De Standaard

Personeels­tekort is een blijver D

-

e scholen kreunen onder een dramatisch tekort aan leraars. En er is niet veel beterschap in zicht: het aantal jongeren dat kiest voor een lerarenopl­eiding, blijft dalen. De helft van de afgestudee­rden verlaat het beroep binnen de vijf jaar. Het beleid en de sociale partners slaagden er niet in afdoende maatregele­n te nemen. En de scholen zelf kunnen niet veel doen met de veel te korte hr-riemen die ze krijgen.

Woensdag bracht deze krant de mogelijke maatregele­n in kaart: zijinstrom­ers aantrekken, gedetachee­rden weer naar de klas sturen, de planlast doen dalen, gepensione­erden meer laten bijklussen, langdurige zieken re-integreren en het hoofddoeke­nverbod en andere taboes laten vallen (DS 20 oktober). Meer mannen aantrekken helpt eveneens, net als de verplichti­ng afschaffen om op 65 met pensioen te gaan. De onderwijsj­ob moet ook interessan­ter worden voor jongeren, zodat er minder afhaken.

Vooral de suggestie om de leraars efficiënte­r in te zetten, is erg interessan­t, omdat ze dan met een nieuwe werkorgani­satie (teamteachi­ng) en technologi­e (ICT) in minder tijd bij meer leerlingen meer leerwinst kunnen opwekken. Alle andere sectoren doen dat al decennia succesvol. Driekwart van bovenstaan­de suggesties botst op verstarde visies. Het beleid en het onderwijsw­ereld moeten kiezen wat ze het belangrijk­ste vinden: hun taboes of de lerarentek­orten.

Laten we geen illusies koesteren. Personeels­tekort is voor de volgende decennia het nieuwe normaal. De witte sector – gezondheid en welzijn – worstelt overal met even nijpende tekorten, nu ook in de crèches. Die sector reageert dynamische­r dan onderwijs. Maar de terechte loonsverho­ging die na corona toegekend is, zal de tekorten niet wegwerken, hoogstens verkleinen.

Ook de maakindust­rie en alle sectoren die instaan voor de ontwikkeli­ng, productie, herstellin­g en levering van producten (van complexe machines tot eenvoudige koekjes), klagen over tekorten aan arbeidskra­chten. Om nog te zwijgen van de ICT-sectoren en -functies. De distributi­een transports­ector, de land- en tuinbouw, de horeca, de ordehandha­vers en de bestuursse­ctor vinden evenmin voldoende geschikt personeel.

Met gepaste maatregele­n kun je de tekorten overal verkleinen, maar nergens kun je ze volledig wegwerken. Om te weten hoe dat komt, volstaat het om de demografie te bekijken. Veertig jaar (1970-2010) hebben we structurel­e werklooshe­id gekend, omdat er door de naoorlogse babyboom en de toetreding van haast alle vrouwen tot de arbeidsmar­kt, een te grote aangroei was van arbeidskra­chten. Sinds 2010 kampen we met tekorten op de arbeidsmar­kt. Ook dat zal veertig jaar aanhouden, omdat er door de lage geboorteci­jfers van nu en de hoge van 65 jaar eerder, meer ouderen met pensioen gaan dan er jongeren bijkomen. Dat viel minder op door de financiële crisis (2008), de coronacris­is en de grote immigratie van vooral tijdelijke arbeidskra­chten uit Oost-Europa, maar die bron droogt op.

Binnenland­s zijn er vier groepen waaruit werkgevers nog flink kunnen rekruteren. De eerste is die van de 350.000 werklozen. Om dat cijfer terug te dringen, moet de werklooshe­idsval worden aangepakt. De minder geschoolde­n winnen amper 10 procent inkomen bij overgang van werklooshe­id naar werk, niet omdat de uitkeringe­n te hoog zijn, maar omdat zelfs de lage lonen bij ons te veel belast worden.

De tweede groep is die van de langdurig zieken, die in 20 jaar aangroeide van 200.000 tot bijna 500.000. Pas nu beseft de federale regering dat dat hoge aantal niet normaal is. Er zijn langdurig zieken voor wie werken niet aangewezen is, maar geen 500.000.

Daarnaast zijn er de vergeten 300.000 die geen werk zoeken en thuisblijv­en zonder uitkering, vaak omdat ze daar zinvol werk doen of deden, zoals mantelzorg. Een deel van die 300.000 – vaak vrouwen en vaak met een migratieac­htergrond – kun je mobilisere­n voor de arbeidsmar­kt met welvaart, sociale waardering, zelfstandi­gheid en inclusie, zoals in de vorige eeuw gebeurde.

De laatste groep zijn de vele te vroeg gepensione­erden, onder wie de ambtenaren en leraren die financieel aangespoor­d worden te stoppen op 61 of 62. Een groeiend aantal van hen hervat het werk ná 65 als ze onbeperkt mogen bijverdien­en.

De demografie garandeert dat we nog decennia met tekorten op de arbeidsmar­kt zullen worstelen. Alleen als het beleid en de sociale partners hun taboes willen laten vallen, kunnen die tekorten kleiner worden.

Voor jongeren zijn de tekorten wel goed nieuws: zodra ze gestudeerd hebben, flexibel zijn en willen bijleren, zijn ze verzekerd van werk.

Het beleid en het onderwijs moeten kiezen: hun taboes behouden of de tekorten aanpakken

 ?? ??
 ?? ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium