeft en zijn eigen thematiek bloedserieus neemt. Hier en daar hangt hij wat met haken en ogen aan elkaar, maar in ruil krijg je een geweldig originele film, een echte trip die je meeneemt op onvermoede paden.
De flater van Spike Lee
Ducournau was geslaagd waar Paul Verhoeven met Benedetta had gefaald: shockeren. Het leek onwaarschijnlijk dat de jury zo’n subversieve film zou bekronen met de Gouden Palm. Ik had beter moeten weten. Juryvoorzitter Spike Lee weet beter dan wie ook dat een film niet perfect hoeft te zijn, als dat betekent dat die daardoor aan zeggingskracht wint. Hij werd zelf beroofd van de Gouden Palm toen hij in 1989 in Cannes was met Do the right thing.
En ook later zou hij nog films maken die zo door hun eigen vuur bezeten zijn dat ze conventies of aannemelijke plotwendingen overboord gooien. En of Titane dat doet.
Spike Lee deed het ook zaterdagavond, toen hij nog vóór de liveshow goed en wel begonnen was, per ongeluk de Gouden Palm al verklapte. Van dan af kwam het nooit meer goed met de ceremonie, die verzandde in een Franse komedie met een verwarde Amerikaan in de hoofdrol.
Toen Ducournau uiteindelijk het podium op mocht, bedankt ze Spike Lee voor de klungelige aanpak. ‘Deze avond was verre van perfect en zo heb ik het graag’, zei ze. ‘Als kind keek ik met mijn ouders altijd naar de awardceremonie van Cannes. Ik dacht toen dat al die winnende films wel perfect moesten zijn, anders zouden ze niet op dat podium mogen. Vanavond sta ik op dat podium en ik weet donders goed dat mijn eigen film niet perfect is. Een film is vast nooit perfect in de ogen van de persoon die hem gemaakt heeft. Ze noemen hem zelfs monsterlijk.’
Met dat laatste verwees ze mogelijk naar de erg uiteenlopende reacties in Cannes. Le Figaro meldde dat bij de première de brandweer moest ingrijpen: mensen vielen flauw, moesten overgeven of kregen een zenuwinzinking. ‘Nu ik volwassen ben en regisseuse, besef ik dat perfectie een hersenschim is, een doodlopend straatje. Monsterlijkheid, die sommigen angst aanjaagt en mijn werk doordesemt, is een wapen en een kracht. Ze zet ons ertoe aan om de normativiteit uit te dagen die ons opsluit en ons uit elkaar drijft. Want er is zoveel schoonheid, emotie en vrijheid te vinden in wat men niet in een vakje kan plaatsen.’
Ze bedankte de jury om de nood te erkennen aan een wereld die in
‘Er is zoveel schoonheid, emotie en vrijheid te vinden in wat men niet in een vakje kan plaatsen’
Julia Ducournau Regisseuse
clusief en meer fluïde is. ‘Bedankt om op te roepen voor meer diversiteit in onze ervaringen in zowel de cinema als onze levens. Bedankt om de monsters toe te laten.’
Roes
Wie bereid is om het monster van
Titane toe te laten, mag zich schrap zetten voor een dolle rit vol scherpe bochten. De imperfecties neem je er wat graag bij. Het is in die imperfecties dat de film net tot leven komt.
Een andere film uit Cannes die dat ook had, is Memoria van de Thaise tovenaar Apichatpong Weeresathekul. Het is meditatieve cinema die zelfs geharde cinefielen kan beproeven met zijn lijzige tempo en mysterieuze, veelal woordeloze scènes. Maar door de kijker in een trance te brengen, komt die in een soort roes terecht, waarin plots onvermoede dingen mogelijk worden.
Imperfectie toelaten: Wes Anderson
zou nog liever sterven. Hij is zo geradicaliseerd richting het perfecte beeld dat zijn films het gevaar lopen bloedeloos te worden. Ik vond The
French dispatch te plezierig om daar aanstoot aan te nemen, maar het valt niet te ontkennen dat zijn films lang niet meer de emotionele punch
hebben van The royal Tenenbaums of Moonrise kingdom.
Met dit palmares heeft de jury een duidelijke keuze gemaakt voor een nieuwe cinema en voor filmmakers die de grenzen durven op te zoeken van wat het medium vermag en van wat het publiek aankan. Titane is misschien geen film voor het brede publiek, maar de Gouden Palm kan wel helpen om er de mensen naartoe te leiden die openstaan voor grensoverschrijdende cinema. Volgende week komt hij in de Belgische bioscopen. Morgenavond stelt Julia Ducournau haar film in Brussel voor, Gouden Palm onder de arm.